Electoraal poolen als middel om macht van partijpolitiek te verkleinen en van burger te vergroten

Heeft Geert Wilders de verruwing van de politiek op zijn geweten? Dankzij het voorbereidend breekwerk van Pim Fortuyn in 2001-2002. Nee, want het onderschat de continuïteit. Of de gemiste kansen daarop. Vanaf 1994 toen het eerste paarse kabinet aantrad hebben politieke partijen kansen op politieke hervormingen geblokkeerd. Ze zijn hoofdzakelijk bezig met positionering, onderlinge relatie en het eigen voortbestaan. In dat autisme geven de gevestigde partijen de partijpolitiek een slechte naam en een stempel van behoudzucht.

De populistische PVV voegde zich in dat politieke klimaat. Met een ruwe toon zocht het als nieuwkomer de grens van het betamelijk op. Maar dat gebeurde binnen de voorwaarden van een stagnerende politiek die zelf al de ramen had gesloten voor hervormingen. En de machtsdeling met en inspraak van de burger afwees. De zittende politiek blokkeerde zelfs kleinschalige experimenten. Zoals het burgemeestersreferendum.

Het succes van de PVV is het tekortschieten van de politiek. Moet men dat de PVV of de rest verwijten? Het is niet de tragiek dat nationalistisch-rechts nu cultureel de macht opeist, maar dat de middenpartijen geen plek wisten te vinden voor opvattingen zonder uitsluiting van anderen. Dan was ook het bestaansrecht van Wilders afgenomen. Critici van Wilders worden ongewild onderdeel van de polarisatie die ze zeggen te bestrijden. Daarom ligt de oplossing voor Wilders niet in de kritiek op hem, maar in de uitwerking van een alternatief.

Oplossing is een open politiek systeem dat de middenpartijen dient. Een systeem dat het accent verlegt van de partijpolitiek naar een burgerbeweging. Zodat de invloed van burgers op de partijen toeneemt en de macht van de partijen op de samenleving en het openbaar bestuur afneemt. De macht behoort bij de burgers te liggen, niet bij de 2% van de bevolking die partijlid is. Want deze dienen niet het algemeen belang, maar zijn in hun achterhoofd altijd bezig met positionering, electorale overwegingen, partijbelang en -continuïteit.

Het klinkt als een scherts, maar politiek is te belangrijk om aan politieke partijen over te laten. Door experimenten op lokaal niveau kunnen machtsdeling en inspraak vergroot worden. Experimenteer maar eens met een ‘dienstplicht’ in het openbaar bestuur. Of met een kiessysteem zoals het ‘electoraal poolen’. Kiezers gebruiken dan een partijenprogramma als bouwsteen, als handelswaar. Niet langer als een ultieme waarheid. Die achteraf toch nooit een waarheid is. En in steeds meer gevallen dat zelfs vooraf al niet meer is.

In 2010 kwam ik met het voorstel van ‘electoraal poolen’. Ik lanceerde het om het centrum te versterken, het belang van partijen te relativeren en de burger in de bestuurdersstoel te krijgen. Dat poolen komt erop neer dat kiezers met een gedeelde voorkeur elkaar vinden en samen als pakket stemmen. Ze nemen het initiatief van de partijpolitiek over dat niet langer als eindresultaat, maar als halffabricaat wordt beschouwd. Stel dat kiezer A twijfelt tussen D66 en PvdA, kiezer B tussen D66 en GroenLinks en kiezer C tussen GroenLinks en PvdA. In dit voorbeeld spreken ze dan samen af om 1 stem op zowel D66, PvdA als GroenLinks uit te brengen. Het voorbeeld kan uitgebreid worden over meer kiezers en in andere combinaties. Jongerenbeweging G500 probeerde in 2012 een oplossing van gesplitste stemmen uit en noemde het de stembreker. Omdat het te ingewikkeld was sloeg het niet aan. Het stond ook haaks op het idee van electoraal poolen dat de macht terug wil geven aan de burger zonder het te institutionaliseren in een pseudo-politieke partij of beweging als G500.

Doorgaans staan kiezers niet achter alle standpunten van een partij en zouden ze loyaliteit willen verdelen. Kiezers willen zich aan de dwang en het keurslijf van de partijpolitiek ontworstelen. Tegelijk beseffen ze dat partijpolitiek noodzakelijk is voor de samenhang en een rode lijn. Partijen presenteren hun gedachtegoed echter als totaalpakket. Als kiezers daarin een splitsing zouden kunnen aanbrengen biedt dat zicht op een hybride politiek stelsel waarin partijpolitiek bouwstenen biedt waarmee de burger gaat bouwen. De politicus wordt dan aannemer-uitvoerder en de burger architect-eigenaar van het politieke bestel. Vergeleken met nu is dat een verandering omdat de partijpolitiek zich als systeem-eigenaar gedraagt en dat materialiseert door functies in het openbaar bestuur zonder tussenkomst van de burger vastbesloten voor zichzelf op te eisen.

Bouwstenen kunnen standpunten zijn die het financieel eigenbelang dienen, het snelst renderen of het best bij iemands karakter passen. Het kan vanuit een moraal ook een hoger -rond een thema gerangschikt- belang inhouden door te streven naar een duurzame agenda, een veiligheidsagenda of een solidariteitsagenda die slechts gedeeltelijk uitgaat van het eigenbelang. Een positief effect is dat de lange termijn strategie daardoor belangrijker wordt dan partijprogramma’s met een horizon van maximaal vier jaar kunnen realiseren.

De tussenvorm van het electoraal poolen dat politieke partijen met hun in beton gegoten partijprogramma’s ongemoeid laat -maar toch aan hun almacht knabbelt- biedt voorlopig het meeste perspectief om het belang van de partijpolitiek te relativeren en de macht van de burger te vergroten zonder het politieke bestel hevig op te schudden. Wat politiek dus onhaalbaar is. Software van Liquid Feedback bevat al uitgewerkte toepassingen om minderheidsstandpunten in een technische omgeving van E Democracy (internet-democratie) te wegen. Ook voor die vernieuwingen heeft de burger de medewerking van de in zichzelf gekeerde partijpolitiek nodig.

Foto: Steenfabriek Evere (Brussel), ansichtkaart 1906.

Aldershoff over Oekraïne. Campagne van Geen Stijl werkt averechts

Oekraïne

Tijd is essentieel in het vestigen van democratie in Oekraïne. Sleutelzinnen van de analyse over Oekraïne van Willem-Gert Aldershoff in RD: ‘De ”window of opportunity” die zich opende zal echter niet lang openblijven. Twintig jaar wanbeleid heeft de economie totaal ontwricht, de staatkas is leeggeroofd. Voor herstel is de regering gedwongen maatregelen te nemen die de burger hard in de portemonnee treffen. Na lange jaren gedwongen afzien, zullen de Oekraïners daar snel genoeg van krijgen. Bovendien is de diepgewortelde corruptie, de grootste bron van onvrede, niet snel uit te roeien. Daarnaast spelen verfoeide oligarchen zoals Firtash, Kolomoisky, Pintsjoek en Akhmetov alsook Janoekovitsjgetrouwen nog altijd een onzalige rol.

Aldershoff stelt de Oekraïense democratie niet rooskleuriger voor dan die is. Zijn verdienste is dat hij zonder Oekraïne in bescherming te nemen of andere landen aan te vallen niet schroomt omstandigheden bij naam te noemen die dat inperken. Dat varieert van corruptie en slecht overheidsbeleid tot de verregaande inmenging van de Russische Federatie. Oekraïne is weliswaar op weg naar ‘een democratische rechtsstaat zoals wij die in West-Europa al zo lang kennen’, maar kan het dat niet zonder buitenlandse hulp. Het is daarom ook in het Europees belang dat Oekraïne zich ontwikkelt tot een stabiele en welvarende democratische rechtsstaat.

Aldershoff wijst op Thierry Baudet en Geen Stijl die campagne voeren ‘om de Nederlandse bevolking het associatieakkoord tussen de Europese Unie en Oekraïne te laten afwijzen via een referendum‘. Een prima zaak die in een democratie past, hoewel de campagne een bedenkelijk niveau heeft en is gebaseerd op feitelijke onjuistheden. Daarnaast hebben de initiatiefnemers toegegeven zich niet voor de Oekraïense democratie te interesseren, maar dit referendum over Oekraïne aangrijpen voor een debat over de Nederlandse democratie.

Tekenend is dat enkele Nederlandse politieke partijen meegaan in deze campagne die voor de werking van de democratie lijkt te pleiten, maar er door de misleiding haaks op staat. Volgens het instructieboekje voor deze campagne van het Leger des Peils steunen de volgende partijen Geen Stijl: PVV, SP, VNL, Partij voor de Dieren, 50PLUS, Leefbaar Rotterdam, Libertarische Partij, Groep De Mos, Forza!, Trots op Nederland, DSB Weesp, Partij voor SoestLokaal-Liberaal. Ze menen de Nederlandse democratie te steunen maar laten de kans voorbijgaan  om de Oekraïense democratie te helpen versterken nu het kan. Om zo de Nederlandse democratie te helpen.

Foto: Demonstranten in Kiev met een vlag van de Europese Unie.  November, 2013. Foto AP / Efrem Lukatsky

Achterkamertjespolitiek in vertrouwenscommissie Utrecht

24182

De vertrouwenscommissie was de ingebakken weeffout bij de benoeming van Wolfsen. Elke partij uit de raad mocht een vertegenwoordiger leveren. De grotere PvdA en GroenLinks legden meer gewicht in de schaal. Zo’n groep raadsleden denkt ondanks onderlinge verschillen in dezelfde politiek-bestuurlijke richting. Van de 22 sollicitanten in Utrecht waren er 9 partijloos. Deze laatsten moeten bij voorbaat kansloos worden geacht bij een vertrouwenscommissie die gefocused is op politiek en politieke partijen. Want de partijen zitten aan de knoppen van de banenmachine en bedienen alleen zichzelf. Dat bleek overduidelijk in Utrecht.’ Zo schreef ik bijna 3 jaar geleden over de benoeming van Aleid Wolfsen (PvdA) in ‘Weeffout Wolfsen: een reconstructie‘.

Na onhandig optreden in de publiciteit en kritiek van onder meer Diederik Samsom en de Jonge Socialisten houdt Wolfsen het voor gezien. Hij ambieert geen tweede termijn. Gevolg is dat er een vacature voor het burgemeestersambt van Utrecht is. Gebruik is dat een vertrouwenscommissie samen met de Commissaris van de Koning een profielschets opstelt. Een voorlopige profielschets is door een vertrouwenscommissie in oprichting opgesteld. Opzet is om de nieuwe burgemeester per 1 januari 2014 te benoemen.

Er is onenigheid in de vertrouwenscommissie. René Kuiper van GroenRechts heeft zich teruggetrokken. In een anonieme stemming over de leden van de commissie kreeg-ie 20 van de 45 stemmen tegen. Hij concludeerde daaruit niet welkom te zijn. Achterliggende reden lijkt de geheimhouding, in een persbericht schreef Kuiper: ‘De fractie van Groen Rechts staat niet toe dat de benoeming van de burgemeester op een achterbaks politiek spelletje zal uitdraaien.‘ De tegenstemmers die zich niet bekend willen maken bevestigen het gelijk van Kuiper dat achterkamertjespolitiek floreert in Utrecht. Vertegenwoordigers van D66, SP en CDA verwijten de tegenstemmers kinderachtig gedrag. SP ziet er een onderlinge afrekening tussen raadsleden in, CDA vraagt of de tegenstemmers zich bekend maken en D66 ziet er ondersteuning voor de gekozen burgemeester in.

Het gaat niet om René Kuiper of GroenRechts, een splinterpartij in de Utrechtse raad. Het gaat erom dat de procedure met de vertrouwenscommissie in Utrecht voor de tweede keer op rij merkwaardig en niet foutloos verloopt. Door zowel het gebrek aan openheid en de politiek-bestuurlijk focus die gestuurd wordt door partijpolitiek belangen van de grootste Utrechtse partijen GroenLinks, PvdA en VVD kondigt zich de volgende ramp aan. In de Nederlandse verhoudingen kruipt er nog eerder een kameel door het oog van de naald dan dat politieke partijen hun claims op functies in het openbaar bestuur opgeven. Die ze als hun eigendom zien.

Foto: Trap in Utrechtse stadhuis, architectenbureau Miralles Tagliabue EMBT

Utrecht en Wolfsen kennen per definitie geen belangenverstrengeling

Update 10 oktober 2012: De Jonge Socialisten van Utrecht zijn duidelijk in een persbericht: ‘Wolfsen geen tweede termijn’. Want: ‘Utrecht is na 6 jaar Wolfsen  in 2014 toe aan een nieuw elan’ .  In De Volkskrant reageren Utrechtse raadsleden vandaag onder de kop ‘Wolfsen krijgt weer kritiek uit eigen PvdA’ meesmuilend en begripvol voor de burgemeester op de worsteling in sociaal-democratische gelederen. 

Aleid Wolfsen is burgemeester van Utrecht sinds 2 januari 2008. In 2007 werden in een referendum met een opkomst van 9,25% 13.014 stemmen op deze PvdA’er uitgebracht. Een miniem verschil met de PvdA’er Ralph Pans. Een reconstructie laat zien dat dit kon gebeuren door de blikvernauwing van de lokale politiek.

Wolfsen wordt gezien als een kundige voorzitter, maar als een onhandige burgemeester die Utrecht telkens negatief in beeld brengt. Diederik Samson zag in maart 2012 zijn partijgenoot Wolfsen niet benoemd worden voor een tweede termijn. In een petitieWolfsen onze Domstad uit’ roepen bezorgde Utrechters deze in hun ogen ‘incompetente burgemeester’ op om terug te treden. De crux zit in hun verzoek aan D66 en GroenLinks om hun steun voor Aleid Wolfsen in te trekken. Maar zo werkt het dualisme in steden als Utrecht niet.

De coalitiepartijen GroenLinks, PvdA en D66 scharen zich consequent rond hun college. Geen zakelijke, maar politieke overwegingen geven de doorslag. Ofwel, niet de inhoud van de voorstellen is beslissend, maar de politieke kleur van de voor- of tegenstanders. Waarbij komt dat de PvdA in de grote steden al jarenlang domineert. Alleen de Leefbaarheidspartijen wisten daar rond 2001 tijdelijk een deuk in te slaan.

Volgens NRC heeft Jan van der Valk, de bestuursadviseur van Wolfsen, persoonlijk vakantiehuizen en campingplaatsen voor de Roma-familie Nicolich verzorgd. Het kost Utrecht 17.000 euro. Volgens Elsevier heeft Van der Valk een adviesbureau opgericht  dat Romafamilies bijstaat bij conflicten met de gemeente.

Bij het dossier ‘Oud-Amelisweerd’ geeft wethouder Lintmeijer in 2010 directeur Edwin Jacobs van het Centraal Museum een bestuursopdracht om een bestemming voor landhuis Oud-Amelisweerd te zoeken. Jacobs komt uit bij zijn partner Yvonne Ploum die directeur van het Armando Museum is en haar baan dreigt te verliezen omdat Amersfoort de steun intrekt. Met wat wijzingen vanwege negatieve publiciteit wordt het voorstel van Jacobs door de wethouder overgenomen. De raad keurt naar verwachting in juni 2012 een kredietaanvraag van 1,66 miljoen euro voor Oud-Amelisweerd goed. Zonder dat op enig moment de belangenverstrengeling tussen Jacobs en Ploum is besproken. Gevolg? Oud-Amelisweerd wordt een museum dat niet zozeer uitgaat van de behoefte van de stad of de (kunst)historische context, maar van de individuele belangen van personen.

Bij het dossier Nicolich had het Utrechtse stadsbestuur een onderzoek naar belangenverstrengeling ingesteld. Het constateerde dat daarvan geen sprake was. Bij het dossier Oud-Amelisweerd komt het niet eens zover dat de raad de vraag naar belangenverstrengeling in de openbaarheid bespreekt. In Utrecht lijkt volgens de lokale politieke traditie belangenverstrengeling niet te bestaan. Wat fijn om in zo’n voorbeeldige gemeente te wonen.

Foto: Hendrick ter Brugghen, Esau verkoopt zijn geboorterecht, 1620-1625

Politieke hervorming is het antwoord op populisme van PVV en SP

Hebben Jan Marijnissen en Geert Wilders de verruwing van de politiek op hun geweten? Mogelijk gemaakt door voorbereidend breekwerk van Pim Fortuyn in 2001-2002. Nee, want het onderschat de continuïteit. Vanaf 1994 toen het eerste Paarse kabinet aantrad hebben politieke partijen talloze kansen op politieke hervormingen bewust geblokkeerd. Ze zijn hoofdzakelijk bezig met hun positionering, onderlinge relatie en voortbestaan. In dat autisme naderen gevestigde partijen de Amerikaanse Democraten en Republikeinen.

De links-populistische SP en de rechts-populistische PVV voegen zich in dat politieke klimaat. Met een ruwe toon en een nederlaagstrategie hebben ze als nieuwkomers de grenzen opgezocht. Maar dat deden ze binnen de voorwaarden van een stagnerende politiek die zelf al lange tijd de ramen had gesloten voor hervormingen. En niet te vergeten ontbrekende machtsdeling met en inspraak van de burger. Zelfs kleinschalige experimenten zijn door de zittende politiek geblokkeerd of gefrustreerd. Zoals het burgemeestersreferendum.

Het succes van de PVV is het tekortschieten van de zittende politiek. Moet men dat de PVV of de rest verwijten? Het is niet de tragiek dat rechts nu cultureel de macht terugeist, maar dat het centrum geen plek voor opvattingen is zonder uitsluiting van anderen. Dan nam ook het bestaansrecht van Wilders af. Critici van Wilders worden ongewild onderdeel van de polarisatie die ze zeggen te bestrijden. Dat bouwt echter niets op. Daarom ligt de oplossing voor Wilders niet in de kritiek op hem, maar in de uitwerking van een alternatief.

Oplossing is een open politiek systeem dat de middenpartijen dient. En tegelijk door schaalverkleining de invloed van burgers op de partijen vergroot en de macht van de partijen verkleint. De macht behoort bij de kiezers te liggen, niet bij de 2% van de bevolking die partijlid is. Want deze dienen niet het algemeen belang.

Politiek is te belangrijk om het aan de politieke partijen over te laten. Door experimenten op lokaal niveau kunnen machtsdeling en inspraak vergroot worden. Experimenteer maar eens met een ‘dienstplicht’ in het openbaar bestuur. Of met een kiessysteem zoals het ‘electoraal poolen‘ dat niet de uitersten, maar het centrum versterkt en het belang van partijen relativeert. Kiezers gebruiken dan een partijenprogramma als bouwsteen, als handelswaar. Niet langer als een ultieme waarheid. Die achteraf toch nooit een waarheid is.

Foto: Jan Marijnissen als grote leider op SP Transparant

Diederik Samsom spreekt in Utrecht negatief over Aleid Wolfsen

Diederik Samsom is kandidaat voor het PvdA-leiderschap. Hij zegt eerlijk te antwoorden en die antwoorden niet in te studeren. Kortom, Samsom spreekt fris van de lever. Dat bleek gisteren in Utrecht in een café op een zogenaamde meet and greet voor PvdA’ers. In gesprek met de sociaal-democratische Henk en Ingrid.

Op de vraag of de Utrechtse burgemeester Aleid Wolfsen een tweede termijn zou moeten aangaan antwoordde Samsom: ‘Ik kan me niet heel goed voorstellen dat dat een optie is’. Vele Utrechters denken er ook zo over. Wolfsen ligt continu onder vuur en krijgt kritiek vanwege onhandigheden. Zijn omgang met de media is stroef. Maar ook kwam-ie in opspraak omdat-ie berichten over zijn declaratiegedrag uit de krant wilde houden.

Wolfsen werd op 2 januari 2008 geïnstalleerd en zijn herbenoeming zou dus per 1 januari 2014 zijn. Want burgemeesters worden voor 6 jaar benoemd. Er ging een ongeldig referendum aan vooraf met een lage opkomst. De gemeente Utrecht verklaarde: Ondanks het feit dat 99% van de inwoners op de hoogte was van het referendum, bedroeg de opkomst slechts 9,25%. Van de 21.420 uitgebrachte stemmen was 16,30% blanco of ongeldig. Van de geldige stemmen ging 72,59% naar Aleid Wolfsen en 27,41% naar Ralph Pans. 

Samsom heeft inmiddels zijn excuus aan Wolfsen aangeboden. In een tweet zegt-ie: Heb Wolfsen excuus aangeboden voor de manier waarop ik gister mijn twijfels over hem naar buiten heb gebracht. Zo moet dat niet. Nee, parlementariërs hebben in het openbaar te zwijgen over het functioneren van personen in het openbaar bestuur. Maar Samsom neemt niks terug van de kritiek op zijn partijgenoot Wolfsen. Hij biedt alleen excuus aan voor de manier waarop-ie het naar buiten heeft gebracht.

Wat betekent deze episode? Heeft Samsom een fout gemaakt of speelt er meer? Als ervaren kamerlid weet Samsom dat-ie zich niet negatief kan uiten over burgemeesters. Het signaal is in elk geval duidelijk. Een gezaghebbende PvdA-er zegt Wolfsen maar beter zijn biezen te pakken. Zo komt het door de PvdA in 2007 verprutste referendum alsnog tot een eind. Wellicht slaat dat straks nog terug op partijleider Samsom.

Foto: Burgemeester van Utrecht Aleid Wolfsen

Tof Thissen bewaakt de kwaliteit in Utrecht en Nijmegen. Echt?

UPDATE 18 mei: De kandidatencommissie van GroenLinks onder leiding van Tof Thissen wil Tofik Dibi niet voordragen als kandidaat-lijsttrekker. Zo melden diverse bronnen. De commissie acht hem ongeschikt. Wie is Tof Thissen eigenlijk? 

De Nederlandse partijpolitiek doet alle moeite zich overbodig te maken. Dat lukt prima. De PVV komt met een meldingspunt voor Oost-Europeanen, de PvdA klapt uit de school over de steun die Cohen mist, het CDA heeft al geruime tijd geen leider meer en de SP neemt anderen de maat maar kent niet eens partijdemocratie.

En nu wil de PvdA de Nijmegenaren opzadelen met het talent van Sharon Dijksma. Zoals PvdA-kamerlid Aleid Wolfsen als burgemeester werd gedumpt in Utrecht. Zonder steun van de inwoners. Meer dan 90 procent zou tegen de komst van Dijksma zijn, ongeveer dezelfde score haalde Wolfsen in 2007. Maar er is een alternatief, Tof Thissen van GroenLinks. Hoewel-ie niet op de Nijmeegse lijst van de vertrouwenscommissie is gezet.

Thissen dus. Da’s nog de vraag, want Thissen speelt een rol in een rel in wording. Als formateur in Utrecht timmerde hij in 2010 een college in elkaar dat bestond uit GroenLinks, D66 en PvdA. Hij deed dat onbezoldigd, maar op zijn voorstel werd een bekende ingehuurd als ‘adviseur’. Liny Bruijnzeel declareerde 10.000 euro. Daarover zijn raadsvragen gesteld door VVD en Leefbaar. Raadselachtig is dat onder de meer dan 100 communicatiemedewerkers die Utrecht in dienst heeft geen geschikte ondersteuning te vinden was.

Markant is dat Thissen directeur is van KING. Het Kwaliteits Instituut Nederlandse Gemeenten. Op Thissens blog wijst P. Verhagen op het anti-democratische karakter ervan. Burgers zijn immers geen consument, maar klant, dus waarom moet met geld van de VNG een consumentenorganisatie als KING opgetuigd worden dat de overheid als bedrijf ziet? Nu komt naar buiten dat met medeweten van Thissen in Utrecht voor 10.000 euro een bekende ingehuurd werd. Tof Thissen die de kwaliteit van gemeenten bewaakt. In alle overbodigheid.

Foto: Het college van Utrecht en formateur Tof Thissen, april 2010. Foto: RTV Utrecht

Weeffout Wolfsen: een reconstructie

Update 1 mei 2013: Aleid Wolfsen heeft vandaag aangekondigd geen tweede termijn na te streven en per 1 januari 2014 te stoppen als burgemeester van Utrecht. Vanwege kritiek op z’n opereren en het ontbreken van politieke steun kondigde zich al geruime tijd aan dat zijn aftreden onvermijdelijk was. Hij was nooit populair bij de inwoners van Utrecht. Waarom werd Wolfsen trouwens ooit benoemd? Reconstructie van een weeffout. 

Aleid Wolfsen is burgemeester van Utrecht. Twee jaar geleden fietste ik langs Wolfsen die met een groepje mensen op het Utrechtse Lepelenburg liep. Hij keek om zich heen. Er viel iets te schouwen. Een brug, glasbak, muziektent, boom of nieuw-ingezaaid grasveld. De schrik stond in zijn ogen te lezen. Ik wist niet dat het kon, maar ik zag het. Deze man hoort niet aan het roer te staan van een grote stad, zag ik. Hij kan het niet. Hoe is het zover gekomen?

Op 10 oktober 2007 vond er een referendum plaats en konden inwoners van Utrecht een keuze maken uit twee door de raad geselecteerde kandidaten. De vraagstelling van het referendum luidde: De gemeenteraad van Utrecht draagt twee kandidaten voor als burgemeester van Utrecht. Welke kandidaat heeft uw voorkeur: Aleid Wolfsen of Ralph Pans?

De uitkomst was een ongeldig Utrechtse burgemeestersreferendum: Ondanks het feit dat 99% van de inwoners op de hoogte was van het referendum, bedroeg de opkomst slechts 9,25%. Van de 21.420 uitgebrachte stemmen was 16,30% blanco of ongeldig. Van de geldige stemmen ging 72,59% naar Aleid Wolfsen en 27,41% naar Ralph Pans.

Er werden 13.014 stemmen uitgebracht op Wolfsen. De stad Utrecht heeft iets meer dan 300.000 inwoners. Wolfsen werd burgemeester in een referendum waarin de Utrechters konden kiezen tussen twee PvdA-ers met een identiek profiel. Man, blank, middelbare leeftijd, bestuurlijk-politieke achtergrond, PvdA en politiek gematigd. De keuze tussen PvdA I en PvdA II.

Ondanks het mislukte referendum werd Wolfsen toch aanbevolen door de Utrechtse raad. De constante in de hele procedure was dat de Utrechtse partijen zich met elkaar verbonden, maar niet met de bevolking. Overigens herhaalde hetzelfde zich in januari 2008 in Eindhoven. Ook daar konden de inwoners kiezen tussen twee PvdA’ers en was het referendum uiteindelijk ongeldig omdat de opkomst onder de 30% bleef.

Zowel in Utrecht als Eindhoven werden uiteindelijk oud Tweede Kamerleden van de PvdA tot burgemeester benoemd door PvdA-minister Guusje ter Horst. Het referendum was om zeep geholpen. Ter Horst noemde een referendum zoals dat in Eindhoven en Utrecht is gehouden, door de lage opkomst een vreemd fenomeen.

De underdog Ralph Pans combineerde realiteitszin met onzin. Toen-ie tijdens de campagne begreep dat-ie aan de verliezende hand was omdat zowel het Haagse als het Utrechtse PvdA-establishment Tweede Kamerlid Wolfsen steunde noemde hij het referendum een wassen neus. Pans liet in september 2007 onderzoeksbureau Intomart 1700 Utrechters ondervragen over het referendum. Van hen wilde 68% een nieuwe kandidaat toelaten.

Naar aanleiding van het onderzoek zette Pans de volgende -niet meer terug te vinden- verklaring op zijn site: Deze cijfers zijn voor Pans aanleiding te vragen om openbreking van het referendum zodat uiteindelijk over kandidaten gestemd kan worden uit meer dan één partij. Pans zal ook dan kandidaat willen zijn teneinde zijn Actieplan voor Utrecht uit te kunnen voeren. Pans vond geen gehoor. Het referendum ging gewoon door.

Intussen roerden de toenmalige oppositiepartijen Leefbaar Utrecht en VVD zich. Politiek leider Marry Mos van het in Utrecht altijd belangrijke GroenLinks plaatste op maandag 24 september 2007 het volgende -niet meer terug te vinden- commentaar op de site van haar partij. Op dit moment gaan er stemmen op vanuit Leefbaar Utrecht en de VVD om het referendum te staken, omdat ‘het vooraf beklonken zou zijn in Den Haag’. De fractie vindt dit vuil spel. Het is een zware beschuldiging richting de vertrouwenscommissie (waarin elke partij een afgevaardigde heeft) en richting de kandidaten. Er zijn geen harde bewijzen. Dit was overigens voordat Mos van de oproep van Pans had vernomen.

Twee weken voor het referendum van 10 oktober 2007 openbaart zich een merkwaardig schouwspel. Kandidaat Pans wil het referendum openbreken omdat het niet gesteund wordt door de inwoners van Utrecht, VVD en LU suggeren dat het vooraf beklonken is en Marry Mos beticht degenen die het open willen breken van vuil spel. Een wonder dat Wolfsen in alle politieke chaos nog zo’n 13.000 stemmen krijgt.

GroenLinks was landelijk nooit voorstander van een burgemeestersreferendum. Maar de Utrechtse fractie week daarvan af omdat zij dacht met dit referendum bewoners maximale invloed te geven op de burgemeesterskeuze. Het was een probeersel. Als het niet goed uitpakte, wisten ze dat voor de toekomst. Het pakte niet goed uit en werd ook volgens GroenLinks een farce.

Het profiel voor de Utrechtse burgemeester luidde: politiek-bestuurlijke ervaring en een visie (liefst ervaring) op gebied van openbare orde en veiligheid. Dat past een kamerlid als een handschoen. Een onnodige beperking die voortkomt uit de tunnelvisie van degenen die in de politiek werken. Maar de direct betrokkenen past geen verwijt. Door de mechanismen komt de politiek steeds bij hetzelfde uit. Politici lijken de misvorming niet eens te beseffen.

De vertrouwenscommissie was de ingebakken weeffout bij de benoeming van Wolfsen. Elke partij uit de raad mocht een vertegenwoordiger leveren. De grotere PvdA en GroenLinks legden meer gewicht in de schaal. Zo’n groep raadsleden denkt ondanks onderlinge verschillen in dezelfde politiek-bestuurlijke richting. Van de 22 sollicitanten in Utrecht waren er 9 partijloos. Deze laatsten moeten bij voorbaat kansloos worden geacht bij een vertrouwenscommissie die gefocused is op politiek en politieke partijen. Want de partijen zitten aan de knoppen van de banenmachine en bedienen alleen zichzelf. Dat bleek overduidelijk in Utrecht.

Het resultaat van de blikvernauwing van de Nederlandse politiek en het uitblijven van hervormingen die leiden tot vormen van directe democratie, is dat Utrecht opgescheept zit met de middelmatige burgemeester Wolfsen die fout op fout op fout stapelt. Een komedie. In zijn ogen kunnen we lezen hoelang nog.

Foto uit: The Flying Deuces met Laurel and Hardy, 1939