Een burgemeester is er in de eerste plaats voor de burgers. Is dat de praktijk?

Een commentaar van Michael bij een artikel in Binnenlands Bestuur over het afscheid van de no-nonsense burgemeester Driek van de Vondervoort (CDA) van het Brabantse Bergeijk. Een gemeente die onsterfelijk werd gemaakt door George van Houts in Radio Bergeijk. Michael: ‘Spijker op de kop: ‘De burgemeester is er in de eerste plaats voor de burgers, niet voor de provincie of het rijk” (citaat uit de papieren BB). Bij zo’n uitspraak denkt je direct:: ” Dachten al de collega’s van Van der Vondervoort er maar zo over. Bv. die van Geldermalsen, Katwijk of Loon op Zand. Daar zitten helaas benoemde (!) bestuurders die precies het tegenovergestelde denken en doen. Desnoods met uitschakeling van het proces van democratische besluitvorming.

Is het zo simpel? Burgemeesters moeten in de eerste plaats de belangen van de eigen inwoners en die van de gemeente behartigen, maar in veel gevallen gebeurt dat niet en behartigen burgemeesters ‘hogere’ belangen. Die van de landelijke overheid of van de provincie. Ja, zo doodsimpel is het. Bij een actueel onderwerp als de vluchtelingen hinken burgemeesters op meerdere gedachten. Ze denken teveel met de politieke partijen in Den Haag mee aan wie ze vaak hun functie te danken hebben. Daardoor zijn ze onder druk te zetten en niet meer vrij om te handelen. Dit pleit tegen een benoemde en voor een gekozen burgemeester die vooral de belangen van de burgers dient. Waarmee niet gezegd is dat een burgemeester -of: een college- geen rekening moet houden met hogere belangen. Maar deze mogen nooit op de eerste plaats gezet worden. Nooit. 

Almere heeft wereldrecord brainstormen. I-vent boven i-deeën?

Almere verbreekt het wereldrecord brainstormen met een sessie over de Floriade 2022. Een i-vent zoals past bij een gemeente van het kaliber Almere. Er zijn liefst 12106 ideeën verzameld wat de vraag oproept wat daar mee gebeurt. Er wordt naar eigen zeggen nu gewerkt aan een ‘goed rapport’ en de ideeën zullen aangeboden worden aan de organisatie van de Floriade. Met het idee van interpreteren, selecteren en herdefiniëren.

Almere is een bijzondere gemeente waarvan de lokale politici het vooral belangrijk vinden om te weten ‘waar ze in het proces staan’. De uitkomst is dan ondergeschikt aan ‘het proces’. Op 1 september 2013 sloot de gemeente het ‘Museum De PaviljoensGastheer Guus Döll was er niet over te spreken: ‘Maar Döll heeft geen goed woord over voor het stadsbestuur dat naar zijn mening de ene na de andere blunder maakt. (..)  Kijk het Stedelijk gaat open, veel tam tam, het Rijks heropent, veel tam tam. En hier? Ze hebben er niets voor over, denken dat het niets wordt met cultuur in de polder, maar wel een Floriade die alleen maar kost.’ Döll kon in 2013 uiteraard nog niets weten van het wereldrecord brainstormen over de Floriade. Dat telt nog verder op.

Het openbaar bestuur van Almere is dol op marketing, op brainstormen, op wereldrecords, op sportmetaforen en blijkbaar vooral op het uit de weg gaan van conflict. Voordeel van brainstormen voor het gemeentebestuur is dat het ‘broodnodige kritiek en conflicten’ opschort en niet werkt, aldus Jonah Lehrer in The New Yorker. Nog een citaat, nu van David Burkus voor Forbes: ‘The real genius to brainstorming isn’t the number of ideas listed in a short period of time’ maar: ‘The ideas presented need to be externalized beyond the group and refined based on the collected reactions’. Met andere woorden, Almere kan met een schone lei beginnen door zelf in 12106 ideeën te gaan grasduinen. Met een wereldrecord en een idee over burgerinspraak dat vals oogt.

Opnieuw niet neutrale oproep bij stempas. Richtlijn voor burgemeesters gevraagd

BnIZYeXIIAADXPM-1.jpg-large

Het is makkelijk scoren voor de PVV met burgemeesters die de neutraliteit uit het oog verliezen en gekleurde oproepen verzenden bij de stempas voor de komende Europese verkiezingen. Vorige week meende burgemeester Sjraar Cox van Sittard-Geleen de burger al bij de hand te moeten nemen: ‘Buiten kijf staat dat de samenwerking op Europees niveau ons de afgelopen jaren geen windeieren heeft gelegd’.  Nu weer in Bergen, NH waar burgemeester Hetty Hafkamp (GroenLinks) opmerkt dat een gevolg van de regelgeving van de EU is dat ‘we goedkoper kunnen bellen als we in een ander land op vakantie zijn’. Opnieuw stelt de PVV kamervragen aan minister Plasterk. De partij vindt dat hier sprake is van beïnvloeding van het stemgedrag.

Opmerkingen over de voordelen van Europese samenwerking of goedkoper bellen lijken onschuldig, maar zijn het niet. In een brief die de stempas vergezelt horen uitsluitend zakelijke mededelingen over de wijze van stemmen te staan. Stel voor dat het omgekeerde gebeurt en een eurosceptische burgemeester in een brief opmerkt dat het nadeel van de EU is dat ‘in Europa bijna geen enkel land verantwoording wil afleggen over de rechtmatige besteding van geld dat ze uit Brussel hebben gekregen’. Zoals woordvoerder van de Nederlandse Rekenkamer Kees Vendrik afgelopen week opmerkte. Ook dat zou ongepast zijn en de stemkeuze sturen.

Het is de hoogste tijd dat minister Plasterk in overleg gaat met de Tweede Kamer en strikte richtlijnen opstelt over de procedure rond het versturen van de stempas, inclusief de inhoud van de begeleidende brief. Uitgesloten moet worden dat goedbedoelende, maar naïeve burgemeesters nog langer hun partijkleur laten doorklinken in een schrijven aan de burgers die deze betutteling niet nodig hebben. Het effect ervan is trouwens onduidelijk, mogelijk werkt het averechts. Deze burgemeesters vergeten dat ze terughoudend moeten zijn en niet mogen treden in de plaats van de burger die zelf kan beoordelen wat-ie van de EU vindt.

Foto: Tweet van Bart Nijman met begeleidende brief bij stempas voor de Europese verkiezingen aan de bewoners van Bergen.

Burgemeesters fluisteren domme burger hun eigen waarheid in

willem-was-een-gevierd-burgemeester1

Burgemeesters zijn niet altijd onpartijdig en weten niet altijd hun politieke kleur te verbergen. Neem nou wat Bert Cremers (PvdA) van Waddinxveen in een toespraak voor de herdenking op 4 mei zei: ‘Welke boodschap geven we aan diegenen die met het oog op de Europese verkiezingen spreken over de tirannie van de EU en de noodzaak het Europese bouwwerk af te breken?‘ Of wat Sjraar Cox (PvdA) van Sittard-Geleen zegt in een begeleidende brief bij de stempassen voor de Europese verkiezingen: ‘Buiten kijf staat dat de samenwerking op Europees niveau ons de afgelopen jaren geen windeieren heeft gelegd.’ Cox rekent op uw stem. 

De PVV heeft kamervragen aan minister Plasterk gesteld over wat het omschrijft als een ‘verkapt stemadvies‘ van burgemeester Cox. De partij mist de kans om het te verbinden met de uitspraak van Cremers die notabene de dodenherdenking gebruikt en in z’n uitspraak nog verder gaat dan Cox en overduidelijk op de PVV hint. Het is ronduit onaanvaardbaar en betuttelend wat Cox en Cremers doen. Ze vergeten dat ze terughoudend moeten zijn en treden in de plaats van de burger die zelf dient te beslissen of-ie wel of niet gaat stemmen. Daarmee nemen ze de burger niet serieus. Onder het mom van de democratische plicht ontnemen ze de burger de vrijheid om niet te gaan stemmen. Of op een eurosceptische partij te stemmen.

Taalkundige Wim Daniëls ontleedde gisteren in NRC de kwade reuk van burgemeesters: ‘Geregeld zijn burgemeesters of oud-burgemeesters negatief in het nieuws vanwege onjuist handelen of vermeend onjuist handelen. Het Nederlands had daar lange tijd ook een uitdrukking voor: eens burgemeester, blijft burgemeester, met als betekenisverklaring: wie eenmaal een slechte naam heeft, behoudt die altijd.‘ Cremers en Cox identificeren zich volledig met de slechte naam die burgemeesters nu eenmaal hebben. Daarom maken ze er een potje van. Van dit type burgemeesters heeft de betrokken burger niks te verwachten. 

Foto: Burgemeester Willem Hoekzema

Tegenlicht over onbehagen en woede. Burgers zijn het zat

VPRO’s Tegenlicht vraagt zich in de uitzending ‘We zijn het zat af waarom het Nederlandse politieke systeem niet klopt. Het is vastgeroest en mist de oude dynamiek. Regisseur Martijn Kieft roept op om erover na te denken waar het gevoel van onbehagen en woede precies vandaan komt. Waarom vertaalt de boosheid zich niet in protest, demonstraties of zichtbaar verzet tegen de macht? Kieft is niet optimistisch als de gevestigde politiek en macht de hervormingen van de democratie blijven blokkeren. Hoe vertaalt zich dat steeds grotere gevoel van machteloosheid uiteindelijk bij steeds meer burgers? Dat moet naar buiten komen. In bijltjesdag waarop afgerekend wordt met de bankiers, politici, bestuurders en symbolen van de macht? In revolutie? Een oproep tot verbreding van de democratie. Trek betrokken burgers erbij. Met hun energie. Het zal tijd worden.

Reorganisatie van het openbaar bestuur: met burgerzelfbestuur

800px-Landsgemeinde_Glarus_2006

Het openbaar bestuur van Nederland telt te veel lagen is de veelgehoorde kritiek. Tel maar na, rijk, provincie, gemeente, deelgemeente (Amsterdam en Rotterdam) en waterschappen. En het dak van het bestuursbestel is opgetild. Er is een bovenverdieping bijgekomen die steeds voller ingericht wordt: de EU, aldus Arno Korsten. Daarnaast zijn recent de zogenaamde gemeenschappelijke regelingen ontstaan als een nieuw niveau tussen gemeente en provincie. Het bezwaar van die bestuurlijke spaghetti is dat het onoverzichtelijk, ondoelmatig en ondemocratisch is. En het talent dat bestuurt en controleert onnodig wordt verspreid. De focus ontbreekt.

Twee gedachten over hoe het anders kan. Eindhovens burgemeester Rob van Gijzel (PvdA) zoekt het groot. Hij profileert zich binnen de politiek-ambtelijke traditie van een VNG Denktank met onderwerpen op het gebied van bestuurlijke vernieuwing. In het openbaar bestuur van de toekomst ziet-ie plek voor twee bestuurslagen: nationaal en regionaal. Aldus zijn proefballon in het ED. Dat betekent een einde aan gemeenten en provincies. Hij pleit voor klustering van het bestuur in 40 regio’s. Analoog aan het COROP-niveau. Dat zo van denken over demografie, economie en ordening mag promoveren voor het eggie van het openbaar bestuur.

Trendwatcher van beroep Adjiedj Bakas denkt kleiner. In een artikel in NRC over de herverdeling van arbeid en inkomen dat afgeleid is van een speech die hij voor de partijraad van de SP hield zegt-ie: ‘Wordt het land opgedeeld in 10.000 mini-gemeenten met burgerzelfbestuur, naar Zwitsers model, dan kan de overheid ook minimaal de helft goedkoper werken. De burgers zullen meer onbetaald werk doen in onder andere lokaal bestuur, lokale rechtspraak en zorg.’  Wat de burger in lokale rechtspraak moet doen is trouwens de vraag.

Van Gijzel kiest voor reparatie van het huidige model dat overheid en politieke partijen centraal blijft zetten. Bakas slaat een nieuwe richting in en zet in de overgang van Big Government naar Big Society, zoals-ie het zelf omschrijft, de burger en de gemeenschap centraal. Op een hoger niveau verbonden met de instrumenten van de e-democratie. Van Gijzel denkt in eenheden van 400.000 inwoners, Bakas in eenheden van 1.700 inwoners. Nogal een verschil. Complicatie in Van Gijzels denken is dat minister Plasterk niet eens voldoende politieke steun voor gemeenten van 100.000+ inwoners kon mobiliseren en die plannen moest loslaten.

Vernieuwing van het openbaar bestuur is een zaak van lange adem vanwege de ingewikkeldheid en de belangen. De claim op functies is de investering en traditie van jaren die de partijpolitiek niet los kan laten. Paradoxaal vooral niet in het overleg over de reorganisatie zelf. Van een afstand blijkt de discussie over organisatie en reorganisatie van het openbaar bestuur te bestuurlijk gevoerd te worden. Om te beginnen moeten niet de overheid, de politieke partijen, de VNG of de bestuurskundigen het laatste woord hebben over de bestuurlijke reorganisatie van Nederland. Dat moet de burger zijn die actief en serieus aan dat proces moet kunnen deelnemen. Zodat het burgerzelfbestuur volgens Zwitsers model van Bakas hoog op de agenda van de bestuurlijke vernieuwing wordt gezet. Op weg naar drie bestuurslagen: rijk, tussenlaag en burgerzelfbestuur.

Foto: Stemming in de Landsgemeinde (landsvergadering) op 7 mei 2006 in Glarus, Zwitserland.

Het waanidee dat inspraak een waanidee is

Democratie is een avontuur en wie dat niet accepteert, verliest vertrouwen. De Nederlandse politiek houdt niet van onzekerheid. Het timmert liever een regeerakkoord dicht om achterdocht jegens partners te bezweren dan dat het iets open laat. Vandaar dat de economische crisis onwelkom kwam. Niet omdat het budgetten onder druk zette, maar omdat het de logica van de eigen regels doorkruiste.

Deze houding verklaart de afkeer door de Haagse politiek van inspraak door de burger. Niet omdat de burger geen eigen stem gegund zou worden, maar omdat het dit fijne regelspel doorkruist. Over kleinzieligheid kan de politiek zich heenzetten, maar over onzekerheid niet.

Regeltjes en afspraken zijn de instrumenten van de Nederlandse politicus. Zonder dat kan-ie niet opereren. Onze politieke trapezewerkers durven in de arena niet zonder net te werken. Bang dat ze zonder doorrekening komen en vallen. Nederlandse politiek is voor bange mensen.

Vandaar ook de afkeer voor Geert Wilders, eerder Jan Marijnissen en Pim Fortuyn. Niet zozeer door politieke standpunten die zij innemen, maar vanwege het feit dat SP en PVV het Haagse regelspel doorkruisen. Hun standpunten vallen binnen dezelfde bandbreedte als die van de rest. Achteraf worden Fortuyn en Marijnissen geaccepteerd, maar in de arena werden ze ooit verketterd.

Relatieve buitenstaanders zetten afspraken op scherp door interventies en zijn niet omkoopbaar met een functie in de landelijke of lokale politiek. Afwachten is hoelang de gewapende vrede tussen coalitie en Wilders duurt. Vraag is wie het eerst de afspraken schendt.

Media zijn een schaduw van de politiek. Hier wordt de voorspelbaarheid gedubbeld. Elke talkshow wordt voorbesproken en ontdaan van spontaniteit. Media en politiek sluiten vanwege dit gebrek aan avontuur op elkaar aan. Politieke mediaprogramma’s zijn in Nederland net zo dichtgetimmerd als een regeerakkoord.

Vraag is of de afwijzing van elke politieke hervorming of wijziging van het kiesstelsel door de middenpartijen en het opmerkelijke laten vallen van dit onderwerp door D66 ook volgens deze wetmatigheid van dichtgetimmerde akkoorden begrepen moet worden. Voorstelbaar is dat niet een inhoudelijk bezwaar de politieke hervormingen blokkeert, maar dat het voortkomt uit het machtsdenken van de partijen zelf.

De reactie tegenover buitenstaanders geeft de ware aard van de politiek aan. Toegegeven, een zeker idee van continuïteit heeft elk systeem nodig. Maar waar gaat het bewaken van het eigen bestaan over in inflexibiliteit en omwil om nog op de omgeving te willen reageren?

Nederlandse politiek is in Europees verband het meest rigide in het afwijzen van vormen van burgerinspraak en directe democratie. Het heeft geen steekhoudende argumenten die het uitblijven van hervormingen billijken. Politici verschuilen zich achter het waanidee dat burgerinspraak een waanidee isDe politiek en het bestuur zijn er juist om complexe problemen in haar totaliteit en in relatie met andere problemen op te lossen. 

Politiek maakt klein door het groot te maken. Deze arrogantie blokkeert elke systeemwijziging. Evengoed kan men zeggen dat de politiek de complexiteit boven het hoofd is gegroeid. Deze afstandelijkheid maakt hoe dan een stap voor stap oplossing onmogelijk. Of de kloof met de burger nou te klein of te groot is, er verandert niets. De burger wordt buiten de deur gehouden.

De 2% van de bevolking met een partijkaart bezet alle functies in politiek en openbaar bestuur. Gevolg is dat 98% het nakijken heeft. Zelfs de betekenis van hun stem in verkiezingen wordt pas achteraf bepaald. Merkwaardig is dat deze scheefgroei nergens ter discussie staat. Maar ook logisch omdat de partijen zelf de discussie bepalen.

Middenpartijen verwijzen bij discussies over invoering van vormen van directe democratie naar het spookbeeld van Geert Wilders of Henk Westbroek. Of naar het Zwitserse referendum over een bouwstop voor minaretten. De politiek stelt zich belerend op en zegt het beter te weten omdat het het risico van deze ontsporingen kent. Dat klopt omdat het Nederlandse politieke systeem zelf de ontsporing is en weet wat het verdedigt.

Een burger die nooit een kans krijgt, zal zich nooit kunnen bewijzen. Onderhand zijn er meer betrokken, hoogopgeleide en specialistische burgers buiten, dan binnen politiek en openbaar bestuur. Maar volgens de politiek kan alleen de politiek enkel en alleen complexe problemen in haar totaliteit en in relatie met andere problemen oplossen. 

Politiek oordeelt over zichzelf. Andere beoordelaars worden niet gehoord. Door het angstbeeld dat de gevestigde politiek oproept en met behulp van de media verspreidt blijft een afweging van hervormingen achterwege. Hierdoor vergeten burgers hoe onwaarachtig en inflexibel het huidige systeem is.

Partijen als SP en PVV die er belang bij hebben om te morrelen aan de zekerheden van het politieke systeem zouden meer kunnen doen. Ze hebben er bij te winnen om de burger dichter bij de politiek te betrekken en zich te profileren als veranderingsgezind.

 Ze weten veel niet-geïnteresseerden bij de politiek te trekken. Maar op de drempel van de macht slikken ze hun kritiek in.

Nederlandse politiek is in zichzelf gekeerd. Door de onwil of het onvermogen tot veranderen, de schijnwereld die met de publieke omroep in stand wordt gehouden, het misnoegen over burgerinitiatieven en de afwijzing van elke uiting van directe democratie gaat het elk avontuur uit de weg en verliest het elk vertrouwen van de burger. De politiek wantrouwt de burger en verschanst zich in regelgeving. Da’s haar kernwaarde.

Foto: Boris Karloff in Frankenstein.