Plasterk en de inlichtingendiensten. Gaat-ie weg of niet?

Er zijn argumenten die ervoor pleiten dat minister Ronald Plasterk van Binnenlandse Zaken aftreedt. Zijn ijdelheid, zijn beleid en zijn onkunde. Zelfs voor een buitenstaander was het afgelopen oktober duidelijk: ‘Plasterk toont een fundamenteel gebrek aan kennis over spionage‘. De minister weet niet waarover-ie praat en weet z’n onkunde niet te verbergen. Daar komt nog het geworstel bovenop over de fusieplannen van provincies. Hij wil terug naar zeven provincies. Zoals Noord-Holland, Utrecht en Flevoland samen. Waarom zo halfslachtig. Is dat visionair? Is het er bij laten zoals het nu is of terug naar nul provincies niet verstandiger?

Kortom, ijdelheid, beleid of onkunde zijn elk voldoende redenen om een streep door de politieke loopbaan van minister Plasterk te zetten. Want genoeg is genoeg geweest. Maar wat zeker geen voldoende reden is voor ontslag is wat ‘het volk’ in een opiniepeiling zegt. Peil.nl met Maurice de Hond vraagt naar de ophef rond minister Plasterk en de inlichtingendiensten. Interessant is om te zien dat de ondervraagden erover twijfelen of de minister het in oktober 2013 niet wist (33%) of wel wist (41%). Ofwel, loog de minister of niet? Maar waar kunnen de respondenten aangeven dat ze denken dat minister Plasterk niet op de hoogte was en toch loog?

hon

Foto: Schermafbeelding van een deel van De Stemming van 9 februari 2014 van Peil.nl, 9 februari 2014.

Reorganisatie van het openbaar bestuur: met burgerzelfbestuur

800px-Landsgemeinde_Glarus_2006

Het openbaar bestuur van Nederland telt te veel lagen is de veelgehoorde kritiek. Tel maar na, rijk, provincie, gemeente, deelgemeente (Amsterdam en Rotterdam) en waterschappen. En het dak van het bestuursbestel is opgetild. Er is een bovenverdieping bijgekomen die steeds voller ingericht wordt: de EU, aldus Arno Korsten. Daarnaast zijn recent de zogenaamde gemeenschappelijke regelingen ontstaan als een nieuw niveau tussen gemeente en provincie. Het bezwaar van die bestuurlijke spaghetti is dat het onoverzichtelijk, ondoelmatig en ondemocratisch is. En het talent dat bestuurt en controleert onnodig wordt verspreid. De focus ontbreekt.

Twee gedachten over hoe het anders kan. Eindhovens burgemeester Rob van Gijzel (PvdA) zoekt het groot. Hij profileert zich binnen de politiek-ambtelijke traditie van een VNG Denktank met onderwerpen op het gebied van bestuurlijke vernieuwing. In het openbaar bestuur van de toekomst ziet-ie plek voor twee bestuurslagen: nationaal en regionaal. Aldus zijn proefballon in het ED. Dat betekent een einde aan gemeenten en provincies. Hij pleit voor klustering van het bestuur in 40 regio’s. Analoog aan het COROP-niveau. Dat zo van denken over demografie, economie en ordening mag promoveren voor het eggie van het openbaar bestuur.

Trendwatcher van beroep Adjiedj Bakas denkt kleiner. In een artikel in NRC over de herverdeling van arbeid en inkomen dat afgeleid is van een speech die hij voor de partijraad van de SP hield zegt-ie: ‘Wordt het land opgedeeld in 10.000 mini-gemeenten met burgerzelfbestuur, naar Zwitsers model, dan kan de overheid ook minimaal de helft goedkoper werken. De burgers zullen meer onbetaald werk doen in onder andere lokaal bestuur, lokale rechtspraak en zorg.’  Wat de burger in lokale rechtspraak moet doen is trouwens de vraag.

Van Gijzel kiest voor reparatie van het huidige model dat overheid en politieke partijen centraal blijft zetten. Bakas slaat een nieuwe richting in en zet in de overgang van Big Government naar Big Society, zoals-ie het zelf omschrijft, de burger en de gemeenschap centraal. Op een hoger niveau verbonden met de instrumenten van de e-democratie. Van Gijzel denkt in eenheden van 400.000 inwoners, Bakas in eenheden van 1.700 inwoners. Nogal een verschil. Complicatie in Van Gijzels denken is dat minister Plasterk niet eens voldoende politieke steun voor gemeenten van 100.000+ inwoners kon mobiliseren en die plannen moest loslaten.

Vernieuwing van het openbaar bestuur is een zaak van lange adem vanwege de ingewikkeldheid en de belangen. De claim op functies is de investering en traditie van jaren die de partijpolitiek niet los kan laten. Paradoxaal vooral niet in het overleg over de reorganisatie zelf. Van een afstand blijkt de discussie over organisatie en reorganisatie van het openbaar bestuur te bestuurlijk gevoerd te worden. Om te beginnen moeten niet de overheid, de politieke partijen, de VNG of de bestuurskundigen het laatste woord hebben over de bestuurlijke reorganisatie van Nederland. Dat moet de burger zijn die actief en serieus aan dat proces moet kunnen deelnemen. Zodat het burgerzelfbestuur volgens Zwitsers model van Bakas hoog op de agenda van de bestuurlijke vernieuwing wordt gezet. Op weg naar drie bestuurslagen: rijk, tussenlaag en burgerzelfbestuur.

Foto: Stemming in de Landsgemeinde (landsvergadering) op 7 mei 2006 in Glarus, Zwitserland.