Moties roepen op om geen diplomatieke afvaardiging naar WK Voetbal Qatar en Winterspelen China te sturen. Regering weigert en kiest stelling tegenover kamer

Schermafbeelding van deel artikelKabinet ziet boycot van WK voetbal in Qatar niet zitten‘ in De Telegraaf, 18 november 2021.

De regering-Biden overweegt om vanwege de mensenrechten geen diplomatieke afvaardiging naar de komende Olympische Winterspelen in China te sturen. Aldus een bericht van Politico van 18 november 2021. Dit speelt tegen de achtergrond van een relatie tussen de VS en China die tijdens de regering Trump verslechterd is. De Winterspelen vinden vanaf 4 februari 2022 plaats in Peking.

De regering Biden spreekt over ‘de genocide op religieuze minderheden in Xinjiang’. Het Canadese Lagerhuis steunde in februari 2021 een motie die zegt dat de behandeling van de Oeigoeren genocide is. De Nederlandse regering noemde het toen geen genocide, maar ‘grootschalige mensenrechtenschendingen tegen Oeigoeren‘.

Dat zou Nederland ook kunnen doen door geen ministers, premier of staatshoofd die deel van de regering uitmaakt te sturen naar de Winterspelen in China.

Hetzelfde is een optie voor het WK Voetbal in Qatar. Wel sporters sturen, maar geen diplomatieke afvaardiging namens Nederland. In februari 2021 nam een meerderheid van de Tweede Kamer een motie van SP-Kamerlid Sadet Karabulut aan met alleen VVD, CDA en FVD tegen die oproept om geen diplomatieke afvaardiging naar Qatar te sturen, aldus een bericht in De Telegraaf. Het gaat niet om een boycot, want dan zou Nederland geen sporters sturen, maar om het niet sturen van een diplomatieke afvaardiging.

In antwoord op een vervolgmotie van maart 2021 antwoordde het kabinet op 21 mei 2021 dat dit nog niet aan de orde was omdat Nederland zich nog niet had gekwalificeerd en dat pas in november 2021 duidelijk werd. Welnu, deze week heeft het Nederlandse elftal zich door een zege op Noorwegen geplaatst voor het WK in Qatar.

De schendingen van de mensenrechten in China zijn veel groter dan in Qatar en vinden op industriële schaal. Van de andere kant is de economische en politieke macht van China groter dan van Qatar.

Pas op 18 november 2021 dienden D66, GL en CU een motie in die de regering oproept om vanwege de mensenrechten geen diplomatieke afvaardiging naar de Winterspelen in China te sturen. Beide moties lijken samen te hangen.

Motie van het lid Sjoerdsma c.s. over geen regeringsafvaardiging naar de Olympische Winterspelen sturen. Ingediend 18 november 2021.

Of de motie van Sjoerdsma c.s. over China wordt aangenomen staat nog niet vast, maar is wel waarschijnlijk. Dan is het echter nog niet zeker of de regering die motie uitvoert. Het weigert evenmin de motie van Sadet Karabulut over Qatar uit te voeren. Toenmalig minister van Buitenlandse Zaken Stef Blok kondigde dat in zijn antwoord van mei 2021 aan.

Dit is des te merkwaardiger omdat het over het functioneren van de regering gaat en de grenzen die daar aan gesteld worden door de Kamer. Het Kamer heeft daarover het laatste woord, maar de demissionaire minister van Buitenlandse Zaken Ben Knapen (CDA) legt in navolging van Blok en na plaatsing van het Nederlands elftal de motie Karabulut naast zich neer en noemt volgen het bericht in De Telegraaf het uitvoeren ervan een symbolisch gebaar. Dat gaat dus over moderne slavernij van arbeidsmigranten. Hij verantwoordt dat zo: ‘Ik vind het te kort door de bocht om nu als een soort protestgebaar te zeggen, ‘we blijven weg’.

Dat is op zijn beurt te kort door de bocht van minister Knapen. Hij geeft zowel een verkeerde beschrijving van de situatie in Qatar als een misleidende beschrijving van de motie Karabulut. Die roept niet op dat ‘we‘ wegblijven, maar ‘geen afvaardiging van de regering te sturen naar het WK in Qatar en hierover in overleg te gaan met andere landen‘. De motie roept niet op dat de sporters wegblijven.

SP-Kamerlid Jasper van Dijk vindt het naast zich neerleggen van de motie Karabulut schoffering van de Tweede Kamer. Van Dijk: ‘Het zou zeer ongepast zijn als onze koning gezellig in een skybox gaat staan borrelen met de autoriteiten van Qatar. Zo lang werknemers worden uitgebuit moeten we dat voorkomen.’

Dat is een echo en voorafschaduwing van de kritiek die koning Willem-Alexander in februari 2014 kreeg toen hij tegen alle protesten in vanwege de schending van de homorechten door het Kremlin van het kabinet de Winterspelen in Sochi mocht bezoeken en met president Poetin een biertje dronk. Anders landen schaalden toen hun diplomatieke afvaardiging af, maar Nederland weigerde dat. Het RD formuleerde dat toen in een subliem redactioneel zo: ‘Het gedrag van onze koning in Sotsji was niet wijs en niet waardig‘. De kans bestaat dat de koning dat in Qatar of Peking herhaalt.

Om koning Willem-Alexander tegen zijn eigen hysterie te beschermen is het alleen al gewenst om de beide moties over Qatar en China (mits die aangenomen wordt) uit te voeren. Zodat hij zich niet net als in Sochi 2014 opnieuw aan kan stellen als een kleine jongen en controversiële bestuurders van het ontvangende land legitimeert door ze te ontmoeten en een persmoment te gunnen voor hun propaganda. Dat komt naast de afkeuring over de behandeling van minderheden en arbeidsmigranten en de toepassing van de mensenrechten in beide landen.

Het kabinet doet er verstandig aan om in Europees verband te opereren en steun te zoeken voor het niet sturen van een diplomatieke afvaardiging naar de Winterspelen in China en het Wereldkampioenschap Voetbal in Qatar. Het gaat om de sport en daarom is het gewenst dat sporters en sportbestuurders de aandacht krijgen zonder dat een staatshoofd, premier of minister daar pontificaal voor gaat staan.

Er zijn voldoende mogelijkheden, plekken en gremia om de diplomatieke relaties met beide landen te onderhouden. Dat hoeft niet tijdens een sporttoernooi te gebeuren. Minister Knapen mist de essentie als hij zegt dat het wegblijven van de regering een symbolisch gebaar is. Het is andersom, de diplomatieke afvaardiging naar zo’n sporttoernooi is een symbolisch gebaar.

Advertentie

Chris Janse geeft in boekbespreking orthodoxe blik op NRC, liberalisme en secularisme. De afstand zijn de anderen

Schermafbeelding van deel artikelNRC: Kwaliteitskrant voor hogeropgeleiden’ van Chris Janse in het RD, 18 mei 2021.

Het is altijd aardig en een genoegen van balorigheid om kennis te nemen van de visie van orthodoxe gelovigen over moderniteit en secularisme. Daar zetten ze vraagtekens bij in de veronderstelling dat die begrippen haaks staan op hun godsdienst.

Dat is het misverstand dat orthodoxe gelovigen koesteren en in de lucht houden omdat het hun strategie is om het secularisme, of meer algemeen de wereld, als vijandig af te schilderen. Dat dient driemaal daags voor intern gebruik na de maaltijd te worden ingenomen samen met de bijbellezing.

Opzet van het creëren van een vijandbeeld is dat orthodoxe gelovigen zich aangevallen voelen en in eigen kring terugtrekken. Waarmee hun onderhorigheid is verzekerd, hun zelfstandig denken op sterk water wordt gezet en ze blijvend zijn gemobiliseerd voor de goede zaak.

Daarmee vegen ze onder het tapijt dat het hun orthodoxie is die deze kettingredenering in gang zet. Ofwel, het secularisme staat niet haaks op de christelijke godsdienst. Want het secularisme is niet anti-religieus of pro-atheïstisch, maar neutraal jegens alle geloven en levensovertuigingen.

Het is de orthodoxie die de wereld afwijst en gelovigen opsluit in de definitie van wereldlijk als niet-geestelijk. Dat is niet onjuist, maar wel suggestief omdat het een tegenstelling creëert die bij het bredere perspectief van het secularisme als politiek-filosofische paraplu die alle godsdiensten en levensovertuigingen onderdak biedt bij nader inzien niet bestaat.

In een boekbespreking besteedt oud-hoofdredacteur van het RD Chris Janse aandacht aan John Kroon’s geschiedenis van 50 jaar NRC. Een krant die volgens hem ver afstaat van het RD vanwege de liberale geest die er waait. Hij noemt NRC ook ‘een seculiere krant’ en dat bedoelt hij niet positief. De verwijzing naar oud-hoofdredacteur van NRC Ben Knapen is verwarrend als de begrippen seculier en agnostisch langskomen en onduidelijk is wat die volgens Janse bijdragen aan betekenis. Ze lijken voor intern gebruik bedoeld zodat er niet te veel logica achter gezocht hoeft te worden.

Chris Janse besluit zijn artikel als volgt: ‘Ongetwijfeld is NRC Handelsblad een kwaliteitskrant. Ze hebben er de mankracht voor. Maar tegelijkertijd is het een krant die bij uitstek het seculiere vrijheidsgevoel belichaamt. Dat schept duidelijk afstand’.

Schermafbeelding van deel artikelNRC: Kwaliteitskrant voor hogeropgeleiden’ van Chris Janse in het RD, 18 mei 2021.

Het is weinig grootmoedig van Janse om de kwaliteit van NRC in de kwantiteit en niet in de liberale overtuiging of het journalistieke beleid te zoeken, maar dat is blijkbaar het perspectief van een onderliggend medium als het RD dat de eindjes aan elkaar moet knopen en last heeft van jaloezie.

Opvallend is Janses slotzin die klinkt als zijn credo: ‘Dat schept duidelijk afstand’. De distantie tot andersdenkenden is wat hem en zijn orthodoxe geloofsgenoten obsedeert. Zoals gezegd uit zelfbehoud van de eigen kring. Dat wat hij het ’seculiere vrijheidsgevoel’ van NRC noemt zou volgens hem afstand scheppen.

Maar het is andersom. De slotzin kan uitsluitend begrepen worden vanuit Janses orthodoxe perspectief. Hij schept afstand en houdt het idee dat dat noodzakelijk is graag in stand. Maar wel indirect. Toegeven doet hij dat niet graag omdat dat niet netjes staat en bij zijn houding van gespeelde mildheid past. Het venijn van Janses slotzin is dat hij suggereert dat de ander de oorzaak voor de afstand is, zodat hij en zijn geloofsgenoten niet van onwil beschuldigd kunnen worden. Chris Janse is de schorpioen die in eigen staart prikt en daar de ander de schuld van probeert te geven. Het is echter zijn fijne rechtzinnigheid die de afstand tot de wereld schept.

Sluit EU in blind vertrouwen verdrag met Arabische Liga over blasfemie?

Na de beschamende en ontluisterende uitspraken van de voorzitter van het Europarlement Martin Schulz die de islam in bescherming nam tegenover de vrijheid van meningsuiting kondigt zich nu de volgende blamage aan voor de Europese politiek en waardengemeenschap. VVD’er Klaas Dijkhoff stelt mondelinge kamervragen aan staatssecretaris Ben Knapen (CDA) van Buitenlandse Zaken ‘bij afwezigheid van de minister’.

Dijkhoff verwijst naar een bericht van 19 september in de Egypt Independent dat de EU, de Arabische Liga en de Afrikaanse Unie op het punt staan een verdrag te sluiten dat het verbod op blasfemie regelt. De EI zegt: Arab League chief Nabil al-Araby said Wednesday that the league, along with the Organization of the Islamic Conference, the European Union and the African Union are close to formulating an international agreement penalizing blasphemy and insults to religious figures. Het kan om meerdere redenen niet waar zijn.

Politiek is het onlogisch dat rechts-nationalistische en liberale fracties in het Europarlement met zo’n verdrag instemmen. Ook als het door de VN opgelegd wordt. Verder heeft de EU geen mandaat om nationale staten te dwingen godslastering of het beledigen van religies te bestraffen. In Nederland bestaat juridisch en maatschappelijk een wankel, maar werkbaar evenwicht tussen de vrijheden van meningsuiting en godsdienst. In een dynamische afweging. Een verdrag zou het pleit eenzijdig beslechten ten koste van de meningsuiting.

Om deze redenen is het  waarschijnlijk dat het om een bericht met lokale betekenis gaat. Vanuit de Arabische Liga wordt blijkbaar vanuit een deelbelang geprobeerd een feit te creëren. Mochten echter medewerkers van de Europese Unie toch actief meewerken aan een verdrag dat blasfemie en belediging van religie verplicht strafbaar stelt, dan is het moment voor Nederland aangebroken om de EU te verlaten. En een eigen koers te kiezen om de Nederlandse waarden van vrijheid, pluriformiteit en de open samenleving te verdedigen. Om het licht van vrijheid buiten de EU brandend te houden. De knoet van religie past vrije Nederlandse burgers niet.

Foto: Betoging in Pakistan die oproept om blasfemiewetten af te schaffen

Zweedse regering blokkeert compromis in zaak Assange

Op 22 augustus stuurde ik aan kamerleden die zich bezighouden met Europa een mailtje over het voorstel van John Hewson met de suggestie om Nederland te laten bemiddelen in de kwestie Assange. Uit de antwoorden bleek dat ze geen rol voor Nederland weggelegd zagen omdat ze het als een zaak tussen Assange en Zweden zien. De Zweedse rechter moet spreken. Daarin hebben ze gelijk. Maar juist hun interventie kan Assange voor de rechter brengen. Omdat de Zweedse regering als laatste spreekt heeft Nederland ruimte om via minister Uri Rosenthal of staatssecretaris Ben Knapen invloed uit te oefenen en zich als neutrale partij aan te bieden.

Afgelopen weekend onderbouwde Glenn Greenwald met verwijzing naar juridische experts in The Guardian dat niet de Zweedse rechter maar de Zweedse regering het laatste woord heeft over de uitlevering van Assange naar de VS en het vinden van een compromis om de zaak in Zweden op te lossen. Er zijn twee opties. Als de rechters uitlevering afwijzen kan de regering dat niet herroepen. Maar als rechters uitlevering toestaan kan de regering dat overrulen. De regering Reinfeldt kan ten allen tijde garanderen dat Assange niet naar een derde land wordt uitgeleverd. Trouwens een prerogatief dat in vele landen bestaat en niet uniek Zweeds is.

Een voorstelbaar compromis is dat Julian Assange vooraf de garantie van de Zweedse regering krijgt dat-ie niet uitgeleverd wordt aan de VS en daarop naar Zweden reist om mee te werken aan een onderzoek dat volgt uit de aangifte van verkrachting door twee vrouwen. Bij voldoende aanwijzingen kan dat tot een aanklacht leiden en kan de rechter spreken. De Ecuadoriaanse president Rafael Correa heeft gezegd dat als de Zweedse regering garandeert dat Assange niet uitgeleverd wordt aan de VS hij het asiel van Julian Assange intrekt.

Zweden is het probleem in het smeden van een compromis. Utrikesdepartementet, het Zweedse ministerie van Buitenlandse Zaken verklaart op 23 augustus in ‘On the Julian Assange case -part 2: ‘Many people are also wondering about the matter of extradition to the United States. Can we give a guarantee that Mr Assange will not be extradited? No: Swedish legislation does not allow the possibility to take decisions on a possible extradition in advance.‘ Da’s onjuist, want de Zweedse regering kan als het dat zelf wenst ten allen tijde de uitlevering van Assange naar de VS blokkeren. Vertrouwelijk kan het vooraf de garantie geven bij monde van premier Reinfeldt of buitenlandminister Bildt dat het een toestemming tot uitlevering van de rechter blokkeert.

Dat de Zweden niet gaan voor een compromis is tekenend voor hun halsstarrigheid. Juist bij een compromis kan het recht haar optimale loop hebben. De Zweedse regering heeft meer bewegingsruimte dan het in de publiciteit suggereert. Het verschuilt zich achter de rechter. In ieder geval kan Nederland in de contacten met de Zweedse regering haar bemiddeling aanbieden onder verwijzing naar het prerogatief dat de Zweedse regering heeft om Assange de garantie te geven niet aan de VS of een ander derde land uitgeleverd te worden.

Foto: De Zweedse premier Fredrik Reinfeldt begroet de Amerikaanse minister van Buitenlandse zaken Hillary Rodham Clinton als ze aankomt voor besprekingen op Rosenbad in Stockholm, Zweden, 3 juni, 2012. (AP Photo/Erik Martensson)

Haperende EU beïnvloedt Nederlandse verkiezingsstrijd

Het Vlaamse Terzake vertoont een bewerkte uitzending van de RTBF over de Europese instellingen in Brussel. Verdienen de Europese ambtenaren werkelijk zoveel als altijd wordt beweerd? Het antwoord is eenduidig ja. Maar commissievoorzitter Barroso wil 4% extra geld van de belastingbetaler. In welke werkelijkheid leven de Eurocraten? Begrijpen ze de tekens van de tijd? In Nederland vrezen 1 op de 10 werknemers voor hun baan.

Daarnaast hebben veel Europarlementariërs (EMP) meerdere functie. Zodat ze nog meer verdienen. Volgens een onderzoek van Corporate Europe is bij 1 op de 7 EMP’s met een tweede functie het risico op belangenvermenging -‘conflict of interest’- groot. Het voorbeeld van Jean-Luc Dehaene is ontluisterend. Als bestuursvoorzitter van Dexia stemt-ie als EMP over regelgeving voor de  financiële sector. Deze vermenging is er opnieuw  een bewijs voor dat banken de politici kopen en daarom niet stevig aangepakt worden.

Voor de verkiezingen van 12 september geven berichten over Brusselse zelfverrijking eurosceptische partijen de wind in de rug. Naar aanleiding van de Terzake-uitzending stelde de PVV kamervragen aan premier Rutte en staatssecretaris Knapen. Vragen die de zweem van objectiviteit voorbij zijn. Het gaat over ‘zakkenvullende eurocraten’ en ‘perverse salarissen’. In kamervragen aan opnieuw premier Rutte en staatssecretaris Knapen over EC-voorzitter Barroso die meer geld vraagt zet de PVV Rutte neer als iemand die geldverspilling steunt.

De tragiek van het Europese project is dat PVV en SP goede argumenten hebben met hun kritiek op verspilling, ondoelmatigheid en belangenvermenging van de onbestuurbaar geworden Europese kolos. Naar verwachting zal een eurofiele partij als D66 haar virtuele winst in de peilingen verliezen. Dat de verkiezingen over Europa gaan is duidelijk. Daar zorgen de opeenvolgende crises in Griekenland, Spanje en Italië wel voor. En in Brussel.

Financiering van het Institut Néerlandais wordt geschrapt

Het NRC-interview van Marc Chavannes met Job Cohen kende nog een aardig nieuwtje. Geert Wilders zou in 2010 de benoeming van VVD-er Atzo Nicolaï tot minister van Buitenlandse zaken geblokkeerd hebben. Dit om aan te tonen dat Wilders meer meeregeerde dan Mark Rutte en Maxime Verhagen wilden toegeven. Nicolaï is een a-typische VVD’er omdat-ie belang hecht aan een solide cultuurbeleid. In een VVD dat als geen ander de kwade genius achter de afbraak van de kunstsector is. Meer dan de PVV. Nicolaï stapte in 2011 over naar DSM.

Uri Rosenthal (VVD) mocht van Wilders minister van Buitenlandse Zaken worden. Volgens velen de slechtste minister sinds Chris van der Klaauw. En waar Van der Klaauw ontwapende door zijn goedaardigheid verbaast Rosenthal door zijn eigenwijsheid en eendimensionaliteit. Afgelopen vrijdagmiddag heeft demissionair minister Rosenthal bekend gemaakt met ingang van 2015 de subsidie aan het Parijse Institut Néerlandais (IN) te stoppen. Dit alles in weerwil van de Raad van Toezicht, die met onmiddelijke ingang collectief is afgetreden, aldus het persbericht (hierboven). Het IN ziet de besluitvorming als onzorgvuldig bestuur en gaat in bezwaar.

CDA’ers Marieke van der Werf (cultuur) en Henk Jan Ormel (buitenland) hebben kamervragen gesteld aan minister Rosenthal. Ze memoreren dat eerder een verlaging van de subsidie met 20% aangekondigd werd, maar tijdens het zomerreces ineens de hele subsidie wordt gestopt. Saillant is dat staatssecretaris Ben Knapen (CDA) eerder een subsidiestop aankondigde voor het Tropeninstituut (KIT). Het KIT ging in mei 2012 in beroep bij de Raad van State. Evenals het IN zegt het KIT zich overvallen te voelen door de beslissing van Buitenlandse Zaken. Zodat de mogelijkheid ontbreekt zich met een doorstart voor te bereiden op een nieuwe toekomst.

Rancune van de VVD jegens cultuur is groot. Voor kleine bezuinigingen wordt een groot deel van de culturele infrastructuur vernietigd. Zo wordt de steun aan de talentontwikkeling van kunstenaars op een laag pitje gezet, en over enkele jaren zo goed als gestopt. Bij uitstek een overheidstaak. Het prestige van Nederland als open en creatief land wordt geschaad. Geen enkele nadenkende Fransman begrijpt de sluiting van het unieke Institut Néerlandais. Maar de JSF moet worden aangeschaft om de luchtvaartindustrie te steunen. De VVD is akelig selectief in het dogma van een terugtredende overheid. Logisch dat Atzo Nicolaï is opgestapt.

Herschikking van het kabinet gevraagd: D66 en GroenLinks treden toe

Update 26 april: Nadat de PVV de stekker uit de gedoogconstructie trok moesten VVD en CDA naarstig op zoek naar een meerderheid in de Tweede Kamer. De Europese Commissie wil uiterlijk 30 april antwoord op de vraag hoe Nederland het tekort onder de 3% brengt. Een maand geleden schetste ik het vergezicht van een kabinet dat uitgebreid werd met D66 en GroenLinks. Nu lijkt er een hoofdakkoord in zicht met deze partijen en de ChristenUnie. Een herschikking van het kabinet zonder verkiezingen zit er echter niet meer in.  

Wat er mis is met het kabinet blijkt uit de bodemprocedure die Clean Air Nederland op 30 maart aanspant om het roken in de horeca te stoppen. Vier jaar geleden is een rookvrije horeca ingevoerd, maar in de meeste kroegen wordt gerookt met gedoogsteun van het kabinet. Minister Edith Schippers van Volksgezondheid wordt ervan beschuldigd in de zak van de rooklobby te zitten. Haar geschipper is dom en symbolisch.

Door herschikking kunnen zowel de bewindslieden met een rechts profiel als de slecht functionerende vervangen worden. Dat kan zonder verkiezingen. Ook de VS, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk kennen de tussentijdse ‘reshuffle’. Verschil is dat de basis wordt verbreed met nieuwe partijen. Het opstappen van Hero Brinkman uit de PVV biedt die kans. Het maakt een gedoogconstructie door het centrum mogelijk. Een rechts-centrum-links kabinet van VVD, CDA, D66, GroenLinks met gedoogsteun van de PvdD en Groep Brinkman.

Voor GroenLinks kan Femke Halsema Ivo Opstelten als Minister van Veiligheid en Justitie opvolgen. Alexander Rinnooy Kan (D66) kan naar Economische Zaken als opvolger van Maxime Verhagen. Boris van der Ham (D66) vervangt staatssecretaris Halbe Zijlstra (Onderwijs) en Bruno Braakhuis (GroenLinks) Henk Bleker op Economische Zaken. Fred Teeven wordt op Justitie opgevolgd door Gerard Schouw (D66). En Ben Knapen volgt z’n eigen minister Rosenthal van Buitenlandse Zaken op en krijgt Mariko Peters (GL) onder zich. Minister Hillen van Defensie kan door een partijgenoot opgevolgd worden evenals minister Schippers van Volksgezondheid.

Haalbaarheid is afhankelijk van enkele aspecten. Zoals de vraag of binnen GroenLinks de realisten het winnen van de fundamentalisten die willen samenwerken met PvdA en SP. Ook is van belang hoe de partijbaronnen van de VVD deze koerswijziging naar het centrum inschatten. Maar de winst is groot. Het VVD-CDA-kabinet kan verder, de invloed van de PVV wordt teruggebracht en er kan gewerkt gaan worden aan de hervorming van woningmarkt, arbeidsmarkt en zorg. Het centrum neemt de macht terug. En kan weer in de spiegel kijken.

Foto: Kabinet Rutte op 14 oktober 2010.

Boos op Wilders

Geert Wilders gebruikt in de Tweede Kamer ruwe woorden. Maar ze hebben een ironische ondertoon en een kern van waarheid. Cohen als het kefhondje, de bedrijfspoedel van Rutte. Cohen probeert dat te pareren met een vergelijking die Wilders als kleuter neerzet. Wilders betitelt Pechtold als diarree en GroenLinks als strandpartij.  Jolanda Sap probeert met een stekker trouwens iets aan te tonen, maar blijft zelf steken.

Opnieuw is Wilders de rest twee stappen voor. Met zijn provocaties bereikt-ie dat iedereen zich tegenover hem opstelt. Hij neemt afstand van alle partijen. Hun antwoord is kritiek op zijn taalgebruik. Wilders taal is scherp en over het randje, maar treft doel. Zo kan Cohen zijn steun voor het kabinet moeilijk verklaren. Fatsoen en binden alleen redden Cohen niet. Hij maakt een onmachtige indruk. Zijn uitleg helpt hem niet.

Wilders neemt een gok als-ie ook kabinetsleden belachelijk maakt. Uit het kabinet dat-ie gedoogt. CDA-er Ben Knapen is de Staatssecretaris van Sinterklaaszaken. Het CDA vindt de uitlatingen van Wilders niet prettig. Ooit de partij van Fatsoen Moet Je Doen. Alle partijen behalve de PVV gaan voor fatsoen en zijn boos. Maar vermoedelijk het meest op zichzelf omdat ze opnieuw geen weerwoord in de niet gelijklopende strijd hebben.

Foto: Wilders en Cohen bij de Algemene Beschouwingen 2011 in de Tweede Kamer; foto ANP