Amerikaanse ambassadeur in Duitsland Richard Grenell onder vuur voor politieke uitspraken die Trump willen behagen

Het gaat niet goed met de EU. Het staat van alle kanten onder druk. Er tekent zich een driestromenland af met 1) de liberale democratie als model zoals in de EU, 2) de illiberale democratie in Hongarije en Polen die zich aan de regels van EU en eigen grondwet onttrekt en 3) het ondemocratisch liberalisme van verschijnselen waar bevolking en politiek nauwelijks grip op hebben: vrijhandelsverdragen, gerechtshoven, multinationals en supranationale organen zoals de EU. Het samenwerkingsverband van liberale democratieën kan gekenmerkt worden als ondemocratisch. Een boekbespreking van het werk van Yascha Mounk in NRC vult de details in.

In de VS is het president Trump die niet alleen met zijn opvatting van de illiberale democratie de Amerikaanse rechtsstaat schendt, maar ook Europa onder druk zet. Een EU die haar eigen militaire verdediging niet op orde heeft en daarom door de VS makkelijk gechanteerd kan worden. Wat niet helpt is dat de EU-lidstaten met Duitsland voorop weinig haast maken met het verhogen van hun defensiebudgetten. Zelfs een kosmetische poging om de VS tevreden te stellen ontbreekt. Dit getuigt van lichtzinnigheid en totaal gebrek aan urgentie.

Daar bovenop is er nu sinds een maand een stoorzender bijgekomen, namelijk de nieuwe Amerikaanse ambassadeur in Duitsland Richard Grenell. Bij links in de VS had hij vanwege de identiteitspolitiek eerst enig krediet omdat hij homoseksueel is. In een interview voor het alt-right nieuwsmedium Breitbart/London toonde Grenell grote opwinding over de golf van conservatisme in Europa, zeggend dat hij leiders van de beweging wil ‘bekrachtigen’. Dit is om twee redenen ongekend. Ten eerste heeft een ambassadeur zich niet te mengen in de interne politiek van een land of de supranationale EU en ten tweede heeft hij het over conservatieven terwijl Trump noch Grenell conservatieven, maar populistische nationalisten zijn. Grenell is een anti-politicus die het tegen de liberale democratie en het ondemocratische liberalisme zegt op te nemen, maar intussen de greep van de politiek op de samenleving niet wil repareren, maar verder wil verzwakken. Dat heeft niets met conservatisme te maken dat niet tornt aan de rechtsstaat en de liberale democratie in de kern steunt. Grenell is de elitaire anti-elitist die het leed van de EU versterkt en de EU hopelijk tot een reactie noopt. Mijn reactie:

Foto: Schermafbeelding van tweet als antwoord op Richard Grenell, 4 juni 2018

Advertentie

DDS doet aan erg vrije nieuwsgaring: ‘Russische Federatie zet twee Nederlandse ambassadeurs uit’. Met nog meer alternatieve analyse

Lars Benthin van DDS weet meer dan wie dan ook. Hij stelt in een artikel dat de Russische Federatie in reactie op de Nederlandse uitwijzing van Russische spionnen twee ambassadeurs heeft uitgezet. Dat was weer een reactie op de aanslag met zenuwgas in het Britse Salisbury op de Russische ex-spion Sergei Skripal en zijn dochter dat volgens de regering May door het Kremlin is georkestreerd. Maar naar verluidt heeft Nederland slechts één ambassadeur in Moskou, Renée Jones-Bos. Het is overigens tamelijk normaal dat een land in een ander land slechts een ambassadeur heeft. De alternatieve feiten van DDS bereiken nieuwe hoogten.

Lars Benthin meent dat we ‘gelukkig nog niet’ in een nieuwe Koude Oorlog zijn aanbeland. Maar ook dat is nog maar helemaal de vraag. De relatie tussen de VS en de Russische Federatie is op dit moment slechter dan die tijdens de regering Bush of Obama ooit was. Verschil is dat president Trump wel actie onderneemt zoals het leveren van dodelijke verdedigingwapens (Javelin) aan Oekraïne of het aanscherpen van de sancties, maar dat in de publiciteit klein houdt. Om welke reden dan ook. Wie dat verschil niet ziet laat zich misleiden.

Bij Benthins constatering dat het Westen een harde confrontatie met de Russische Federatie niet uit de weg gaat en ‘zo veel mogelijk doet om weer ruzie te krijgen met de supermacht’ vallen ook de nodige vraagtekens te zetten. Of de economisch zwakke Russische Federatie trouwens een supermacht genoemd kan worden valt te betwijfelen. Het is eerder een ‘Opper-Volta met raketten’, zoals Sergei Aleksasjenko zegt. Of het uitzetten van spionnen een ‘harde confrontatie’ is valt ook niet zo makkelijk in te zien. Het is een tamelijk normale maatregel met in dit geval alleen een vreemde aanleiding. Om het een harde confrontatie te mogen noemen lijkt meer nodig, zoals economische of militaire maatregelen die hout snijden en echt pijn doen. Dat is nu niet het geval. De reacties van Trump op het buitenlands beleid van de Russische Federatie wijzen erop dat hij er alles aan doet om geen ruzie met Putin te krijgen. Dus ook deze constatering van Benthin is twijfelachtig.

Foto: Schermafbeelding van deel artikelRusland betaalt met gelijke prijs terug: zet twee Nederlandse ambassadeurs uit’ van Lars Benthin voor DDS, 30 maart 2018.

Nelle Boer zoekt leugen en prikt met Nizar Moubarit media door

Nizar Mourabit blijkt een verzonnen identiteit van kunstenaar Nelle Boer. In een posting noemde ik hem naar aanleiding van een stuk in Het Parool op 15 september 2014 ‘Politicoloog, columnist, beeldend kunstenaar en schrijver’ zoals hij zich presenteerde. Politicoloog is gelogen. Boer is een professioneel kunstenaar opgeleid aan de ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten en opiniemaker. De Correspondent gaat op de kwestie in.

De etniciteit van Mourabit is niet waarom het zou moeten gaan. Zijn opinie wel. Curieus genoeg relativeert nu Boer met zijn onthulling zijn opinies die verschrompelen tot middel. In een dubbele beweging bevestigt Boer het ‘Marokkanenprobleem’ door het te ontkennen. Met zijn kunstenaarschap gaat-ie er voor staan. Als de goochelaar die popelt om zijn truc uit te leggen of Hitchcocks MacGuffin. Volgens GroenLinks en publicist Frank Bovenkerk bestaat er geen ‘Marokkanenprobleem’ omdat deze etikettering individuen opsluit in de groep. Een juiste nuancering. ‘Alle Marokkanen zijn in de ogen van Nederlanders moslim, ontdekte Mourabit dus. Maar ook: geen Nederlander.’ zegt Boer in De Correspondent. Da’s een persoonlijke mening van Boer die nog maar eens goed aangetoond moet worden en op zijn minst een generalisatie genoemd kan worden.

Boer personifieert verder door in het YouTube-filmpje iedereen te bedanken ‘die in Nizar geloofde’. Hij toont vooral de vluchtigheid van de (sociale) media aan. Ook gevestigde media presenteren opinies of aannames steeds vaker als feit. Het aantonen van deze ondraaglijke oppervlakkigheid van de gevestigde media is de verdienste van Nelle Boer. Zijn presentatie als Nederlandse-Marokkaan is slechts een middel om dat aan te tonen. De Correspondent zegt het zo: ‘(..) de druk om snel en veel te publiceren gaat ten koste van de zorgvuldigheid en het natrekken van een verhaal. Mourabit werd nagenoeg overal zonder veel vragen aan een podium geholpen. Ook opvallend is het sneeuwbaleffect: iedere redactie viel daarbij terug op de autoriteit van degenen die hem eerder een platform gaven. Media volgen elkaar in die zin vaak blindelings.’ Boer bedankt.

11366-2a

Foto: Nelle Boer, ‘De Nederlandse vrijheid van meningsuiting‘, Stedelijk Museum Zwolle, 2014. Credits: Nelle Boer

Waar ligt de grens voor een Marokkaanse ambassadeur?

mar

Volgens de NOS klaagt de Marokkaanse ambassadeur in Nederland Abdelouahab Bellouki over de aanpak door de politie van wat in het bericht ‘Marokkanen’ of ‘Marokkaanse Nederlanders’ genoemd wordt. Niet duidelijk is om welke groep het hier gaat. Opmerkelijk is dat een ambassadeur zich uitspreekt over het politiegeweld van het land waar-ie gedetacheerd is. Het kan zijn dat betrokkenen die ‘Marokkanen’ of ‘Marokkaanse Nederlanders’ genoemd worden een het dubbele nationaliteit hebben. Zodat ze naast hun Marokkaanse nationaliteit ook de Nederlandse of een andere nationaliteit hebben. Dit geeft de ambassadeur recht van spreken. Onduidelijk is echter of de ambassadeur weet of de betrokkenen een dubbele nationaliteit hebben.

Want zoals de Marokkaanse wet zegt kan een in het buitenland wonende volwassen Marokkaan afstand doen van de Marokkaanse nationaliteit. Ook een minderjarige Marokkaan kan vrijwillige afstand doen van de Marokkaanse nationaliteit. Zodat de Marokkaanse ambassadeur nooit op voorhand en van een afstand kan weten welke uit Marokko afkomstige Marokkanen een Marokkaanse nationaliteit hebben. Dat ligt niet vast.

Politicoloog, columnist, beeldend kunstenaar en schrijver Nizar Mourabit betoogde gisteren in Het Parool dat ‘Mensen die Nederlander zijn moeten we niet langer Marokkaan noemen’. Ik was het daar in een reactie vanuit rechtsstatelijk standpunt mee eens: ‘Zoals altijd is het een uitruil van rechten en plichten. Om te komen waar u wilt komen, moeten Nederlandse-Marokkanen zichzelf niet langer Marokkaans noemen, of beschouwen. Dus moeten ze ook juichen voor Oranje of in elk geval niet met Marokkaanse vlaggen rondlopen. En moeten ze zich niet langer identificeren met de Marokkaanse samenleving. Of vol ressentiment afgeven op de Nederlandse samenleving. Als ze dat voor elkaar krijgen zie ik geen beletsel ze Nederlands te noemen.’ Nu ambassadeur Bellouki nog overtuigen dat hij zich niet met zijn voormalige landgenoten in Nederland bemoeit.

NB: Op 21 oktober maakte Nelle de Boer bekend dat Nizar Mourabit een verzinsel van hem was.

Foto: Schermafbeelding van wetsartikel 19 van de Marokkaanse overheid over het afstand doen van de Marokkaanse nationaliteit

Amerikaans Exceptionalism: een wereld van (on)mogelijkheden

pvb

Zo kun je het ook bekijken. Zoals Peter Van Buren doet. Amerikaans ‘exceptionalism’ betekent zich meer verschansen voor de vijand. En by the way de Amerikaanse aankomend ambassadeur voor Nederland Timothy Broas, hoopt na zijn aantreden Den Haag zover te krijgen meer JSF’s te kopen. Dat zal de achterban van de PvdA prettig vinden om te horen. Broas zei vandaag tijdens een hoorzitting voor een Amerikaanse senaatscommissie er alles aan te doen om ervoor te zorgen dat als de Nederlanders meer kunnen kopen er alles aan te doen om ze ook zover te krijgen. Of die kisten nou presteren of niet, de komende Amerikaanse ambassadeur zal er persoonlijk voor zorgen dat de Nederlanders er zoveel mogelijk van kopen. Da’s de ware spirit. Diplomatieke taal die de Nederlandse regering zal bevallen. Timothy Broas heeft als grootste verdienste dat-ie een succesvol fondsenwerver voor de Democratische Partij van president Obama is. Exceptional.

Foto: Schermafbeelding van tweet van Peter Van Buren.

Ambassadeur voor de stilte gevraagd. Tegen geluidshinder

Cone+of+Silence

De onlangs naar Amsterdam teruggekeerde oud-correspondente in Londen Hieke Jippes verbaasde zich er vorige week in de NRC over dat lawaai en niet stilte de norm is. Tot haar ongenoegen. Ze verwijt overheden de stilte niet te handhaven, maar zich over te geven aan de beoordeling dat stadsgedruis de norm is. Er is geen recht meer op ‘geen geluid’ want medewerkers van overheden begrijpen dat recht niet zodat het niet wordt gehandhaafd. Jippes hoopt op een woordvoerder voor de stilte zoals ze die in de Britse BBC-radiopresentator John Humphrys kende. Nodig in haar ogen is een Nederlandse Humphrys die opkomt voor de stilte.

Jippes’ woorden zijn een déjà vu, of liever een déjà entendu. Haar klacht heeft al zo vaak geklonken. En wordt onderbouwd met tientallen voorbeelden over muzak in liften en supermarkten, discodreunen of lawaai in de openbare ruimte. Sinds 1995 bestaat Stichting BAM (Bescherming Akoestisch Milieu). Met als doelstelling ‘afschaffing dan wel sterke beperking van alle onnodige, storende geluiden. Specifiek richt zij zich tegen alle opgedrongen aanhoudende muziek uit luidsprekers op straten, pleinen, in het openbaar vervoer en alle andere voor iedereen toegankelijke ruimten.‘ Het gaat er dus niet om alle uitingen van ‘storend geluid’ uit de samenleving te verbannen, maar om de bewustwording dat niet geluid, maar stilte de norm zou moeten zijn.

Het lijkt tegen dovemansoren gezegd. De site van Stichting BAM toont niet actueel. Initiatiefnemer Lia Verhaar kan blijkbaar de kar niet meer trekken. Is vechten voor stilte dan een verloren strijd? Nee, het is een kwestie van organisatie zoals ook Jippes suggereert. Het ongenoegen over het feit dat niet stilte maar geluid de norm is wordt breed gedeeld. Maar het moet wel een smoel krijgen. Zo herinner ik me als oud-donateur dat in nieuwsbrieven rijtjes bekende namen zich achter de doelstelling plaatsten. Trouw noemt in een stuk uit 2004 als comité van aanbeveling Wim de Bie, Kees van Kooten, Gerrit Komrij, Rudi Fuchs, Jan Mulder en Ivo de Wijs.

Er is ook de Nederlandse Stichting Geluidshinder. Het probeert ‘geluidshinder in Nederland zoveel mogelijk tegen te gaan‘. Het opereert op de achtergrond en oogt technisch-ambtelijk. Maar maakt geen verschil. Nodig is niet het tegengaan van geluidshinder, maar een omslag in het denken over wat geluid en stilte voor waarden zijn. Om te beginnen bij overheden die de normen stellen, opleggen en zouden moeten handhaven.

Nodig is een revitalisatie of actualisering van de doelstelling van Stichting BAM. Om die met de middelen van 2013 op te pakken. Zoals Hieke Jippes schrijft: ‘(..) het hoort zo te zijn, en het was ook altijd zo, dat een overheid zijn burgers juist beschermt in zoiets basaals als het genot van rust en stilte. In veel opzichten doet zij dat ook al: beperkt geroep van de top van de moskee, gematigd luiden van de kerkklok, stiltecoupés in de trein zijn daarvan allemaal voorbeelden.’ Wie wordt in Nederland de eerste ambassadeur voor de stilte?

stopdemuziekte

Foto 1: Cone of Silence uit de tv-serie Get Smart (1965-1970). Met Don Adams als Maxwell Smart (links) en Edward Platt als chef.

Foto 2: Campagne Stop de Muziekte van Stichting Bam.

Opstelten geeft ontwijkende antwoorden over Demmink

ANP01_12983773_X

Minister Ivo Opstelten van Veiligheid en Justitie beantwoordt met vertraging de kamervragen van de CDA-ers Oskam en Omtzigt van 10 januari. Ze vragen naar de reactie van de Nederlandse regering op resolutie 838 van het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden, de beoordeling van het handelen van oud-secretaris-generaal Joris Demmink van Veiligheid en Justitie en vermeende mensenrechtenschendingen in Turkije en Nederland.

Resolutie 838 werd in het 112de congres door de Republikeinse afgevaardigde Chris Smith ingediend. Een katholiek  uit New Jersey met een sociaal-conservatieve agenda die zich inzet voor mensenrechten en tegen abortus. Bij het aantreden van het 113de congres is een resolutie 62 met enkele actualiseringen opnieuw ingediend. Het vraagt de Amerikaanse regering zich in te spannen de zetel van het Internationaal Gerechtshof uit Den Haag te verplaatsen. Als reden geldt een ontbrekend diepgaand onderzoek naar Demmink. Door afnemende geloofwaardigheid van de rechtsstaat zou Nederland het Gerechtshof niet langer ‘verdienen’. Bij goedkeuring kan de resolutie doorgezonden worden naar de senaat. De kans daarop lijkt niet groter dan 30%. Op 4 oktober 2012 leidde Smith een hearing in het congres over Demmink met ook Nederlandse deelnemers.

Minister Opstelten gaat niet in op de vraag van Oskam en Omtzigt om de punten die Smith in zijn resolutie stelt als waar of onwaar aan te duiden. Opnieuw bevestigt de minister dat er nooit een diepgaand onderzoek naar Demmink is gehouden. Als reden hiervoor zegt-ie dat er door het OM geen strafrechterlijk onderzoek naar Demmink is ingesteld ‘vanwege het ontbreken van een redelijk vermoeden van schuld‘. De Rijksrecherche heeft aan de hand van overlegde informatie een oriënterende feitenonderzoek naar de reisbewegingen van Demmink in Turkije gehouden. Dat kwalificeert Opstelten als ‘gedegen onderzoek’. Hiermee introduceert-ie een onderzoekscategorie tussen ‘oriënterend‘ en ‘diepgaand‘. Maar wat ‘gedegen‘ betekent is onduidelijk. Zeker is dat het eerder oriënterend, dan diepgaand is. Opstelten goochelt met woorden en zaait verwarring.

De antwoorden zijn een gemiste kans. Ze nemen geen verontrusting weg. Opstelten stelt zich formeel op, raakt verstrikt in zichzelf en acht zich gehouden aan het hoogst noodzakelijke. Maar ministers hebben de ruimte om via een aanwijzing opdracht tot onderzoek te geven. Al is het vertrouwelijk. Nu wordt juist voor de zoveelste keer de vraag benadrukt waarom Opstelten of zijn voorgangers nooit opdracht tot een diepgaand onderzoek gaven. Demmink is al sinds 1998 in opspraak vanwege zijn associatie met pedofilie en obstructie van de rechtsgang. De antwoorden bevestigen een beeld van belangenverstrengeling bij de top van Justitie. Het wachten is op Oskam en Omtzigt die nieuwe vragen stellen over een onderzoek dat meer dan gedegen is.

Foto: Den Haag, Internationaal Gerechtshof. Zaak Zuid-West Afrika, 1966. Credits: Peter van Zoest.

Opstelten neemt tijd voor beantwoording vragen over Demmink

0a268e21ed1c62d6aedbcebada1f763e

Minister Opstelten vraagt uitstel om de kamervragen van de CDA’ers Pieter Omtzigt en Peter Oskam te beantwoorden. Reden is dat nog niet alle benodigde informatie ontvangen is. Hij zegt ernaar te streven ze zo spoedig mogelijk te beantwoorden. Kamervragen dienen in beginsel binnen 3 weken beantwoord te worden.

De vragen werden op 10 januari ingediend, werden op 25 januari op de site van de Tweede Kamer geplaatst en zijn gericht aan zowel de minister van Justitie en Veiligheid als die van Buitenlandse Zaken. Ze gaan over vermeende mensenrechtenschendingen in Turkije en Nederland, de reactie van afgevaardigden van het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden daarop, en de tot voor kort hoogste ambtenaar van het ministerie van Justitie Joris Demmink die in verband wordt gebracht met pedofilie en obstructie van de rechtsgang.

Opvallend is dat minister Opstelten bij de vasstelling van de begroting van zijn ministerie op 3 oktober 2012 een brief naar de kamer stuurde met een antwoord op de aantijgingen over Demmink: ‘Wat onderzocht moest worden, is onderzocht. De uitkomst daarvan is steeds geweest dat er geen begin van juistheid is gebleken ten aanzien van de geruchten en aantijgingen.’ En over het verblijf van Demmink in Turkije schreef Opstelten: ‘Gelet op de aard van de aangegeven feiten en de ernst van de beschuldiging heeft de Rijksrecherche toch verder onderzoek gedaan. In dit zogenoemde oriënterend feitenonderzoek zijn mogelijke reisbewegingen van de betrokken ambtenaar in de aangegeven periode in Turkije onderzocht. Dit onderzoek heeft op geen enkele wijze een bevestiging opgeleverd dat betrokkene in de desbetreffende periode in Turkije zou zijn geweest.

Nu blijkt door de vragen van Omtzigt en Oskam dat wat in oktober 2012 met zekerheid vaststond voor minister Opstelten en het ministerie van Veiligheid en Justitie niet meer af te doen met de stelling dat er niks aan de hand is. Mede door de specifieke antwoorden die de CDA-kamerleden verlangen. Wordt vervolgd.

Foto: Tunnelvisie, Driemanspolder vanuit tunnel Leidschenveen. Credits: mtcrump.

Nasleep Benghazi zorgt voor spanningen in regering-Obama

Update 13 mei 2013: BBC-correspondent voor Noord-Amerika Mark Mardell concludeert naar aanleiding van onthullingen op ABC News dat onder druk van het Witte Huis door de CIA verwijzingen naar terrorisme werden geschrapt uit de berichtgeving over de aanval op het consulaat in Benghazi, dat er koppen gaan rollen, dat Hillary Clinton moet vrezen voor haar loopbaan en dat president Obama in de verdediging wordt gedrukt. 

Vanaf het begin was het voor de goede verstaander helder dat de anti-islamfilm Innocence of Muslims weinig met de aanslag op het Amerikaanse consulaat in Benghazi te maken had. Met de dood van ambassadeur Stevens als gevolg. De film was wellicht een excuus, maar zeker geen aanleiding. Deze dood kende geen makkelijke daders. De regering-Obama draaide er in de dagen na de aanslag omheen en verwees naar de film. Senator Rand Paul verwijst zonder haar bij naam te noemen naar minister van Buitenlandse Zaken Clinton als hoofdschuldige. Ze was ervoor verantwoordelijk dat de beveiliging van het consulaat niet op orde was.

Maar ook president Obama maakte een draai en liet de waarheid ‘spinnen’. Om fouten van zijn regering af te dekken verwees-ie naar de film. Op 14 september liet Jay Carney, de woordvoeder van het Witte Huis weten dat de protesten een direct gevolg waren van de film ‘Innocence of Muslims‘. De positie van CNN is opmerkelijk. Het kwam eerder in aanvaring met het State Department toen het documenten van de vermoorde ambassadeur Chris Stevens uit het consulaat in Benghazi opspoorde waarin Stevens beweerde dat-ie zich onveilig voelde. Dat leverde CNN onterechte beschuldigingen van partijdigheid op door de regering-Obama.

Inmiddels lijkt het erop dat ook uit een hearing achter gesloten deuren de eerder deze week afgetreden CIA-chef David Petraeus heeft verklaard dat in de publiciteit de regering-Obama tegen beter weten in ontkende dat het om een terroristische aanslag ging. Minister Hillary Clinton kan een slachtoffer worden van deze doofpot. Vraag is of het spoor ook valt terug te leiden naar president Obama. Deze zaak is nog niet ten einde.

CDA stelt kamervragen over Joris Demmink

De CDA-kamerleden Pieter Omtzigt en Peter Oskam stelden gisteren kamervragen aan de ministers van Buitenlandse Zaken Frans Timmermans en van Veiligheid en Justitie Ivo Opstelten over de affaire Demmink en de rol van de Nederlandse ambassadeur in de VS Rudolf Bekink. Deze stuurde in augustus een brief aan de Amerikaanse afgevaardigde Joseph Pitts. Ze willen weten hoe de brief tot stand is gekomen en wat er in staat.

Feit dat deze vragen gesteld worden is bijzonder omdat het onderwerp in de Nederlandse politiek en media zo goed als verzwegen wordt. Het AD besteedde er aandacht aan, maar bleef in de pers de enige. De laatste tijd is er veel aandacht vanuit christelijke organisaties voor de onlangs met pensioen gegane hoogste ambtenaar van het ministerie van Veiligheid en Justitie Joris Demmink. Hij wordt al ruim 10 jaar met pedofilie in verband gebracht. Zoals het Katholiek Nieuwsblad of het Amerikaanse Shared Hope. Vanuit een oogpunt van mensenrechten en normen en waarden kaarten ze het aan. CDA’ers Omtzigt en Oskam passen in dat profiel.

Ook willen de kamerleden weten of de verklaring van ambassaderaad H.P. Schreinemachers voor het Amerikaanse Helsinki Commissie gedeeld wordt door beide ministers. Er zijn in de zaak Demmink twee conflicterende standpunten. Omtzigt en Oskam komen tot de kern als ze vragen of er ooit een diepgaand onderzoek is verricht naar de beschuldigingen over Demmink. Tegenstanders menen dat de rechtsgang is beïnvloed en er sprake is van een doofpot. Voorstanders menen dat er een voldoende onderzoek is verricht en Demmink vrijgepleit is. Concreet spitsen de vragen zich toe op de ontkenning van de Nederlandse overheid dat Demmink in de jaren ’90 in Turkije was. Niet geloofwaardig voor een ambtenaar die internationaal opereert, gevoegd bij de getuigenverklaringen die stellen dat Demmink in genoemde periode in Turkije was.

Foto: Verkeersbord: Voetpad.