Hoe onbekend is de Utrechtse burgemeester op het ‘Portret van een onbekende man achter een bureau’ (1934-1939)?

Het verschil tussen beide foto’s is miniem. Op de eerste foto leunt de man naar achteren, op de tweede foto naar voren. Het zijn foto’s van de Utrechtse fotograaf F.F. van der Werf die zich bevinden in de collectie van Het Utrechts Archief. De beschrijving zegt: ‘Portret van een onbekende man achter een bureau’ en de datering geeft 1935-1960. De foto geeft aan wie geportretteerd wordt. Op de onderste foto is bovenaan de rugleuning van de stoel het Wapen van Utrecht (stad)te zien. Leunt daarom de man naar voren? Men mag aannemen dat dit een burgemeester is. Dat klopt, het is Gerhard Abraham Willem ter Pelkwijk (1882-1964). Hij was van 1934 tot 1942 en van 1945 tot 1948 burgemeester van Utrecht. In 1942 werd hij afgezet en vervangen door NSB’er Cornelis van Ravenswaay. Die zowel als voorganger en opvolger Ter Pelkwijk had. Waarom de foto niet kan dateren van voor 1935 is onduidelijk. Ter Pelkwijk trad op 15 januari 1934 in functie. Hij was toen 51 jaar oud. Op een portret dat gedateerd is 1939 -1941 en ook is gemaakt door Van der Werf ziet hij er ouder en grijzer uit dan op deze foto’s. Men mag dus aannemen dat deze foto’s zijn gemaakt tussen 1934 en 1939.

Een portret van een onbekende man achter een bureau wordt uiteindelijk een portret van de maker. Ook de ‘goede’ burgemeester wordt zo een onbekende man die fungeert als beeldmateriaal in de collectie van een stadsfotograaf die herontdekt wordt en hernieuwde aandacht krijgt. Het verleden wordt afgestoft en dichtbij gehaald via de fotograaf. Die postuum wordt opgewaardeerd tot ‘fotojournalist’ van wie gezegd wordt dat ze hun tijd weergaloos vastlegden. In Amsterdam was dat Ben van Meerendonk, in Utrecht F.F. van de Werf. Het geeft ook de stadsarchieven een focus en marketinginstrument via de op het schild gehesen fotograaf.

De aanleiding voor de selectie van deze beide foto’s was de vraag hoe het gezag afgebeeld wordt. In onze tijd laat de burger zich weinig meer gezeggen door autoriteiten en is zo’n foto van een burgemeester achter een bureau al gedateerd voordat de foto correct gedateerd kan worden. Dit voelt nu potsierlijk, maar we beseffen dat deze foto’s in de eigen tijd beter gewaardeerd en begrepen werden. Op onderstaande foto toont op 7 mei 1945 de opnieuw geïnstalleerde burgemeester Ter Pelkwijk emotie als hij op het bordes van het stadhuis de geallieerde troepen opwacht die Utrecht hebben bevrijd. Leden van de Binnenlandse Strijdkrachten begeleiden hem. Rechts is een Britse sten gun zichtbaar. Zijn beschermende overschoenen of galoches worden zichtbaar doordat vanwege de in de lucht gestoken handen zijn schoenen zichtbaar worden onder zijn broek. Dit detail verraadt het vuil van de stad dat de burgemeester in mei 1945 verwacht. Hij had zich erop voorbereid. Lopend door de stad in triomf tussen de Utrechtse bevolking. Een rol die de dan 63-jarige Ter Pelkwijk verbeeld(t).

Foto 1: F.F. van der Werf, ‘Portret van een onbekende man achter een bureau.’. Datering 1935-1960. Collectie: Het Utrechts Archief.

Foto 2: F.F. van der Werf, ‘Portret van een onbekende man achter een bureau.’. Datering 1935-1960. Collectie: Het Utrechts Archief.

Foto 3: Schipper, ‘Afbeelding van de bevrijding van Utrecht. Burgemeester mr.dr. G.A.W. ter Pelkwijk en zijn vrouw keren, begeleid door leden van Binnenlandse Strijdkrachten, terug op het Stadhuis en juichen op het bordes de menigte toe.’ 7 mei 1945. Collectie: Het Utrechts Archief.

Petitie: Laat Yuri van Gelder terugkeren naar Rio. Om lekker te sporten

yg

We raken er niet over uitgepraat: sport. De publieke omroep staat van 10 juni tot 21 augustus in het teken van sport: NPO-Sportzomer. Die uit gemakzucht en bij gebrek aan nieuwswaardige sportgebeurtenissen voor het leeuwendeel wordt gevuld met aandacht voor sportfutiliteiten. In een kantelend wereldbeeld van afnemend gezag voor autoriteiten past kritiek op sportbobo’s perfect in de tijdgeest. Merkwaardig is dat ze die kritiek nog verdienen ook. Hun handelen is hooghartig en zelfingenomen. Het tegendeel van egalitair en transparant.

Nu is er Yuri van Gelder die wegens alcoholgebruik en overlast is weggestuurd uit het Olympisch dorp. Nog niet alle details zijn bekend. Het is me een volkomen raadsel waarom dat is. Had dat niet soepeler opgelost kunnen worden? Sportbobo’s laten zich weer van hun beste kant zien. Het wegsturen van Van Gelder lijkt buiten proportie. Had hem op z’n lazer gegeven met een laatste waarschuwing. Om sterk leiderschap te tonen dat improviseert en goed weet om te gaan met dit soort noodgevallen moet je uiteraard gezag hebben. Voordat je terugvalt op verboden die tussen de regels staan geschreven en willekeurig overkomen op de buitenstaander. En waarvan de juridische onderbouwing wordt betwist. Het is het oude verhaal: de kleine vis (Van Gelder) wordt gepakt en de grote vis (Rusland) niet. Sport is politiek. Politiek van een beroerd niveau.

Foto: Schermafbeelding van petitie van J. Berkelaar ‘Laat Yuri van Gelder terugkeren naar Rio en deelnemen aan zijn olympische finale’.

De hond op de Pont des Arts. Kijken en bekeken worden

135-1314110921

We kijken naar elkaar en letten op elkaar. We houden elkaar in de gaten. De close reading van de samenleving legt zout op slakken en rekent af tot achter de komma. In dat proces gaat meer verloren dan gewonnen wordt. Een samenleving moet marges kunnen hebben waarin mensen zich onbespied achten. Waarin ze hun idee van vrijheid kunnen genieten. Waarin ze hun eigen grootmoedigheid vinden door de ander die ruimte toe te staan. Als dat niet lukt, dan rest bijziendheid. Kort, bekrompen en beperkt zicht komt in de plaats van de ruime blik.

Het is de mentaliteit van de afrekening, wie eraan meedoet kan niet meer ontsnappen omdat de vereffening nooit plaatsvindt. Iedereen die wil wordt spion. De klassieke uitrusting is nieuwsgierigheid, vasthoudendheid, binnendringen in de levenssfeer van een ander en het verzamelen van informatie. Deze spion komt niet tot oordeel aan de hand van de feiten, maar heeft de opdracht als uitgangspunt. Het tegendeel van een frisse blik.

Wat zegt dit visueel plezier of scopofilie over onze samenleving? In de filmtheorie sprak Laura Mulvey 40 jaar geleden in een artikel over de ‘mannelijke blik’.  Nog steeds is deze blik dominant in film en reclame. Dat de vrouw door de man wordt bekeken is nog steeds de standaard. Door de opkomst van sociale media is daar sinds 15 jaar iets bijgekomen. Dat draait niet om de autoriteit van de blik, maar om de blik van de autoriteit.

De menselijke maat is het elkaar bezien. Uit noodzaak, uit overlevingsdrift, uit liefde of ter verdediging. Dat maakt sociaal, maar asociaal als het teveel of te weinig wordt. Morrelen aan de kaders van het sociale verkeer maakt onrustig. Buiten de ruimte wordt een ruimte verondersteld die niemand ziet. Maar wel als bestaand aanneemt. Die buitenruimte is de vrijplaats voor complotten. Daar spant het bekende onbekende samen. Dat wat niet onmogelijk is, maar voor de meesten onwaarschijnlijk is wordt door de verwerping ervan het bewijs voor het complot omdat het niet onder ogen gezien zou mogen worden. De som klopt zelfs als het niet klopt.

Wat heeft de hond die op de Pont des Arts in 1953 naar ons kijkt ermee te maken? De hond heeft ons in de gaten. Zo lijkt het. Of neemt toch ten minste fotograaf Robert Doisneau op de korrel die terugkijkt met zijn toestel in de aanslag. Het baasje kijkt naar het schilderij. En de schilder kijkt naar de stad die hij op zijn schilderij wil uitbeelden. Op sociale media zouden die blikrichtingen nu met roze, gele, paarse en blauwe pijlen en cirkels verduidelijkt worden. Dat verklaart en verstoort tegelijk omdat het te veel invult en niets toevoegt. Dat is het. We willen teveel uitleggen. We voegen ons naar alle middelen die we daartoe hebben.

Foto: Robert Doisneau, Le chien du pont des arts, 1953.

Bram Vermeulen over Zuid-Afrika. Vol krassen en Julius Malema

Correspondent in Zuid-Afrika voor NRC, VPRO en NOS Bram Vermeulen gaf op 26 mei 2015 voor het Studium Generale van de TU Delft zijn visie op het land waar hij gestationeerd is. Want studeren is ook verder kijken en je een mening vormen. Een meeslepend betoog over Europa, buitenlanderhaat, vluchtelingenstromen, monumenten van het kolonialisme, anti-autoritair denken en krassen die Afrikaanse landen zelf oplopen.

Vermeulen legt feitelijk uit hoe de Soedanese president Omar al-Bashir die op bezoek was voor een top van de Afrikaanse Unie in Johannesburg ondanks een aanhoudingsverzoek van het Internationaal Strafhof Den Haag vandaag het land kon verlaten. Ondanks het Hooggerechtshof in Pretoria dat er nog over moest oordelen. De Zuid-Afrikaanse regering wordt gedomineerd door het ANC en lapt verplichtingen aan haar laars. Een kras. 

JM

Foto: Tweet van Julius Malema, 14 juni 2015.

Vrijheid start aan de zijlijn

Op 11 oktober 2010 begon ik een blog op de site van De Volkskrant. Op 22 augustus ging de stekker eruit. Als uitgestelde euthanasie van een aangekondigde dood. De dood zat in de woorden van hoofdredacteur Philippe Remarque verscholen.Op 7 januari 2011 schreef-ie: De reden hiervoor is dat wij het blog helaas niet meer de aandacht en technische ondersteuning kunnen bieden, die het vereist. Een cirkelredenering zonder weerga, want wat was dan de reden dat de VK geen aandacht en technische ondersteuning meer kon bieden?

Nu ben ik hier. Gezien de reacties en mijn uiteenlopende interesses besloot ik tot een tweedeling. De kortere stukken over media, populaire cultuur, geschiedenis, YouTube-filmpjes en wat ik niet anders kan omschrijven als het kauwgomplaatjesgevoel verschijnen op George Knight Kort. Met het grafisch interessante WordPress-thema Vertigo dat gebaseerd is op de vormgeving van Saul Bass. U weet wel, hij is bekend geworden door de begintitels van heel wat films van Alfred Hitchcock. De bronnen zijn onuitputtelijk. Da’s heerlijk putten.

De beschouwelijke, langere stukken over politiek, religie, cultuurpolitiek en allerlei maatschappelijke onderwerpen verschijnen op George Knight. Dat leest u nu. Ondertitel van dit blog blijft Debat tussen links en rechts. Met een knipoog naar zowel confrontatie als tussengebied. Mijn politieke tehuis was ooit D66 toen de partij nog ongebreideld ideëen ontwikkelde en nog geen diapositief van rechts was.

Vraag is of de marge relevant is in een verhardend politiek klimaat waar Wilders verbaal beschoten wordt omdat Breivik in Noorwegen doodschiet. Of waar een moslim een jood verkettert omdat een jood een moslim verkettert. Soms treffen me verwijten dat we ons binnen de Nederlandse politiek een positie aan de zijlijn niet kunnen veroorloven. Het wordt als wegduiken in enerzijds, anderzijds gezien. Ik begrijp de kritiek, maar zie het precies andersom. Systeemkritiek is naar mijn idee nodig. Geen meeliften met lange tanden.

Mijn horizon is anders dan het Binnenhof. Mijn analyse is dat de politiek collectief ziek is en hervormd moet worden. Da’s mijn hoofdthema onder alle langere stukken. Om me daaraan te onttrekken moet ik afstand nemen. Ik verbaas me er overigens ook over waarom een welvarend en uiteindelijk toch gematigd land als Nederland zo slecht in haar vel zit en zich opblaast van chagrijn. Als tegenwicht om niet zelf om te komen in verzuring en gelijkhebberigheid besteed ik volop aandacht aan kunst en cultuur waar mijn hart ligt.

In elk geval probeer ik een weg te schetsen tussen het dogmatisme van links en versimpeld denken van rechts. Enfin, zo zie ik het. Het niveau van zowel het publieke als het politieke debat stellen me teleur. Mijn teleurstelling is dat de rechtse politiek woningmarkt, arbeidsmarkt, kenniseconomie en onderwijs niet hervormt. En links evenmin veel klaar speelt. Partijen zijn in zichzelf gekeerd, denken hoofdzakelijk aan hun eigen voortbestaan en doen aan branchevervaging. J.W. Oerlemans heeft er over geschreven, zie hier en hier. Partijen vergeten eigen kernwaarden. Vragen voor de toekomst worden niet aangepakt maar doorgeschoven.

Ontwikkelingen in de cultuursector zijn tekenend voor het absurdisme van hedendaags Nederland. Een waardevolle sector wacht de botte bijl van de politiek. Er valt daar veel te hervormen, mede door het ontbreken van goed bestuur en controle daarop. Maar het politieke gebrek aan inzicht, stuurloosheid, averechts werkende maatregelen en rancune raken juist de hardwerkende en onderbetaalde Henk en Ingrid van de cultuur. Maar dat absurdisme biedt ook kansen. Vraag het in gedachten aan Pinter, Ionesco of Beckett.

Verantwoordelijke burgers zie ik nog als enige hoop om het verloren terrein op de politiek terug te veroveren. De aantasting van privacy en burgerrechten terug te draaien. Het kost echter steeds meer om ons recht te halen. Straks is de drempel te hoog om de staatsbureaucratie nog aan te spreken. Zonder aan activisme te doen probeer ik mijn steentje bij te dragen om dat proces mogelijk te maken. Pretentie en autoriteit zijn de dood in de pot. U bent gewaarschuwd. Vertrouw ook mij voor geen cent en spreek me aan op mijn woorden.

Foto: TV Studio Control Room, VS, 1961