Een Duitse identiteitscrisis. SPD’ers aarzelen over levering van tanks aan Oekraïne

Wat is er toch mis met de Rusland-politiek van de Duitse sociaal-democraten? Dit interview van DW-correspondent Anja Köhler met het lid van de SPD-fractie in de Bundestag Ralf Stegner is inzichtelijk over hoe delen van de SPD denken. Köhler blijft goede vragen stellen. Stegner wordt beschouwd als een linkse SPD’er. Dat wil zeggen dat hij nog steeds ontvankelijk is voor de standpunten van de Russische Federatie. Hoewel ook hij Poetin als oorlogsmisdadiger beschouwt.

Stegner hamert op samenwerking, maar doet net alsof hij niet weet dat niet de anderen, maar de SPD de spookrijder is binnen de Westerse alliantie en de EU. De SPD staat op de rem om geavanceerd militair materiaal aan Oekraïne te leveren. Hij gaat ook bewust voorbij aan het feit dat in de coalitie de SPD tegenover de Groenen en de FDP staat over de levering van Duitse Leopard-tanks aan Oekraïne. Direct of via een vergunning aan andere landen om die tanks te leveren.

Het is niet zo dat de Duitse regering Oekraïne militair, economisch en humanitair niet helpt. Maar het beeld dat in de laatste 11 maanden is ontstaan is dat SPD-kanselier Olaf Scholz telkens door de VS, Polen, Frankrijk en andere bondgenoten tot de orde wordt geroepen en in beweging wordt gezet om Oekraïne te helpen en dat het initiatief niet vanuit de SPD zelf komt. Hoewel daar geluiden klinken die Oekraïne geavanceerd militair materiaal willen leveren.

De realistische co-voorzitter Lars Klingbeil sprak in een toespraak van juli 2022 over de toekomst van de sociaal-democratie, de Europese veiligheidspolitiek en de transformatie die de SPD zal moeten doormaken om bij de tijd te komen (vertaald): ‘Duitsland moet ernaar streven een leidende mogendheid te zijn. Na bijna 80 jaar terughoudendheid heeft Duitsland nu een nieuwe rol in het internationale systeem. Duitsland heeft de afgelopen decennia een hoog niveau van vertrouwen opgebouwd. Maar met dit vertrouwen komen verwachtingen. Dat hebben we net gezien in de discussies van de afgelopen weken. Duitsland staat steeds meer in het middelpunt van de belangstelling. We moeten aan deze verwachtingen voldoen‘.

Het besef dat Duitsland als belangrijkste Europese land een nieuwe rol heeft te spelen nu de Europese veiligheidspolitiek onder druk staat door de oorlog die de Russische Federatie tegen Oekraïne is begonnen lijkt binnen de SPD nog steeds niet goed ingedaald te zijn. Zeker niet wat de praktische politiek betreft.

Stegner speelt zijn rol als SPD’er die probeert het goede te doen, maar nog niet weet wat dat inhoudt. Zoals Duitsland deed met de aanleg van Nord Stream II waartegen binnen de EU oppositie bestond, maar Berlijn doof en blind een Alleingang ging. Nu lijkt de SPD de fout te herhalen met de Rusland-politiek. Toch lijkt het besef in Berlijn toegenomen dat het zal moeten inschikken. Mede door de rampzalige conditie van de Duitse krijgsmacht. Dat maakt het land afhankelijk van VS en Frankrijk.

Klopt het wat SPD-fractievoorzitter Rolf Mützenich in de Bundestag afgelopen dagen zei en Ralf Stegner in het interview met DW herhaalt: ‘Kriege werden in der Regel nicht auf dem Schlachtfeld beendet‘? Denk aan de Eerste en Tweede Wereldoorlog die op het slagveld beslist werden. Of denk aan kleinere oorlogen zoals de Golfoorlogen die op het slagveld door militair overwicht van de overwinnaar beslist werden. Of denk aan de Napoleontische oorlogen die op het slagveld betwist werden. Wat proberen deze SPD-afgevaardigden te bereiken met een uitspraak waarvan ze weten dat die niet klopt?

Tegelijk zegt Mützenich geen rode lijn te zien om geavanceerde tanks aan Oekraïne te leveren. Loopt hij vooruit op een politiek geïsoleerd Duitsland dat onder Amerikaanse, Franse en Poolse druk zal worden gedwongen om Leopard-tanks aan Oekraïne te leveren?

Het beeld van Duitsland is dat het nog steeds op zoek is naar een eigen identiteit en die nog niet gevonden heeft. Tachtig jaar politieke terughoudendheid in de luwte is niet zomaar overwonnen. Dat vraagt een mentale omslag die tijd vraagt. Zeker bij de oudere generatie politici, zoals de 64-jarige kanselier Scholz. In de tussentijd zullen SPD’ers als Stegner argumenten blijven reciteren om de achterhoede van een verloren slag te dekken. Je zou graag willen weten of hij gelooft wat hij zegt.

Die Linke loopt leeg door pro-Kremlin rede Sahra Wagenknecht

Links-radicale partijen zijn gewaarschuwd om de talking points van het Kremlin over de Russisch-Oekraïense oorlog en de energiepolitiek niet te strikt te volgen. Zoals de SP in Nederland.

In Duitsland is het Die Linke die aan te veel begrip voor de Russische Federatie en te veel kritiek op de regering Scholz aan het splijten is. Dat betekent zeer waarschijnlijk het einde van de partij in haar huidige vorm. 

Die waterscheiding is niet tussen ‘fundis’ en ‘realos’ zoals bij de Groenen, maar tussen hervormers die de partij als brede coalitie van maatschappelijke bewegingen zien en traditionele, nationalistische links-radicalen. Vaak uit de voormalige DDR afkomstig schurken ze aan tegen de (neo)-Sovjet mentaliteit van Poetin die ze moeiteloos verinnerlijken. Dat is onverteerbaar voor de hervormers die opteren voor een brede beweging.

Traditionalisten hebben zich rond de controversiële Sahra Wagenknecht verzameld die geen officiële functie in de partij heeft. Als dan de partijleiding niet ingrijpt, dan is iedereen ontevreden.

Wagenknecht is geboren in het Oost-Duitse Jena en is sinds 2014 getrouwd met partijoprichter en partij icoon Oskar Lafontaine. Hij verliet de partij in maart 2022 omdat hij meende dat Die Linke niet langer ‘een links alternatief [is] voor de politiek van sociale onzekerheid en ongelijkheid.‘

Waarom Wagenknecht in haar rede in de Bundestag in een alles of niets offensief haar Rusland-politiek centraal zette en niet een sociaal onderwerp waarvoor ze vermoedelijk bij de andere vleugel meer begrip zou krijgen is een vraag die nog onbeantwoord is. Het lijkt erop dat Wagenknecht bewust de confrontatie met haar partijgenoten zocht. Blaast zij op instigatie van Lafontaine de partij bewust op?

Wagenknecht kreeg van de rechts-radicale AfD meer bijval voor haar rede dan bij haar eigen partij.

Merkel vertegenwoordigt via Nord Stream II belangen van Kremlin

De meest interessante geopolitieke kwesties zijn die waarin allerlei belangen tegen elkaar inspelen. Zodat niet eens duidelijk is waar het nou precies om gaat. De aanleg van Nord Stream II is zo’n complex dossier. Het maakt de EU afhankelijk van Russisch gas en het verlengt de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen. Het is een project met een Russisch meerderheidsbelang en niet op voorhand is duidelijk gezien de hoge kosten van tegen de 10 miljard euro dat de opzet ervan economisch is. Het is in dubbel opzicht een politiek project. Het verhoogt de Europese afhankelijkheid van Russisch gas en het schuiven met fondsen en aanbestedingen maakt het voor de Russische zakenelite die direct is gerelateerd aan het Kremlin mogelijk om op een min of meer legale wijze geld om te ploegen richting eigen portemonnee. In de reacties bij deze video plaatste ik deze week in het Engels deze week enkele reacties die ik hier samenvat:

The construction of Nord Stream II is wrong in two respects. 1) It increases dependence on fossil fuels in the coming decades, while the climate problem requires the opposite; 2) It is contrary to the official EU policy on energy independence and diversity as laid down in the ‘Third Energy Package in the gas sector’ in 2018.

1) It is incorrect that Nord Stream II replaces the current pipeline with Ukraine, because the capacity of Nord Stream II is about 43% higher. Indeed, both systems will co-exist. That makes the construction of Nord Stream II even more illogical;

2) According to its own energy policy, the EU has decided to diversify in 2018 and not to depend on a specific provider (in this case the Russian Federation), but does the opposite in practice through cooperation with Gazprom and Nord Stream II. Despite its own policy, the import and dependence on Russian gas has already increased. If the EU takes itself seriously, it should work better and more coordinated with providers other than the Russian Federation.

3) Again, the dependence on Russian gas contradicts EU policies. This has to do with geopolitics and the Kremlin, which in the past has turned off the gas tap for political reasons. That makes the EU blackmailable for a Russian Federation that is economically weak and politically unstable. No single power block that itself takes seriously must make itself dependent on others.

The short-sightedness of German politics and business is particularly high. Let DW pay attention to this. The German policy on Nord Stream II is the result of an explosive combination of short-term economic thinking with a misguided sense of guilt over the Nazi past and contemporary arrogance.

Toen ik dat laatste schreef had ik nog geen kennis genomen van het artikel van Julian Röpcke in het Duitse ‘Boulevardblad’ Bild van 21 november 2019. Het heeft de veelzeggende titel ‘KLACHTEN TEGEN FEDERALE REGERING; Geheime dienst thriller rondom Putins pijplijn’. Op initiatief van het Russische bedrijf Gazprom zou de regering-Merkel in Washington DC hebben gelobbyd om sancties tegen Nord Stream II ’naar achteren te schuiven’. Het bedrijf Nord Stream II  zou een directe lijn met het kantoor van kanselier Merkel opgebouwd hebben. De achtergrond is dat als het project niet op 31 december 2019 is voltooid, het een vertraging van vijf jaar oploopt en waarschijnlijk nooit afgemaakt kan worden. Dat houdt in dat er 10 miljard euro in het water is gegooid. Daarom liggen Amerikaanse sancties extra gevoelig omdat ze voor die vertraging zorgen.

Uit het artikel blijkt dat de Duitse regering de talking points van het Kremlin overneemt en in Washington naar voren brengt. Dat is nog begrijpelijk en verdedigbaar als het om Duitse economische belangen ging, maar het gaat een grens over en wordt pijnlijk als Berlijn zich tot een spreekbuis maakt van de desinformatie en misleiding van het Kremlin. Want zoals gezegd, de aanleg van Nord Stream II is in strijd met staand energiebeleid van de EU. Het verdeelt de EU. Daar gaat de Duitse regering willen en wetens aan voorbij.

Foto: Schermafbeelding van deel artikelVORWÜRFE GEGEN BUNDESREGIERUNG; Geheimdienst-Krimi um Putin-Pipeline’ van Julian Röpkce voor Bild, 21 november 2019.

Onevenwichtige handelsrelaties gaan door terwijl het Duitse parlement zich bijna unaniem achter Nord Stream II schaart

Aldus Jonathan Holslag in een opinieartikel in de NRC van 7 juni 2019. Overdrijving kan nodig zijn om vastgeroeste standpunten los te wrikken. Het is waardevol om vraagtekens te plaatsen bij de wetmatigheid en logica om zaken te doen met autoritaire staten en die zo in het zadel te helpen. Al gaat het niet om het per omgaande bewerkstelligen van een beleidswijziging, maar om de bewustwording erover te vergroten. Het is het aloude euvel van zakendoen met een vijand tegen het algemeen belang in. Nederland is er als vanouds als handelsnatie niet vies van om handel te drijven met bedenkelijke partners. Het is de hoogste tijd dat we eens goed in de spiegel kijken en ons realiseren waar we in hemelsnaam mee bezig zijn. Namelijk het subsidiëren van autoritaire staten als China of de Russische Federatie die hierdoor niet alleen steeds sterker worden en de Westerse democratieën steeds meer kunnen bedreigen, maar ook hun eigen burgers kunnen onderdrukken. Dat subsidiëren u en ik door het importeren van Russisch gas of Chinese consumentenartikelen.

Velen irriteren zich aan de uitleg over Nord Stream II door het Duitse economische en politieke establishment over wederzijdse afhankelijkheid. Dat is niet alleen in strijd met staand EU-energiebeleid, het is ook vals en opportunistisch. Waar de Britse politieke klasse, en specifiek de twee grootste partijen Tories en Labour, volledig ontspoort inzake de Brexit, ontspoort de Duitse politieke klasse op de Groenen na volledig inzake de Ostpolitik. Ja, Duitsland ziet het angstbeeld van een implosie van de Russische Federatie waarbij de horden uit het Oosten de grenzen overspoelen, maar nee, het is onzinnig om dan de overgave bij het kruisje te tekenen en niet in EU-verband te opereren, geholpen door een verkeerd verwerkt en begrepen schuldgevoel over het Nazisme. Britse politici krijgen terecht volop kritiek in de publieke opinie van diverse Europese landen, maar over de zelf-gerichte, zich vergalopperende Duitse politieke klasse blijft het opvallend stil. Waarom is dat?

Op 6 juni 2019 was er een debat in de Duitse Bundestag onder de titel ‘Souveränität in der Energieversorgung sichern – Sanktionspolitik bei Nord Stream 2 entgegentreten’, waarvan hier een samenvatting van het parlement zelf. Het was aangevraagd door de rechts-populistische AfD, zoals uit de gekleurde titel blijkt, die tegen de politiek van het Kremlin aanleunt. Politici verscholen zich achter de dreigingen door leden van de regering Trump om te stoppen met de aanleg van gaspijplijn Nord Stream II. Die dreiging bestaat en kan als onacceptabel beschouwd worden omdat het raakt aan de Duitse soevereiniteit, maar het ontslaat vervolgens het Duitse parlement niet om eigen verantwoordelijkheid te nemen en in dit publicitair en politiek belangrijke onderwerp van buitenlandse politiek niet individueel en uitgaande van de eigen soevereiniteit, maar in EU-verband te opereren. De Duitse Alleingang irriteert des te meer omdat het als een Europees-Russische project wordt voorgesteld, maar het Duitse politieke establishment daar vervolgens niet naar handelt. Op de bijdrage van de Groene politicus Jürgen Trittin na onderstrepen Duitse politici wat Holslag zegt: ‘een onsamenhangend diplomatiek en militair antwoord, terwijl de onevenwichtige handelsrelaties doorgaan’. Het Westen, en in het bijzonder Duitsland verraadt de vrijheid waar het in het eigen nationale parlement met zulke mooie woorden zo omslachtig in de rol van benadeelde over praat. In theorie, maar niet in de praktijk, omdat dat niks kost.

Foto: Schermafbeelding van deel artikelHet verraad van de vrijheid’ van Jonathan Holslag in NRC, 7 juni 2019.

Frauke Petry neemt geen zitting in AfD-fractie in Bundestag. Afscheiding of partijsplitsing?

Het wordt gepresenteerd als onverwachts. Als donderslag (‘Paukenschlag’) bij heldere hemel. Voorzitter Frauke Petry neemt geen zitting in de AfD-fractie in de Bundestag. De partij behaalde gisteren in de landelijke verkiezingen 12,6% van de stemmen en kan rekenen op 94 zetels. Waaronder drie directe mandaten in het complexe Duitse verkiezingssysteem. Petry kreeg in Saksen één van die directe mandaten. Nu het stof optrekt wordt het vertrek van Petry als minder onverwacht gezien. Het zat er al langer aan te komen. Haar stap is het gevolg van een politieke richtingenstrijd. In een verklaring legt Petry uit wat haar ertoe gebracht heeft.

Deutschlanddfunk geeft in een interview met de Saksische politicoloog Hans Vorländer van TU Dresden duiding aan de gebeurtenissen. Voor de vorming van een fractie in de Bundestag zijn 30 zetels nodig. Als Petry 29 AfD’ers in de fractie weet over te halen om over te lopen dan is de partijsplitsing definitief. Anders blijft het bij een afscheiding. Bij splitsing voert Petry dan de gematigd conservatief-liberale vleugel aan. De partij van Alexander Gauland en Alice Weidel noemt Vorländer nationalistisch-conservatief en extreem-rechts. Wat hij onder ‘extreem-rechts’ verstaat is onduidelijk. Als dat het gebruik van geweld en intimidatie op straat betekent, dan lijkt niet dat de AfD op dit moment die geweldspiraal al zover opgeschroefd heeft. Opvallend is de koers naar het centrum van Petry die zich vroeger radicaal opstelde. Maar haar pogingen om de AfD voor een groter publiek salonfähig te maken zijn mislukt. Haar uittreden uit de partij wordt geëist, en verwacht.

Geert Wilders bracht Petry per tweet een opvallende felicitatie, zoals een bericht van Mercur verduidelijkt: ‘Gratuliere @FraukePetry und @AfD !! ’. Wilders kent Petry van de Europese samenwerking tussen de fracties die in het Europarlement de fractieEuropa van Naties en Vrijheid’ (ENF) vormen. Onder wie het Front National en de PVV. Petry’s partner, Marcus Pretzell maakt namens de AfD deel van de ENF uit. Of Wilders loopt achter de feiten aan, of hij speculeert op een partijsplitsing waarbij de nieuwe partij van Petry en Pretzell op Europees niveau de logische partner voor de ENF blijft. Dat is logisch omdat Marine Le Pen en Wilders de afgelopen jaren moeite hebben gedaan om afstand te nemen van het schaamteloze radicalisme dat Gauland en Weidel vertegenwoordigen. Aanleunen tegen neo-nazi’s is in Europa niet populair.

Mijn reactie op de FB-pagina van Petry: ‘Der Französischer Literaturnobelpreisträger François Mauriac sagte: ‘Ich liebe Deutschland. Ich liebe es so sehr, dass ich zufrieden bin, weil es gleich zwei Deutschland gibt’. Nun kann man sagen: ‘Ich liebe die AfD. Ich liebe es so sehr, dass ich zufrieden bin, weil es gleich zwei AfD gibt’. Interne verdeeldheid verzwakt de AfD. Straks zijn er mogelijk wel twee van. Het kan verkeren in Duitsland. 

Kunst wordt slecht vertegenwoordigd in Nederlandse politiek. Daarom een pleidooi voor het afzien van cultuurbeleid

Update 20 mei 2020: Drie jaar geleden schreef ik onderstaand commentaar. Door de ontwikkelingen in Noord-Brabant en het onmachtige beleid van minister Van Engelshoven om de gevolgen van de coronacrisis voor de kunsten op te vangen is nu nog duidelijker dan toen wat het aanzien van en het respect voor de kunst in Nederland is bij politici en bestuurders: nihil. Het uiterste gevolg daarvan is om het cultuurbeleid maar helemaal af te schaffen. Beter geen cultuurbeleid, dan een slecht en vals cultuurbeleid. Want vooral dat laatste staat een omslag in het denken in de weg. De kunsten kunnen het beste groeien op de puinhopen … van het huidige cultuurbeleid. Laat het motto zijn: ‘Het cultuurbeleid is dood, lang leve het cultuurbeleid!’

Altijd op zoek naar meningen over kunst en cultuurpolitiek bleef mijn oog haken aan twee zinnen in een analyse van Karlheinz Schmid over de Duitse politiek en het geringe belang van cultuurpolitiek in het politieke debat in de Kunstzeitung van juli 2017. Schmid: ‘Warum die Kultur in den Parteien bedeutungslos wirkt, resultiert aus einem verengten Blickfeld, fernab zeitgemäss erweiterter Begriffe. Entweder spritzige Event-Kultur oder verklebtes Heimat-Gefühl – das scheint die einzig vorstellbare Alternative zu sein.’  Volgens Schmid is het cultuurdebat in de Duitse politiek zinloos omdat het gevangen zit tussen een modieuze blik naar voren en een nostalgische blik naar achteren. In beide gevallen kan kunst zichzelf niet zijn, maar wordt het ingezet voor politieke of maatschappelijke doelen. Simpelweg gezegd, politici vinden dat kunst zich of moet uitspreken over actuele onderwerpen als terrorisme of migratie of over nationalisme en identiteit. Schmid koppelt die houding aan het ontbreken van kunstprofessionals in de landelijke politiek, zowel in de vaste commissie (‘Ausschuss’) Cultuur en Media van de Bundestag als in de afzonderlijke fracties.

In Nederland is het niet beter gesteld met de vertegenwoordiging. Van de 12 woordvoerders cultuur in de commissie Onderwijs, Cultuur en Wetenschap kunnen alleen de kunsthistorici Alexander Pechtold (D66) en Carla Dik-Faber (CU) als kunstprofessionals gezien worden. Met de kanttekening dat ze de praktijk ervan respectievelijk 20 en 10 jaar achter zich hebben liggen. Corinne Ellemeet (GL) is als oud adjunct-directeur van de Westergasfabriek een twijfelgeval. Met de staatssecretarissen Cultuur is het nog slechter gesteld. De laatste die als kunstprofessional kan worden opgevat was in 2003 Cees van Leeuwen (LPF) als basgitarist van Kayak.

Het is dus geen wonder dat door het ontbreken van kunstprofessionals op bepalende functies de kunst in de Nederlandse politiek op het hoogste niveau zo slecht wordt vertegenwoordigd. En zelfs sinds 2011 onder de voet is gelopen zonder serieus tegengeluid. Waar Schmid spreekt over een kleurloze ex-staatssecretaris Tim Renner (SPD) of cultuurminister Monika Grütters (CDU) die op de slippen van kanselier Angela Merkel haar ministerschap waarschijnlijk zal verlengen zijn het in Nederland geen kleurloze politici die de kunst voor hun rekening nemen, maar politici die er opmerkelijk vijandig tegenover staan. En door hun collega’s nauwelijks tegengesproken worden. Staatssecretaris Halbe Zijlstra (VVD) of woordvoerder Cultuur Martin Bosma (PVV) gingen er prat op niets met kunst te hebben. Het is deze Nederlandse botheid die de kunst in het hart treft.

Karlheinz Schmid komt in een kritisch artikel (Das grosse Missverständnis) over de documenta 14 te Kassel zijdelings terug op het onderwerp van de cultuurpolitiek. Hoofdcurator Adam Szymczyk krijgt van Schmid het verwijt dat hij niet alleen geen liefde voor hedendaagse kunst heeft, maar er evenmin iets van begrijpt: ‘Er scheint nicht in der Lage zu sein, aus dem, was Künstler heute machen, eine Grossaustellung zu generieren, die aus der Kraft der Kunst selbst ihre Energie zieht’. Adam Szymczyk is volgens Schmid één van degenen die gevangen zit in de modieuze blik naar voren. En daarbij onbewust voorbijgaat aan de kunst. Het is een verwijt dat ook Nederlandse politici die verantwoordelijk zijn voor kunst gemaakt kan worden. Ze laten niet toe of missen het begrip om te beseffen dat een tentoonstelling of kunstmanifestatie energie moet putten uit de kracht van de kunst zelf. En niet uit een afgeleide doelstelling als minderhedenbeleid, confrontatie en verbreding (Rick van der Ploeg), de blik naar achteren (Jan Marijnissen, PVV) of de blik naar voren.

Het is normaal als voor verkiezingen of tijdens een formatie belangengroepen hun eigen zaak in het publieke debat bepleiten. Ze vragen meer budget voor hun sector. Of een apart directoraat of ministerschap. Gezien de Nederlandse praktijk kan echter beter voor het omgekeerde gepleit worden. Namelijk afzien van cultuurbeleid.

Want de verwachting dat er iets ten goede verandert is nihil. Daarom kan maar beter geheel afgezien worden van enig cultuurbeleid. Dan kan het evenmin afgebroken worden. Want door het ontbreken van zowel kunstprofessionals in de landelijke politiek als bepalende politici met begrip voor de kunst dat boven een aanvaardbaar minimum komt loopt de kunstsector gerede kans dat het er eerder slechter dan beter op wordt.

Maatregelen die genomen worden zwijmelen in nostalgie of modieusiteit of stellen kunst voor als afgeleide van sociaal of politiek beleid. Zulk cultuurbeleid is voor iedereen zinloos. Het dient noch kunst, kunstenaars of kunstconsumenten. En als de kortetermijn-effecten zijn uitgewerkt op termijn evenmin de samenleving.

Foto: Mika Rottenberg, Cosmic Generator, 2017. Still. Copyright Mika Rottenberg. Courtesy Andrea Rosen Gallery. Te zien op Skulptur Projekte 2017 Münster, Duitsland.

Timothy Snyder wijst Duitse parlementariërs op blinde vlek in hun historisch geheugen over Oekraïne. En op verantwoordelijkheid

In het hol van de leeuw leest historicus en hoogleraar aan Yale Timothy Snyder het Duitse parlement de les. De registratie dateert van 20 juni 2017. Euromaidan geeft een transcriptie van zijn lezing. Zijn uiteenzetting van 30 minuten is rijk aan details en probeert de Duitse parlementariërs historisch besef bij te brengen over de Tweede Wereldoorlog en misverstanden recht te zetten over Oekraïne. Snyder suggereert dat hun schuldbesef dat ze nu jegens Rusland koesteren historisch onjuist is en feitelijk gericht moet zijn op Oekraïne.

Oekraïne (Soviet Ukraine) was het doel van Hitlers veroveringsoorlog naar het Oosten, heeft in die oorlog meer geleden dan elk ander land inclusief Duitsland, kende relatief en absoluut meer gesneuvelde militairen die in het Rode Leger tegen de Wehrmacht vochten (meer dan andere Sovjet-republieken of Frankrijk, Groot-Brittannië en de VS gecombineerd), en was niet nationalistischer of collaboreerde meer met het Derde Rijk dan andere landen. Minder dan Frankrijk zoals Snyder in een bij dit publiek slecht gelande kwinkslag opmerkt.

Oekraïne was het grootste slachtoffer van Duitse kolonisatie en slavernij. Dit besef -en wat kan worden opgevat als een terechtwijzing van de Duitse parlementariërs door Snyder- is van belang voor de huidige politieke opstelling van Duitsland, en in haar kielzog de EU. Het is niet in het laatst van belang voor de Duitse opstelling inzake de Minsk-onderhandelingen over de territoriale integriteit en soevereiniteit van Oekraïne. Snyder poetst historische en actuele Oekraïense fouten niet weg, maar probeert historische diepte te geven aan de Duitse verantwoordelijkheid en die te corrigeren op onjuistheden, gemakzucht en opportunisme. Of Snyder echt het op de Russische Federatie gerichte hedendaagse Duitse schuldbesef kan bijstellen is de vraag.

Snyder waarschuwt de Duitsers niet in de propaganda van het Kremlin te trappen. Essentieel is deze passage aan het einde van de lezing: ‘The danger here is that you enter into a kind of Molotov-Ribbentrop pact of the mind, where Germans agree with Russians that the evils that came from Berlin and from Moscow to Ukraine are going to be blamed on Ukrainians. It’s so easy, it’s so comfortable, it’s so tempting to say: “Haven’t we Germans apologized enough? Aren’t we the model for everyone else? It’s such a tempting trap to fall into, but I can say this from experience as an American: if you get the history of colonization and slavery wrong, it can come back. And your history with Ukraine is precisely the history of colonization and slavery. If the remnants of German nationalism which are still with you on the left and on the right meet up with the dominance of Russian nationalism, if you find common ground there – that being “it’s all the fault of Ukraine; why should we apologize, why should you remember?” – this is a danger for Germany as a democracy precisely.’

Hoe te stemmen voor Europa als heersende klasse oorlog tegen de waarheid voert?

451312_61165613-646x363

Update 22 mei: Vandaag Europese verkiezingen. Moeilijke keuze voor velen. Wel stemmen of niet stemmen? En als men de gang naar de stembus maakt op welke partij moet men dan stemmen? Van welke thema’s laat men de keuze afhangen? Volgt men de agenda van de politieke partijen zoals die blijkt uit advertenties, flyers en politieke programma’s of volgt men de agenda van zichzelf? Als dat laatste al goed mogelijk is in onze informatiemaatschappij. Zo’n keuze gaat wellicht dwars tegen de consensus in die ons wordt ingefluisterd. 

Klopt de bewering van Henrik Alexandersson -assistent van Europarlementariër voor de Zweedse Piratenpartij Christian Engström- dat ‘de heersende klasse en de regeringen een oorlog tegen de waarheid zelf voeren’? Hij onderbouwt het in ‘The ruling class wages war against on truth itself’. Volgens hem gaan regeringen tot het uiterste om critici te vervolgen en op te sluiten die de waarheid vertellen over wat er aan de hand is, terwijl ze in naam de mensenrechten propageren. Terzijde, een staaltje van die dubbelzinnigheid is een conferentie over internetvrijheid die juist de opzet heeft om die vrijheid in te perken. De Newspeak van Orwell in werking. 

Voorbeeld van een criticus die door het establishment is koudgesteld is Craig Murray, de Britse oud-ambassadeur in Oezbekistan. Vanuit de marge doet-ie verslag van z’n opkomen voor mensenrechten. Hij is een medestander van Julian Assange. Murray valt op dat de Britse gevestigde klasse zich niet kan voorstellen dat Britse militairen of ministers voor het Internationaal Strafhof in Den Haag voor oorlogsmisdaden terecht moeten staan. Over BBC-journalist Gavin Esler die deze waarheid niet wil horen: ‘Het feit dat door Irak binnen te vallen Britse ministers verantwoordelijk waren voor meer doden dan Milosevic, of zelfs Charles Taylor, is iets waarvan hij ergens, diep van binnen, bewust is als van een abstracte waarheid, maar hij heeft zichzelf gecensureerd het in zijn wereldbeeld in te voegen.’ Westerse censuur is zowel individueel als institutioneel.

Censuur houdt uit de openbaarheid wat niet gehoord mag worden. Soms met grove maatregelen, vaak met zachte hand en door zelfcensuur van politici en journalisten. Klokkenluiders die tegen gevestigde belangen ingaan worden beschuldigd door gefabriceerde waarheden die hun functioneren beperkt of soms zelfs onmogelijk maakt. Denk aan Edward Snowden wiens paspoort door de VS eenzijdig en tegen alle mensenrechten in ingetrokken werd toen hij vanuit Hong Kong naar Rusland vluchtte of Julian Assange die zonder reden op een zogenaamde Red Notice lijst van Interpol werd gezet zonder dat er ooit bij enige rechtbank een aanklacht tegen hem is ingediend. Hij moest vluchten naar de Ecuadoriaanse Ambassade in Londen. Hoe beschamend is de behandeling van Assange en Snowden en wat zegt dat over u of mij?

Alexandersson verwijst naar een artikel in Der Spiegel over het koudstellen van de Duitse Bundestag. De gevestigde partijen uit de grote coalitie van kanselier Merkel laten zich onmachtig maken in een koehandel die Duitse steun voor Amerikaans beleid koopt en Edward Snowden en rechtsprincipes laat vallen. Alle Duitse bezwaren over de NSA worden door de christen- en sociaal-democraten ingeslikt. Het is zelfs zo dat iedereen die met Snowden in contact komt inclusief parlementsleden gecriminaliseerd zullen worden. Die dreiging intimideert en schrikt af. Het absurdisme van de macht is dat Duitse politici die volgens hun mandaat voor de mensenrechten wensen op te komen de dreiging van strafrechtelijke aansprakelijkheid boven het hoofd hangt.

Europese Verkiezingen komen eraan en de macht is gek geworden. Het verliest de principes waar alles om begonnen is uit het oog. Wat te doen? Het is zaak om op een partij te stemmen die principieel ingaat tegen dat machtsmisbruik en zich niet laat intimideren door de macht om die principes in te slikken. Zelfs in een nationaal of Europees parlement. Kortom, kies een partij die zich niet van de wijs laat brengen en de principes van de rechtsstaat of zelfs de werking van de parlementaire democratie niet inlevert voor een gascontract, een voorkeursbehandeling door president Obama of door het opofferen van rechtsprincipes. Alexandersson merkt op dat er reden tot zorg is, maar ook de kans om bij de Europese Verkiezingen tegen deze dwaasheid te stemmen. Voor een assistent van piraat Christian Engström lijkt de keuze duidelijk. Ik deel zijn keuze.

Angela Merkel: Das gibt’s nur einmal, das kommt nicht wieder

Angela Merkel danst. Ze heeft met 41,5% van de stemmen een prima resultaat behaald in de verkiezingen voor het landelijke parlement. Haar voorstelling komt niet helemaal van de grond. Het past in de theatertraditie van Bertolt Brecht. Merkel staat op zo’n merkwaardige manier stil bij haar succes dat het lijkt alsof het vooral is bedoeld om er commentaar op te geven. Ze twijfelt tussen genieten van het moment en angst voor overmoed. Reken maar na, volgens de uitslagen hebben de drie linkse partijen in de Bundestag een nipte meerderheid van 319 tegenover 311 zetels voor CDU/CSU. Merkel heeft het geluk dat Die Linke en de SPD elkaar niet liggen. Anders zouden die partijen met de Groenen een regering kunnen vormen. De paradox van haar fijnste uur is dat een grote overwinning haar vooral lastige onderhandelingen brengt. Hoe vertaal je dat in een dans?

b780x450

Foto: Lilian Harvey in ‘Der Kongreß tanzt‘ (1931). Met de song ‘ Das gibt’s nur einmal, das kommt nicht wieder‘.

Duitse Piraten staan voor doorbraak

Een landelijke enquête van het blad Stern maakt duidelijk dat de Duitse Piratenpartij aan populariteit wint. Ze staan in de peilingen op 7% waarmee ze de 5%-drempel voor de Duitse Tweede Kamer, de Bundestag nemen. Protest is het motief om op de Piraten te stemmen. Vorige maand waren de ze al succesvol in het Berlijnse parlement met 9% van de stemmen.

Onderzoeker Manfred Güllner heeft zo’n succes van een partij als de Piraten die uit het niets komt nog nooit gezien, zelfs niet bij de Groenen die er langer over deden: Selbst die Grünen brauchten nach ihrem ersten Antreten zur Europawahl 1979 vier Jahre, bis sie in den Bundestag kamen.

Protestpartij dus. Van de ondervraagden zou liefst 84% uit protest op de Piraten stemmen omdat ze geen vertrouwen in de andere partijen meer hebben. Slechts 6% heeft ideologische motieven. Die smalle basis lijkt de zwakte van de Piraten. Maar eenmaal in de Bundestag kan de basis verbreed worden. Dan maakt het niet uit dat men met proteststemmen gekozen is.

Toch geeft 38% van de ondervraagden aan het politieke programma te kennen. Da’s veel en komt mogelijk omdat het programma  kernachtig en helder is. Het gaat in de eerste plaats om internetvrijheid, gevolgd door meer inspraak voor de burger en de eis om transparantie.  Verrassend is de partijpolitieke herkomst van de aanhangers. Slechts 11 procent stemde Groenen, 16 procent CDU/CSU, 13 procent op de liberale FDP en 10 procent SDP. Thuisblijvers of nieuwe stemmers vormen 30 procent van het potentieel.

In Nederland zijn dezelfde voorwaarden aanwezig voor een doorbraak. Als we de SP wegstrepen tegen Die Linke is de PVV het verschil. Voor veel kiezers een protestpartij. PVV-kiezers zijn tamelijk solidair met hun partij. Opvallend is dat sociaal-economische motieven geen rol spelen. Dat opent voor de Piraten de kans om de PVV links te passeren. Hoe meer de PVV cultureel naar rechts beweegt hoe meer ruimte de Piraten krijgen.

Omdat Nederlandse burgers dezelfde zorgen hebben over afnemende internetvrijheid en burgerrechten, de groeiende kloof tussen burger en politiek en de stroperigheid van het openbaar bestuur lijken nog maar twee voorwaarden de doorbraak van de Nederlandse Piraten in de weg te staan. Namelijk een goede organisatie en een programma plus kandidaten die ver blijven van linkse of anti-rechtse thema’s maar deze overstijgen.

Foto: Duitse Piraten, 2011 DTS Persbureau