Totale meltdown in Radar van directeur Tomas Novak van Parkmobile

Een understatement van de afdeling voorlichting van het bedrijf Parkmobile: ‘Helaas is de boodschap niet overgekomen zoals deze was bedoeld.’ Dat maakt nieuwsgierig naar wat er aan de hand is. Waar bestond ‘ons optreden in Radar’ uit? Tv-recensent Han Lips van Het Parool spreekt in zijn recensie van ‘de totale meltdown‘ van de directeur van Parkmobile: ‘Maar het gebruikelijke gehakkel haalt het niet bij de totale meltdown die de directeur van betaaldparkeerdienst Parkmobile maandag in Radar beleefde‘. Het ging om een klacht van klant Fred die door een weigerende app onterecht 106 euro moest betalen. Hoe kreeg hij dat geld terug? Directeur Tomas Novak zat met de mond vol tanden op basale vragen van presentatrice Antoinette Hertsenberg.

Novak en de damage control van Parkmobile staan voor instellingen, bedrijven en overheidsdiensten die zich vanuit een monopolistische marktpositie afschermen en denken met marketing en gedragsbeïnvloeding hun tekortkomingen op te kunnen vangen. Meestal komen ze daar mee weg, maar soms niet. Bijvoorbeeld als een directeur naar een studio wordt gestuurd en zijn bedrijf heeft nagelaten om een gepaste klachtenafhandeling op poten te zetten. Dan wacht een totale meltdown en gooit zo’n bedrijf in een poging om publicitaire schade te beperken het uit armoede op de communicatie (‘Helaas is de boodschap niet overgekomen’). Trouwens een riskante tactiek omdat het eigenlijk tegen het publiek zegt ‘u hebt het niet begrepen’. Dat stapelt zo’n bedrijf op het eigen falen nog eens een onterecht verwijt aan het publiek. Maar slechte communicatie was niet de essentie van de afgang van boodschapper Novak, hoewel hij onhandig communiceerde. Parkmobile kon Novak onvoldoende instrueren omdat het haar zaakjes over de klachtenafhandeling gewoonweg niet op orde had.

Foto: Schermafbeelding van FB-bericht van Parkmobile, 24 april 2017.

Kunst en televisie. Over ‘de normale Nederlander’, het thuisgevoel en de laffe cultuurpolitiek van alle politieke partijen

65737-620-465

Kunst en televisie, het is een moeizame relatie. In een interview met Het Parool zegt Simone van den Ende het volgende over kunst op televisie: ‘En als het je niet interesseert, ga dan naar een ander net. Dat doe ik bijvoorbeeld met voetbal. Daar ben ik totaal niet in geïnteresseerd en ik heb het mijn hele leven goed kunnen vermijden. Waar ik kwaad om word, is dat kunst niet zou mogen van publiek geld en voetbal wel. Weegt het plezier van miljoenen zwaarder dan het plezier van een paar honderdduizend op televisie? Maar nogmaals: ik zeg dit als voorvechter van kunst op televisie, niet om alleen te zeuren.’ Simone van den Ende is op 1 oktober 2016 na negen jaar gestopt als hoofd kunst, cultuur en drama bij Avro en AvroTros.

De Mediacourant verwijst in een bericht naar dit interview. Een reactie van ‘aammehoela’ maakt inzichtelijk hoe de waardering voor kunst op televisie kan zijn. De reactie is te illustratief om niet te citeren: ‘Kunst, met name moderne kunst, is soms echt afgrijselijk. Je hebt af en toe het idee dat de kunstenaar iets in elkaar flanst om daarna een verhaal te verzinnen van hetgeen het moet voorstellen. Wat dat betreft geniet ik meer van een landschapschilderij dan van zo’n doek met alles door elkaar heen geflanst. Dan denkt iedere normale Nederlander: gauw bij de vuilnis gooien.’ Waar hebben we de verwijzing naar de ‘normale Nederlander’ meer gehoord? In rechts-populistische wordt volop tegen ‘moderne kunst’ geageerd. Waarmee hedendaagse kunst wordt bedoeld. Zo meent Thierry Baudet in een artikel (2013) voor NRC dat ‘modernisme in de architectuur en de publieke ‘kunstwerken’ het gevoel van vervreemding versterkt’. Baudet ziet de trits ‘multiculturalisme, modernisme in de kunsten en het Europese project’ als symptomen van een ziekelijke afkeer van het thuis.

Met die tegenwind vanuit populistische hoek die culturele hegemonie claimt heeft hedendaagse kunst te maken. Dat geluid werd zonder veel protest in de nasleep van de cultuurbezuinigingen van Halbe Zijlstra in 2011 overgenomen door de Nederlandse landelijke politiek. Geen enkele partij durfde zich principieel te verzetten tegen de vermeende volkswil van de kunsthaters die ‘moderne kunst’ strijdig achtten met het thuisgevoel van de normale Nederlander. Kunst op televisie werd met diezelfde rechts-populistische golf van eigenheid, nationalisme en thuisgevoel van ‘de normale Nederlander’ weggespoeld. Wat resteerde waren programma’s als ‘Tussen Kunst en Kitsch’ of een soort agenda-achtige kunstprogramma’s die voornamelijk signaleerden. Het pleit voor Simone van den Ende dat ze ondanks die sterke tegenwind de realityseries over de Nationale Opera, het Concertgebouworkest en het Nationale Ballet heeft weten te produceren.

Moeten we ons druk maken over kunst op de Nederlandse televisie? In een snel veranderend media-landschap dat internationaliseert, minder lineair wordt en steeds gefragmenteerder is en vooral nog kleine deelpublieken bedient? Wat heeft het voor zin om zo’n achterhoedegevecht te voeren? Het heeft geen zin. Toch kan het geen kwaad om het onderliggende populisme dat rept van ‘de normale Nederlander’ en thuisgevoel -en zo de culturele hegemonie op televisie en in samenleving claimt- van repliek te dienen. Te laten weten dat er ook nog een andere gedachtenwereld bestaat die er faliekant anders over denkt. Over kunst op televisie gaat het dan allang niet meer, maar over de functie van kunst in onze samenleving. Mijn reactie op ‘aammehoela’:

Hedendaagse Nederlandse kunst kan voor sommigen afgrijselijk zijn, terwijl voor anderen het hedendaagse Nederlandse voetbal dat is. Herinneren we ons de kwalificatiereeks van het Nederlands elftal voor het EK-2016 in Frankrijk nog? Afgrijselijk voetbal met een afgrijselijk resultaat. Maar het wordt op televisie toch overvloedig getoond in urenlange wedstrijden en voor- en nabeschouwingen. Als zelfkwelling?

De hedendaagse Nederlandse kunst heeft internationaal meer aanzien en kwaliteit dan het hedendaagse Nederlandse voetbal. Lees er de lovende buitenlandse commentaren over Nederlands toneel, design, dance, ballet, geïmproviseerde muziek of beeldende kunst maar op na.

Zo redenerend zou je kunnen stellen dat het gerechtvaardigd is om om die kunst op televisie te laten zien en het voetbal niet. Gesteld dat programma’s daar een goede vorm voor weten te vinden en het de formule van Jasper Krabbé overstijgt. Maar in grote lijnen gebeurt het omgekeerde. De kwaliteit van Nederlandse kunst wordt mondjesmaat getoond en het gebrek aan kwaliteit van Nederlands voetbal wordt overvloedig getoond. Is dat niet krom?

Foto: ‘Siem Vroom en Christine Ewert in een scene uit het topstuk ‘ De Drie Zusters’ van Anton Tsjechov, dat de NCRV op 30.09.1979 op het scherm brengt.’

Concurrentie in media en kunsthandel: toeschrijving van Karel Appel

Paul van Liempt heeft sinds kort voor zakenzender RTLZ  de talkshow ‘Van Liempt Live’. Hij ontvangt galerist Willem Baars om een in het programma ‘Tussen Kunst en Kitsch’ (AVROTROS) ontdekt vroeg reliëf van Karel Appel te praten. Volgens Baars en twee andere deskundigen taxateur Auke van der Werff en galerist Nico Delaive is het werk dat ‘expert’ en kunsthandelaar in Groningen Richard ter Borg in het programma van 2 september toeschreef aan Karel Appel helemaal niet van Karel Appel. Baars licht toe hoe hij tot dat oordeel komt. Opvallend is hoe experts/galeristen/taxateurs/kunsthandelaren het in de media met elkaar oneens zijn. Op de achtergrond spelen de kijkcijfers van beide programma’s en de broodwinning van de kunsthandelaren.

Frans Bauer gaat van Ratada Dadada voor amusement in Hilversum

Levensliedzanger Frans Bauer (40) vindt het maar niks dat amusementsprogramma’s waarin hij optreedt niet langer bij de publieke omroep te zien zullen zijn. In het AD vindt Bauer de plannen van staatssecretaris Sander Dekker ‘te gek voor woorden’: ‘Dat de Nederlandse overheid zich wil bemoeien met de inhoud van uiterst succesvolle tv-programma’s riekt naar censuur. Dat mag nooit gebeuren! We leven in Holland. Niet in China of Noord-Korea.’ Bauer: ‘Worden we als tv-kijkers beter van de ideëen van de staatssecretaris? Het lijkt me toch niet. Dan nog wat. Laat hij het maken van goede tv overlaten aan mensen die er echt verstand van hebben. Enne: niet hij maar de kijkers zelf bepalen nog altijd wat ze willen zien.’  Bauer meent zelf goede tv te maken, maar de politiek wil iets anders met het bestel. Hij geeft met het nummer Ratada Dadada de staatssecretaris onbedoeld een perfect instrument in handen om amusement uit het publieke bestel te bannen. Merci, Frans.