Niet alleen de Amerikaanse politiek is tot op het bot verdeeld, maar ook het bedrijfsleven. Het is lastig opereren voor bedrijven in zo’n gepolitiseerde markt vol politieke gevoeligheden. Een advertentie kan zomaar tot een dip in de omzet leiden. Vooral radicaal-rechts grijpt graag naar het wapen van de boycot om zich te profileren onder het mom dat cultuurwaarden worden geschonden.
Opvallend is de politieke strijd van de gouverneur van Florida Ron DeSantis tegen Disney omdat het te woke zou zijn. Het lijkt er trouwens niet op dat DeSantis dat kan winnen. Sinds april 2023 is er de boycot door rechtse opinieleiders van het bier Bud Light. Eigenaar en Belgische multinational InBev liet in een advertentie transvrouw Dylan Mulvaney optreden. Ze werd in oktober 2022 op het Witte Huis door president Biden ontvangen om over transgenderrechten te praten.
De som is snel gemaakt: Biden + transgenderrrechten roept automatisch reactie op van radicaal-rechts dat verwijst naar cultuurwaarden. Bud Light moet gecanceld worden. De aversie richtte zich tegen Mulvaney en tegen InBev dat op een gegeven moment 60% van de omzet van Bud Light verloor. InBev is marktleider op de Amerikaanse biermarkt. Vraag is niet hoeveel schade het doet aan Bud Light, maar aan multinational InBev. Hoe inclusief kan het zijn in de VS? Buigt het naar links of rechts?
In april 2023 schoot zanger Kid Rock die sympathiseert met de Republikeinse partij blikjes Bud Light aan flarden met een automatisch geweer. Zijn politieke opvatting met MAGA-pet laat niets te raden over. Zijn filmpje werd breed gedeeld. Tegelijk promoot hij het concurrerende Happy Dad seltzer, een bedrijf dat samenwerkte met de rechtse transgender Caitlyn Jenner. De boycot gaat niet over principes of diepere waarden. Het is pure partijpolitiek en stemmingmakerij met grote woorden.
Economische, politieke, individuele en culturele belangen lopen in de boycot van Bud Light door elkaar heen. Het is een proxy war van influencers. Internationale bedrijven die op de Amerikaanse markt opereren moeten behoedzaam zijn om geen aanleiding tot een boycot te geven aan links of rechts. Dat kan omzet, imagoschade en beurswaarde kosten. Maar of bedrijven daarmee nog zichzelf kunnen zijn is de vraag.
Schermafbeelding van deel artikel ‘Verdriet over verbreken banden met Hermitage Sint-Petersburg: “Kunst is onschuldig“‘ op AT5, 4 maart 2022.
In een artikel van AT5 over de (tijdelijke) sluiting van de Hermitage doet kunsthistoricus Sabry Amroussi opmerkelijke uitspraken. Men mag aannemen dat de uitspraken kloppen en door hem werkelijk gedaan zijn
Een selectie:
– ‘Het is onterecht dat kunst nu verwikkeld is met politiek‘
– ‘De kunstenaars hebben hier niet om gevraagd‘
– ‘Kunst is onschuldig en wordt geofferd op het blok van de politiek en dat zou niet moeten kunnen‘
Hoe is het mogelijk dat een kunsthistoricus zulke uitspraken doet? Dat roept de vraag op wat er met Amroussi aan de hand is. Lijdt hij aan blikvernauwing of aan geniale domheid? Conservator en kunsthistoricus Sjeng Scheijen wordt ook om commentaar gevraagd over het beleid van de Hermitage en reageert genuanceerd en evenwichtig.
Een en ander roept de vraag op welke functie Amroussi voor kunst weggelegd ziet. Uit de uitspraken blijkt dat hij vindt dat kunst en politiek gescheiden zijn en niet met elkaar verwikkeld mogen worden. Meent hij dat of formuleert hij ongelukkig zonder te beseffen wat hij zegt? Het valt te bezien wat kwalijker is, onhandigheid of naïviteit. Waar laat zo’n uitspraak kunst die zich uitspreekt over politiek en samenleving, zoals relevante kunst altijd doet?
Als Amroussi zegt dat kunst onschuldig is, dan schildert hij kunst af als onverdorven en argeloos. Als iets dat buiten het proces staat en er geen deel van wil zijn. Dan is kunst iets dat niets te maken heeft met politiek en samenleving en er hoogstens per ongeluk in contact mee komt.
Kunst is niet onschuldig, maar schuldig. Kunst die onschuldig wil zijn is amusement en vertier. Dat is een afgeleide, getemde vorm van kunst. Mogelijk is zo’n opvatting bon ton in een deftig en in zichzelf gekeerd tentoonstellingscircuit dat kunst ziet als halfproduct in de tentoonstellingsmachine van musea. Kunst die ertoe doet is hartstikke schuldig. Kunst die ertoe doet kiest altijd positie en is per definitie niet onschuldig.
Waarom hebben kunstenaars volgens Amroussi er niet om gevraagd? Heeft hij dat gecheckt, en als hij naar de kunstenaars van de Russische Avant Garde verwijst wiens werk op de tentoonstelling te zien was die werd gesloten, hoeveel van die kunstenaars zijn nog in leven en hebben zich hier tegenover hem over uitgesproken?
Heeft Amroussi telepathische gaven om in contact te treden met Kazimir Malevitsj (gestorven 1935) en Wassily Kandinsky (gestorven 1944)? Is Amroussi de nieuwe Helena Blavatsky die kunstgeschiedenis verwisselt met occultisme en een medium is geworden om in contact te treden met gestorven kunstenaars?
The medium Marthe Béraud with an ectoplasmatic structure (materialization) on her head. Marthe Béraud also performed under the names Eva C. and Eva Carrière. Photograph taken in 1912 by German parapsychological researcher Albert von Schrenck-Notzing M.D.(1862 – 1929).
De oorlog die de Russische Federatie in 2014 begonnen is tegen Oekraine en is veranderd in een grootschalige invasie is een moment van waarheid. Men kan niet afzijdig zijn omdat als men afzijdig blijft men stilzwijgend kiest voor de agressor. Shell verkoopt haar aandeel in Russische projecten, de Gasunie niet. Advocatenkantoren als Houthoff zien zich door maatschappelijke en politieke druk gedwongen om hun relatie met de Russische machthebbers te verbreken.
De Hermitage verbreekt met een kromme redenering de banden met de Russische Hermitage waarvan het afhankelijk was vanwege bruiklenen. Het bontst maakt Sabry Amroussi het als blijkt dat hij als kunsthistoricus opvattingen over de functie van kunst naar buiten brengt die wringen. Dat is onthullend. Dat is zijn moment van waarheid. Dat is zijn gesloten wereldbeeld.
De schending van de mensenrechten en het binnendringen met bruut geweld van de ongenode en onwelkome gast de Russische Federatie in Oekraïne vraagt om een reactie. Het is een asynchrone strijd die op verschillende plaatsen plaatsvindt. Hoe dan ook moet de Russische economie geraakt worden. Zeker zolang het Westen zich niet actief in de strijd in Oekraïne mengt. Europa moet geen Russisch gas en olie meer afnemen omdat dat Poetins oorlogskas spekt en de oorlog gaande houdt.
Havenwerkers hebben een machtig wapen: de staking. Ze kunnen dat nu inzetten tegen schepen en vliegtuigen die op enigerlei wijze met de Russische Federatie zijn verbonden. Het is onvoldoende om alleen Russische schepen en vliegtuigen te boycotten, want Russische lading kan door vervoerders uit andere landen verscheept worden.
De vakbond moet het initiatief nemen en zich niet afhankelijk maken van de Havenbedrijven. Want die gaan zolang mogelijk door om zaken met de Russische Federatie te blijven doen. Ze hebben economische belangen die strijdig zijn met het economisch isoleren van de Russische Federatie. Uit een artikel in de PZC blijkt hoe defensief de werkgevers denken en hoe ze acties proberen te vertragen. Daar moeten de vakbonden niet in meegaan.
Vakbondsleider Niek Stam van FNV Havens vraagt zich het volgende af: ‘Nederland is ooit ook bevrijd door andere landen die daarvoor financiële offers hebben moeten brengen. En wat gaan we doen als Rusland ook andere landen aanvalt en bezet? En als Poetin de gasprijs verhoogt om zijn oorlog te bekostigen? Waartoe zijn wij dan wel bereid?‘
Stam vindt dat alles besmet moet worden verklaard wat Russisch is. Het verdient de voorkeur dat de regeringen van Westerse landen daar gezamenlijk een standpunt over innemen en verdergaande maatregelen treffen om de nu nog bestaande loopholes af te sluiten. Maar zolang het nog niet zover is, kan voorlopig het wapen van de wilde staking druk zetten op de Westerse overheden én op Russische bedrijven en regering.
Affiche van film Stachka /Стачка (Staking) van Sergei Eisenstein (1925).
In het VK weigerden volgens een bericht in The Guardian vandaag havenwerkers om de Boris Vilkitskiy met Russisch LNG te lossen. Ze waren kwaad vanwege een regeringsmaatregel die alleen keek naar de registratie van het schip en niet naar de herkomst van de lading. Ze verklaarden zich solidair met Oekraïense havenwerkers. Deze maas in de maatregel probeerden ze met een wilde staking te dichten. Met succes. Of het schip naar een andere Europese haven is gevaren om gelost te worden blijkt niet uit het bericht.
Schermafbeelding van deel artikel ‘Tanker of Russian gas diverted after Kent dockers refuse to unload it‘ in The Guardian, 3 maart 2022.
Raadsvragen ‘Afstand nemen of einde Gergiev Festival‘ van Ruud van der Velden van de PvdD Rotterdam, 25 februari 2022.
Eindelijk wordt Rotterdam wakker. Het Rotterdams Philharmonisch Orkest en het Gergiev Festival hebben kritiek op dirigent Valery Gergiev die wegens zijn pro-Kremlin houding en vriendschap met president Poetin door de Russische inval in Oekraïne aan de verkeerde kant van de geschiedenis is beland. Ze vragen Gergiev om afstand van de invasie te nemen. Dat past in het patroon van een kunst- en sportboycot die nu Russische instellingen treft.
De late kritiek in Rotterdam op Gergiev die in feite zelfkritiek is over een mislukte relatie komt zeker zes jaar te laat. In die stad waar zo hard gewerkt wordt kan nu eindelijk de rekening opgemaakt worden. Het is berekening om afstand te nemen van iemand die bij wijze van spreken op de grond ligt en het niet durven handelen toen hij als publiekstrekker op de bok stond.
Gergiev is passé, zoals Poetin een internationale paria is, en pas nu wordt Rotterdam wakker. Maar Gergiev was al die tijd al een smerige meeloper van het Poetin-regime. Dat wist het Rotterdamse establishment al jaren, maar het deed net alsof het dat niet wist. Het Rotterdamse establishment liet zich jarenlang van haar smoezelige kant zien.
In het commentaar ‘Valery Gergiev is een propagandist voor het Kremlin. Maar wordt verafgood in Rotterdam. Tijd voor bewustwording. En protest‘ van mei 2016 schreef ik: ‘
Schermafbeelding van deel commentaar ‘Valery Gergiev is een propagandist voor het Kremlin. Maar wordt verafgood in Rotterdam. Tijd voor bewustwording. En protest‘ van 20 mei 2016.
In het commentaar ‘Gergiev Festival is klassieke porno voor bedrijfsleven, overheid en politiek van Rotterdam‘ van augustus 2020 scheef ik:
Schermafbeelding van deel commentaar ‘Gergiev Festival is klassieke porno voor bedrijfsleven, overheid en politiek van Rotterdam‘ van 13 september 2017.
Het Westen heeft sinds de invasie van 2008 in Georgië verkeerd gereageerd op Poetin en zijn zakenvrienden en meelopers. Het is daarom medeplichtig en heeft zelfs actief geholpen Poetins machtspositie op te bouwen. Het is daarom medeverantwoordelijk voor wat er nu in Oekraïne gebeurd. Anders was het nooit zover gekomen. Want Poetin heeft door de miljarden die hij met de verkoop van olie en gas in Europa verdiende zijn krijgsmacht kunnen moderniseren.
Dus al sinds 2008 was de ware aard van het leiderschap in het Kremlin voor iedereen duidelijk. Maar het Westen en met name Duitsland en Nederland deden alsof hun neus bloedde. Ook Nederland wilde een graantje meepikken als rotonde van het Russische gas en kneep daarom een oogje dicht. Ook na het neerschieten van de MH17 in 2014 bleven de economische banden van Nederland met de Russische Federatie intact.
Rotterdam als centrum van de Nederlandse economie negeerde alle politieke signalen over Poetin. Dat doet denken aan de positie van de Rotterdamse havenbaronnen die vanaf 1870 op het Duitse Ruhrgebied was gericht en nog tot in de Tweede Wereldoorlog een oogje dichtknepen voor het Duitse bombardement op hun eigen stad vanwege hun eigen in Duitsland verankerde belangen. Cynischer is niet mogelijk. Die grondhouding van opportunisme van het Rotterdamse establishment dat weliswaar internationaler is dan in 1870, 1914 of 1941 viel de laatste jaren te herkennen in de houding tegenover Poetin en Gergiev.
Het Gergiev Festival kreeg in het laatste Cultuuradviesplan toch al kritiek omdat het geen inbedding in de stad had en nu eindelijk durft de politiek zich uit te spreken. Raadslid Ruud van der Velden van de PvdD is de uitzondering, zoals ook weer uit bovenstaande raadsvragen van 25 februari 2022 blijkt. Hij maakte zich er de afgelopen jaren als enige lokale politicus sterk voor om het Gergiev Festival in het openbaar ter discussie te stellen. De rest inclusief burgemeester Aboutaleb en gemeentebestuur keken lafhartig weg. Nu het tij gekeerd is springen lokale bestuurders op de wagen om aan te haken bij de kritiek op Poetin, volgens een bericht van RTV Rijnmond.
Dat zijn de helden die zwegen toen het erop aankwam en zich nu opstellen als verzetsstrijders na de oorlog die zich met terugwerkende kracht beroepen op hun moedige daden die ze in werkelijkheid nooit verrichtten. Ze brengen in praktijk waar het in deze hele kwestie van een controversieel en obsceen Gergiev Festival jarenlang aan schortte: het menselijk tekort. Ofwel, ontbrekende persoonlijke moed van mensen in het Rotterdamse bedrijfsleven, politiek en de kunstsector.
Gergiev is een smerige meeloper van Poetin en Rotterdam werd een smerige meeloper van Gergiev. Rotterdam had het niet door. Er was de schok van een invasie van Oekraïne van een ontketende Poetin voor nodig om het Rotterdamse establishment in de spiegel te laten kijken. Het mag over zichzelf oordelen.
Zie voor verdere commentaren over het Gergiev Festival in Rotterdam:
Mijn hier in het Nederlands vertaalde reactie bij bovenstaande video van New China TV. Dat is een propagandazender van de Communistische Partij China. Het is een internationaal communicatieplatform in staatseigendom dat is aangesloten bij het Xinhua News Agency.
De virtuele Top van Democratieën (Summit for Democracy) is een initiatief van president Joe Biden en vindt plaats op 9 en 10 december 2021. Nederland is ook deelnemer. Er zijn drie doelstellingen geformuleerd: Verdedigen tegen autoritarisme; Corruptie aanpakken en bestrijden; Respect voor mensenrechten bevorderen’. Komende dagen zal volgens CNN de regering Biden een politieke boycot van de Olympische Winterspelen in Peking aankondigen. De animositeit tussen beide landen neemt toe:
Gezien de vele items die New China TV aan dit onderwerp besteedt blijkt het om een open Chinese zenuw te gaan. Door er uitgebreid aandacht aan te besteden blijkt hoeveel zorgen China zich maakt over de Democratische top. De paradox is dat de kritiek de top helpt groter te maken. Dit item bereikt het omgekeerde van wat het beoogt.
Tot nu toe werd de Chinese Volksrepubliek niets verhinderd in haar verhouding met zwakke landen in Zuid-Europa, Azie en Afrika die neerkwam op machtsuitoefening van sterkte tegenover een zwakke partner. Mensenrechten tellen niet voor China en aan arme landen worden dure infrastructurele projecten verkocht (autowegen, spoorwegen, havens) die vooral de ecconomische en politieke belangen van de Volksrepublike China dienen. Niet die van de landen in kwestie die fragiele democrateen zijn die door deze projecten verzwakt worden. Ook door de Chinese export van corruptie.
Onder initiatief van de laatste twee presidenten van de VS en met steun van de EU is dit langzaam veranderd. Deze landen en hun bevolkingen zijn tot het inzicht gekomen dat China meer goed dan kwaad doet en gestopt moet worden met haar ondermijning van genoemde fragiele democratieën. De Top voor Democratie is daar een antwoord op en een teken van die zorgen.
Uiteraard heeft globale politiek die gericht is op de publiciteit en verder gaat dan de diplomatie achter de schermen vaak een hoog gehalte aan ‘performance’. Dat geldt voor alle landen en alle eeuwen. Er moet een verhaal verteld worden om de deelnemers te motiveren en een sterk front te vormen. Zo’n verhaal is altijd een versimpeling van de realiteit. In het tijdperk van (sociale) media is dat een voorwaarde voor het bedrijven van politiek geworden.
Dat is op een congres van de Communistische Partij China niet anders dan op een Top voor Democratie.
We herinneren ons nu nog de toespraken van de Amerikaanse presidenten Kennedy (1963) en Reagan (1987) in toenmalig West-Berlijn die indruk maakten omdat ze ‘performance art’ combineerden met het innemen van een stevig politiek standpunt. Het is de uitdaging voor president Biden en zijn staf om deze combinatie van ‘performance’ en inhoud te herhalen om de expansie van de Volksrepubliek China ten koste van zwakke democratieën af te remmen en de onderlinge band tussen de democratieën te versterken.
In de commercial ‘The Night is Young‘ verwijst Heineken naar de voordelen van vaccinatie. Zo’n politieke stellingname in de marketing van een bedrijf is ongewoon, maar begrijpelijk. Want door de pandemie heeft het bierconcern aan omzet verloren. Kroegen en andere gelegenheden waar de producten van Heineken werden verkocht moesten noodgedwongen sluiten. Verhoogde omzet in de supermarkten compenseerde dat onvoldoende. Normalisering door vaccinatie is de weg terug naar hogere winst voor Heineken.
Paradox is dat bedrijven gebaat zijn bij rust en een open samenleving. Dat bevordert de handel. Door zich politiek uit te spreken doet Heineken in deze commercial het omgekeerde. Dat is echter verklaarbaar doordat het de stemmingmakerij en onrust van de tegenstanders van vaccinatie indirect aanspreekt. Want juist die bedreigen de harmonie, de sociale vrede en de open samenleving waarvan bedrijven optimaal kunnen profiteren. Onrust is niet in het belang van Heineken en daar neemt het stelling tegen. De boodschap van de commercial is: ‘The night belongs to the vaccinated. Time to join them.’
Still uit commercial ‘The Night is Young van Heineken‘, op 8 juli 2021 geplaatst op YouTube.
De commercial kan opgevat worden als een afkeurend commentaar op het gedrag en de houding van complotdenkers, anti-vaxxers en allerlei radicale linkse, rechtse en religieuze activisten die zich om uiteenlopende redenen tegen vaccinatie verzetten. De boodschap van de commercial is er een van genotzucht en zal voor de opponenten tamelijk plat tonen. De commercial presenteert een sfeer waarin genotzucht het hoogste goed is. Dat is een simpele boodschap.
Overigens zegt de commercial niet dat men zich moet laten vaccineren. Het suggereert alleen dat vaccinatie meer vrijheden biedt. Daarom hoeven de tegenstanders van vaccinatie zich niet direct aangesproken te voelen. Dat doen sommigen wel. De framing dat dit een ‘pro-vaccination promotion‘ is, zoals New York Daily News in een artikel zegt lijkt echter onterecht. Heineken maakt alleen publiciteit voor Heineken. Als daarbij politiek om de hoek komt kijken, dan dient dat uitsluitend om producten van Heineken te promoten, niet om een politiek standpunt te slijten. Maar een en ander kan toevallig samengaan.
Het wachten was dus op een reactie van de tegenstanders van vaccinatie. Sociale media zijn immers het domein bij uitstek voor hun ongenoegen. Heineken is een internationaal bedrijf dat die negatieve reacties van de complotdenkers en anti-vaxxers vooraf zal hebben ingeschat. Heineken lijkt dat goed te hebben gedaan, want op de top 50 van de Twitter Trends van 10 juli 2021 is #BoycottHeineken in de VS en het VK niet meer te vinden. De reactie tegen deze commercial was een storm in een glas bier.
De Chinese regering treedt hard op tegen activistische burgerjournalisten die verslag deden van de uitbraak van COVID-19 in Wuhan. Daarmee gaan ze in tegen het verhaal van Peking dat China dit doelmatig en tijdig heeft aangepakt. Die waarheid prikken burgerjournalisten als Zhang Zhan door. Maar de Communistische Partij China staat geen andere waarheid toe, zeker niet als dat de echte waarheid is die het als schadelijk ervaart voor het prestige van China. Toch is het optreden van de Chinese communisten tegenstrijdig omdat deze persbreidel en het harde optreden tegen journalisten eveneens het prestige van China in het Westen beschadigt. Zie hier voor het verslag van de goed geïnformeerde NRC-journalist Garrie van Pinxteren over de veroordeling van Zhang Zhan.
De Chinese regering denkt hier mee weg te komen zoals ze dat ook terecht dacht over het terzijde schuiven van de afspraken met het Verenigd Koninkrijk over Hong Kong. De concentratiekampen waarin de Oeigoeren in Oost-Turkistan in worden opgesloten en de gelijkschakeling van Tibet zijn andere pijnpunten. Evenals de Chinese expansie over grenzen heen in de Zuid-Chinese zee waarmee China internationale afspraken schendt.
Zo slaat deze kwestie van journalisten die de waarheid vertellen en daarom in de cel belanden terug op ons. Waar blijft de reactie van het Westen? Hoe kunnen landen als Nederland normaal handel blijven drijven met China?
Wat China doet is kwalijker dan de apartheid regimes in Zuid-Afrika en Rhodesië waartegen economische boycots werden opgetuigd. Onderhand zelfs kwalijker door die optelsom van talloze grensoverschrijdende gedragingen van de Communistische Partij China dan de sancties tegen de Russische Federatie als gevolg van de onrechtmatige bezetting van de Oekraïense Krim in 2014 en de oorlog die het Kremlin in Oost-Oekraïne begon om Oekraïne te destabiliseren en zo de toegang tot de NAVO te blokkeren. De logica in de relatie tot China is volledig zoekgeraakt. Het uitblijven van sancties tegen China is een wantoestand waarmee Westerse landen zichzelf ethisch vernederen.
Onbetwistbaar is de Russische oppositieleider Alexei Navalny vergiftigd met het zenuwgas Novichok. Hij overleefde ternauwernood en werd naar een Berlijns ziekenhuis vervoerd om te herstellen. Nu beschuldigen de grotere Europese landen Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk dat de Russische Federatie en wel bepaald de Russische president Putin achter de vergiftiging van Navalny zit en daar uitleg over dient te geven. Als het dat blijft weigeren, dan volgen sancties. Nederland steunt dat bij monde van minister Stef Blok.
Sancties helpen, maar in geringe mate als ze te terughoudend zijn. Dat kondigt zich in de uitgelekte voorstellen aan. Wat nu in de EU door enkele grotere landen wordt voorgesteld is onvoldoende. Het plan is om de vermeende uitvoerders van Navalny’s vergiftiging, te weten de militaire inlichtingendienst GROe, op een sanctielijst te zetten. Dat is niet alleen te simpel omdat de opdrachtgever buiten schot blijft, maar de Europese regeringsleiders beseffen dat het te simpel is. Het is een slap compromis. Namelijk het met bravoure aankondigen van sancties die echter onmachtig zijn en nauwelijks sancties genoemd kunnen worden.
Het moet serieuzer en zwaarder. Europese landen moeten harder optreden tegen het Kremlin als dat geen duidelijkheid geeft over de betrokkenheid bij Navalny’s vergiftiging. Krachtige sancties zijn cynisch genoeg ook een middel om tot een geloofwaardig en eensgezind buitenlands beleid van de EU te komen. Daarbij helpt het de democratische krachten in de Russische Federatie. Sancties helpen pas als ze krachtig zijn.
Een drieledige aanpak is gewenst: terughalen roofgeld, blokkeren propaganda en energie-onafhankelijkheid.
1) De machthebbers in het Kremlin en hun bondgenoten sluizen al decennia geld door naar het Westen omdat hun geroofde geld in eigen land niet veilig is en weer gestolen kan worden. Dief en diefjesmaat. Dat geld zetten ze in veel gevallen om in onroerend goed. Zoals dure huizen in Londen of appartementen (condos) in New York of Florida. Confisqueer met alle juridische middelen de tientallen miljarden dollars die deze witte boorden criminelen van de Russische bevolking gestolen hebben en op Westerse banken hebben gestald of in bezittingen hebben gestopt. Stop de opbrengst van de confiscatie, de verkoop van onroerend goed en het achterhalen van de bezettingen in een fonds dat door een onafhankelijk stichting wordt beheerd en als het moment daar is aan een toekomstige democratische Russische regering toekomt. Wellicht is niet al het illegale Russische bezit in westerse landen te achterhalen, maar nu wordt niet eens geprobeerd het ’terug te halen’.
2) Navalny noemt de Russisch-Ossetische dirigent Valery Gergiev als een voorbeeld van iemand uit de kringen van Putin die onder druk moet worden gezet. Er bestaat geen twijfel over dat Gergiev een fervent supporter is van het bewind van Putin en zich voor propagandadoeleinden laat inzetten. Putin en Gergiev zijn goede vrienden en zouden peetvader van elkaars kinderen zijn. Navalny pleit voor een westerse boycot van allen uit de kringen van het Kremlin en het bevriezen van hun tegoeden. In praktijk zou dat betekenen dat Kremlin-gezinde kunstenaars en musici (Anna Netrebko) die onderdeel zijn van het propaganda-apparaat niet meer in het Westen kunnen optreden. Overigens pleit ik al sinds 2016 voor een boycot van Gergiev die onder meer in Rotterdam door de economische en culturele elite wordt verafgood tijdens het jaarlijkse Gergiev Festival. Zie hier mijn commentaar. Er is in Nederland enige kritiek op dat onder meer leidde tot raadsvragen van Ruud van der Velden van de Rotterdamse PvdD. Maar het besef over de ongewenstheid van de Russische propaganda breekt bij zowel publiek als Nederlandse overheid niet echt door. Dat wegkijken duurt nu al vijf jaar.
3) De Russische Federatie is economisch een betrekkelijk onbelangrijk land, terwijl het in oppervlakte het grootste land ter wereld is. Met de verkoop van olie en gas aan het buitenland weet het nog enigszins buitenlandse valuta binnen te halen. Dat blijft hangen in de kringen van het Kremlin. Wie de macht onder druk wil zetten kan dat het beste doen door het te raken in de verkoop van energie. Na de vergiftiging van Navalny en de door president Loekasjenko met behulp van Putin gestolen verkiezingen in Wit-Rusland gingen in Duitsland vooral in regeringspartij CDU en bij de Groenen stemmen op om als straf de aanleg van gaspijplijn Nord Stream II te stoppen. Praktisch ligt die aanleg door een Amerikaanse boycot van de Senaat al sinds december 2019 stil. De steun van beide partijen is zeldzaam en resulteerde in het wetsvoorstel van Ted Cruz en Jeanne Shaheen Protecting Europe’s Energy Security Act of 2019. De meerderheid van de Duitse politiek heeft zich in de EU vervreemd van critici omdat het blijft ontkennen dat Nord Stream II een politiek project is.
Journalist Fidan Ekiz plaatste op de rechts-radicale site TPO het opinie-artikel ‘Fidan Ekiz – Waar het oproepen tot een boycot begint, eindigt het vrije woord’. Aanleiding is de kwestie Johan Derksen en zijn recht om in het programma VI verkeerde grappen te maken met een racistische ondertoon. Met Ekiz ben ik het over dit onderwerp hartgrondig oneens. Ik vermoed dat ze een denkfout maakt en in de verkeerde stelling blijft hangen. Ik betwist het recht van Derksen niet, maar zet daar het recht naast om hem te kritiseren. Dat is een opvatting waar meningen kunnen botsen en waarbij alle middelen uit de kast kunnen worden gehaald. Inclusief een oproep tot een boycot van adverteerders aan een commercieel programma. Ekiz heeft trouwens veel woorden nodig om iets simpels te zeggen. Daarnaast haalt ze er van alles bij dat haar betoog eerder vertroebelt dan verheldert. Dat geeft geen vertrouwen in de houdbaarheid van haar denkbeelden.
Het debat gaat erover wat de publieke opinie is en hoe die werkt. Dat doorgedacht valt het nog ruimer op te vatten. Het gaat er in de kern over wat de samenleving is. Kan een sponsor van een commerciële omroep met verwijzing naar een politiek doel door een publieksactie opgeroepen worden om afstand te nemen van een programma? Zijn dat achterbakse streken of is dat een toelaatbaar middel om in de openbaarheid politiek te bedrijven? Ik vermoed het laatste.
Een voorbeeld maakt dat wellicht duidelijk. Op dit moment speelt de vrees in de VS dat president Trump oneigenlijke middelen in zal zetten om de verkiezingen van november 2020 te verstoren. Hij ligt ver achter in de peilingen. Naast de optie van het beginnen van een oorlog ter afleiding is er een breed programma van kiezersonderdrukking dat ervoor moet zorgen dat kiezers die op Joe Biden willen stemmen ontmoedigd worden om naar de stembus te gaan. Dat gebeurde ook in 2016. Daarom worden nu bedrijven door Democraten onder druk gezet om zich uit te spreken voor eerlijke verkiezingen. Zo wordt het in Georgia machtige Coca-Cola onder druk gezet door activisten om op hun beurt het Republikeinse bestuur van de staat onder druk te zetten om te zorgen voor eerlijke verkiezingen. Ook voor de eigen werknemers.
Het gaat dus over de bandbreedte van het publieke debat. Waar moet dat getrokken worden? Dit leert dat de grenzen van een open en weerbare democratie mede bepaald worden door de opvatting van politieke cultuur en de werking van de samenleving. De media zijn daar een integraal onderdeel van. Ofwel, is politiek alleen ‘politiek’ in enge zin of moet dat ruimer opgevat worden? Dit gaat over de emancipatie van de deelnemers aan het publieke debat. En omgekeerd over de dominantie van opinieleiders die anderen het recht op een open debat ontzeggen.
Daar komt het meningsverschil over het onder druk zetten van sponsors van het programma VI van Talpa op neer. Het gaat niet over Boomsma of Derksen. Zij zijn de toevallige passanten in dit verhaal. Ekiz neemt het te nauw als ze zegt dat het vrije woord eindigt waar de oproep tot een boycot begint. Dat geldt alleen binnen haar enge perspectief. De oproep tot een boycot kan evengoed opgevat worden als de ultieme werking van een levende democratie waar het vrije woord als nooit tevoren bloeit. Zonder beperkingen en taboes.
Tegenstanders van een boycot zoals Youp van ’t Hek die Arie Boomsma persoonlijk aanvielen houden het misverstand in de lucht dat er in de afgelopen jaren nooit oproepen waren om de adverteerders van VI tot een boycot te bewegen. Zodat ze het indirect kunnen koppelen aan het zogenaamde radicalisme van de BLM-beweging. Ook die framing is onjuist. De boycot van VI is een terugkerend onderwerp. Zo vroegen belangengroepen als het COC en TNN (Transgender Netwerk Nederland) in februari 2018 aan de toenmalige sponsors Heineken, Gillette en Toto van de omroep RTL die toen het programma VI uitzond om hun medewerking aan dat programma te stoppen.
De radicalisering in de programmering van VI volgt direct uit het commercieel belang. Die kan daarom logischerwijze alleen beantwoord worden door het commercieel belang van het programma en de omroep die het uitzendt rechtstreeks te verzwakken. Via een oproep tot een advertentieboycot dus. Zoals in Georgia alleen het machtige Coca-Cola het bestuur van de staat onder druk kan zetten. Dat past perfect binnen de publieke opinie. De oproep tot een boycot is een directe vertaling van het vrije woord en een toelaatbaar middel om het publieke debat te voeren. Ekiz heeft een te beperkte opvatting van wat de democratie, het publieke debat en de vrijheid van meningsuiting zijn.
Foto 1: Schermafbeelding van deel opinie-artikel ‘Fidan Ekiz – Waar het oproepen tot een boycot begint, eindigt het vrije woord’ op TPO, 2 juli 2020.
Foto 2: Schermafbeelding van deel commentaar ‘COC en TNN vragen sponsoren Heineken, Gillette en Toto stekker uit Voetbal Inside van RTL te trekken’ van George Knight, 4 februari 2018.
De radicale boeren radicaliseren verder en krijgen daarvoor tot nu toe publicitaire en politieke ruimte. Dat is merkwaardig. Een interview in het AD met één van de actieleiders van de radicale Farmers Defence Force (FDF) Jeroen van Maanen deed me denken aan een artikel over het aanpakken van politieke sekteleiders: ‘How to take down a cult leader’ op Raw Story. Boeren volgen het draaiboek van de sekte. Ze hebben afgelopen maand de schijn van onoverwinnelijkheid gekregen en gebruiken dat beeld. Ze verontschuldigen zich nooit. Ook niet voor de door velen veroordeelde uitspraak van FDF voorman Mark van den Oever over de vergelijking van boeren met de jodenvervolging door de nazi’s. Ze beschuldigen meedogenloos politiek, EU of supermarkten en houden de schijn op dat ze overal mee weg komen. Wat tot nu toe zo is. Alsof hun actie angst inboezemt of tot paniek leidt bij een berekenende premier, een machteloze landbouwminister en een afwachtende veiligheidsminister. De ruimte die de boeren krijgen is de enige verklaring voor hun publieksteun.
Maar hun schelmenstreken die geen schelmenstreken meer zijn, maar een uitdaging van het gezag zijn niet ongevaarlijk. Bovendien zet het andere beroepsgroepen ertoe aan om hetzelfde te doen. Het is de hoogste tijd dat de radicale boeren in het openbaar bloeden en hun vermeende onoverwinnelijkheid wordt ontmaskerd. Dat kan het beste door erop te wijzen dat die bluf het enige argument is dat ze hebben. Want meer hebben ze niet dan hun nep-onfeilbaarheid en nep-sterkte. De boeren hebben geen argumenten en feiten aan hun kant.
Als er geen directe opponenten opstaan om de radicale boeren in hun bluf de pas af te snijden dan rest er niets anders dan hun grootspraak te beantwoorden met actie. Zo zouden Nederlandse consumenten kunnen aankondigen dat als de radicale boeren niet stoppen met hun acties zoals het dreigen om distributiecentra te blokkeren ze voortaan kiezen voor producten van Nederlandse duurzame, biologische boeren en van buitenlandse boeren. Ook kunnen ze melden dat ze supermarkten er door een boycot toe aan zullen zetten om dit in de praktijk te brengen. Praktisch is dat goed realiseerbaar omdat de Nederlandse agro-industrie voornamelijk voor de export werkt. De FDF is overigens een instrument van die agro-industrie en dient als voorhoede om de financiële belangen ervan te verdedigen. De boeren die financieel afhankelijk zijn van de agro-industrie zijn tot een zichtbaar proxy-leger van een zich onzichtbaar houdende agro-industrie gemaakt.
Er zit niet anders op dat burgers met een boycot in actie komen als de geradicaliseerde boeren niet inbinden en menen de openbare ruimte te kunnen kapen en Nederland aanhoudend te kunnen gijzelen. Zolang de politiek en gevestigde media de bluf van de radicale boeren niet doorprikken, maar uit angst of onbenul mee blijven gaan in hun nep-argumenten en hun nep-mannetjesmakerij loert de anarchie. De grote ruimte die de radicale boeren van het kabinet Rutte III krijgen heeft ertoe geleid dat het beeld is ontstaan dat het recht van de brutaalste en meest meedogenloze geldt. Dat past niet in een rechtsstaat. Dat kan Nederland niet hebben. Radicale boeren moeten gestopt en terechtgewezen worden. Want hun gedrag leidt ook voor henzelf tot niks.
Foto’s: Schermafbeelding van delen artikel ‘Boze boeren: ‘Hoe meer wij onze zin krijgen, hoe minder de kans op heftige acties’’ van André Valkeman in het AD, 16 december 2019.