Waar de commentator van WNL de uitspraak op baseert dat ‘steeds meer politici worstelen met de uitspraken van Thierry Baudet’ is onduidelijk. Er is geen onderzoek bekend waarin dat onderzocht wordt en deze uitspraak bevestigd wordt. Dit is nattevingerwerk-journalistiek. Hoe dit item past in de stellingname van WNL is eveneens onduidelijk. Opnieuw besteedt WNL aandacht aan Baudet.
De beste strategie om een radicale populist als Baudet, die zich steeds staatsondermijnender en extremistischer uitlaat, aan te pakken is om hem van repliek te dienen als daarvoor goede argumenten bondig en overtuigend gepresenteerd kunnen worden en hem in andere gevallen niet te noemen en geen aandacht te geven. Overigens is de steun voor Baudet al weggezakt en ondervindt hij buiten de eigen kring van hardliners nog nauwelijks waardering. Op radicaal-rechts heeft Geert Wilders het initiatief naar zich toegetrokken ten koste van Baudet.
Kortom, Baudet weerspreken als de inschatting is dat hij daardoor buiten eigen kring verzwakt wordt en negeren als hij niet verzwakt wordt.
Nederlandse media hebben te lang Baudet kritiekloos publiciteit gegeven. Daarbij moet wel gezegd worden dat Baudet de afgelopen jaren snel geradicaliseerd is en pas nu zijn ware aard voor iedereen duidelijk is. Hoewel ook dat de vraag is omdat Baudet zelf zijn eigen aard niet meer lijkt te kennen. Hij is een volksmenner die racistische meningen verkondigt en de rechtsstaat en democratie niet ondubbelzinnig steunt.
Rassenwaan is het begrip waar Baudet klapwiekend en speels in terecht is gekomen zoals een eend aan het eind van de eendenkooi onvermijdelijk door de kooiker wordt opgevangen.
Sander Schimmelpenninck noemde Baudet in 2019 een fopintellectueel. Baudet zou nooit gecorrigeerd zijn, een groepje jaknikkers om zich heen verzameld hebben en daarom zo geworden zijn zoals hij is: narcistisch en verwaand. Baudet is van eind 2015 in de aanloop naar het Oekraïne-referendum tot 2019 nauwelijks tegengesproken in de media.
Recente reacties zoals die van Humberto Tan van oktober 2021 benadrukken dat die fase definitief voorbij is en Baudet nog weinig krediet heeft in media en samenleving. Baudet heeft zich door eigen toedoen in een doodlopende weg gemanoeuvreerd.
Net als Trump in de VS heeft Baudet door free publicity van de algemene pers aandacht gekregen en is publicitair kunnen groeien. Om aantrekkelijk te blijven voor redacties moet hij radicaliseren en telkens zijn oude ‘ik’ overtoepen om interessant te blijven. Want een samenhangend programma heeft zijn partij niet. Dat overtoepen is een valkuil waar de radicaal uiteindelijk zelf invalt. Wie met extreme meningen steeds meer afstand neemt van steeds meer mensen verliest uiteindeljk de aansluiting met maatschappij en electoraat. Zoals we zullen zien is het nog een graadje erger omdat hij daarnaast ook afstand neemt van de partijpolitiek.
Baudet is het laatste jaar niet zozeer geradicaliseerd, maar geabsurdeerd om het te omschrijven met een Germanisme dat hem steeds beter past.
Ik ben het eens met Schimmelpenninck dat Baudet een nepintellectueel is die evenmin een goed politicus is. In 2015 heeft Baudet zelf gezegd dat hij geen aanleg en ambitie heeft om politicus te zijn. In de jaren daarna heeft hij dat keer op keer bewezen, maar toch gaat hij in tegenspraak daarmee door als leider van een politieke partij. Waarschijnlijk door gebrek aan alternatief. De politiek is nog zijn enige verdienmodel. Door zijn gedrag en extreme overtuiging zijn de journalistiek en wetenschap voor hem onbereikbaar geworden.
Baudet weet niet te kiezen tussen het inzetten op partijpolitiek of op metapolitiek. Of die verwarring schept hij bewust of gedachteloos over zichzelf. Dat laatste betekent in navolging van het Franse en Duitse Nieuw Rechts van de jaren 1960 en 1970 het willen beïnvloeden van de cultuur en de publieke opinie zonder partijpolitieke activiteiten. De tragiek van partijleider Thierry Baudet is dat hij zowel de intellectuele bagage én het prestige mist om succesvol metapolitiek te bedrijven als het talent voor het politieke handwerk mist.
Baudet zit tussen twee stoelen en voelt zich nergens comfortabel. Dat lijden is zijn existentieel ongemak waarmee hij zijn partij treft. Baudet heeft zijn partij hiermee besmet. Met zijn partij blijft hij sinds zijn Uil van Minerva-toespraak in 2019 waar hij inzette op metapolitiek waarmee hij afstand neemt van de partijpolitiek zwalken tussen de twee posities. Zonder dat zijn partij hem nog begrijpt en kan volgen. Waarbij het zoals gezegd de vraag is of Baudet zichzelf nog begrijpt.