Kwestie Inès von Rosenstiel. Is Integrative Medicine een nieuwe visie op de gezondheidszorg of een marketingmodel dat geen medisch, maar een cultureel en economisch belang dient?

Schermafbeelding van deel artikelIM-gelovige kinderarts Inès von Rosenstiel krijgt lintje‘ op de Vereniging tegen de Kwakzalverij (VtdK), 11 november 2021.

Er bestaat verschil van mening over het feit of een kinderarts wel of niet aangesloten is bij de kinderartsenvereniging NVK. Het gaat om Inès von Rosenstiel over wie op een informatiepagina van het Rijnstate Ziekenhuis in Arnhem wordt gezegd dat ze lid is van de Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde (NVK). In een artikel van de Vereniging tegen de Kwakzalverij (VtdK) van 11 november 2021 lijkt het tegenovergestelde te worden beweerd: ‘In 2010 distantieerde haar beroepsgroep, de Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde (NVK) zich van haar alternatieve praktijken. Von Rosenstiel was overigens geen lid van de kinderartsenvereniging‘. Er staat in dit citaat ‘was‘ zodat het mogelijk is dat ze sinds 2010 alsnog lid is geworden.

Het artikel van de VtdK schetst dat Von Rosenstiel op 8 oktober 2021 op het eerste Nederlandse Integrative Medicine-Congres ‘In or outside the box?‘ in Amersfoort (niet in Arnhem ) is benoemd tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau. Ze ontving een lintje uit handen van de Arnhemse burgemeester Ahmed Marcouch. In zijn lofrede zei hij over haar: ‘Zij stuurt deze mensen niet van functionele therapie naar complementaire therapie en hopelijk ook weer terug, maar ziet de mens als optelsom en zet dus alle methoden in die bewezen hebben te helpen. Patiënten zijn voor haar mensen die de regie kunnen nemen voor een gezonde levenswijze‘.

Schermafbeelding van deel aankondiging IM-congres ‘In or outside the box?’ op 8 oktober 2021 in de Flint, Amersfoort. Via Congressen met zorg.

De VdtK is daar niet gelukkig mee en zegt hierover: ‘De Vereniging tegen de Kwakzalverij vindt de benoeming tot Oranje-Nassau-officier betreurenswaardig, de alternatieve achterban van Von Rosenstiel reageert daarentegen juichend. ‘Inès von Rosenstiel heeft een ontzagwekkende staat van dienst’, aldus de Vereniging Homeopathie in een persverklaring‘. VdtK merkt op dat Von Rosenstiel op andere gebieden te prijzen valt, zoals haar inzet voor het verbeteren van de gezondheid van kinderen in met name ontwikkelingslanden. Maar daarvoor heeft ze het lintje niet gekregen.

De vraag is of Inès von Rosenstiel de deur open zet naar kwakzalverij. In genoemd artikel geeft de VtdK een verklaring over het handelen van Inès von Rosenstiel en de populariteit van de Integrative Medicine: ‘Na een aanvankelijk vlekkeloze loopbaan als kinderarts-intensivist in het AMC is Von Rosenstiel geleidelijk afgegleden naar een bedenkelijk niveau, kritiekloze liefde voor alternatieve geneeswijzen als visualisatie, yoga, babymassage, aromatherapie en muziektherapie. Zij meent dat er in de ziekenhuizen ook plaats moet worden gemaakt voor Chinese acupunctuur. De IM-arts beweert weliswaar dat zij alleen geneeswijzen introduceert, waarvan de werkzaamheid goed is aangetoond, maar legt daarbij geheel eigen zeer soepele criteria aan. Integrative medicine is niets anders dan het binnensmokkelen van alternatieve geneeswijzen in ziekenhuizen. Directies vinden dergelijke initiatieven vaak prima omdat er – op populistische wijze – klanten mee kunnen worden getrokken‘.

Het Consortium voor Integrale Zorg en Gezondheid (CIZG) probeert op haar site de kritiek voor te zijn dat de Integrative Medicine (IM) de deur open zet naar de kwakzalverij door te benadrukken dat het dit gevaar kent en daarom zorgvuldig handelt:

Schermafbeelding van deel rubriekVeelgestelde vragen & antwoorden‘ op site Consortium voor Integrale Zorg en Gezondheid (CIZG).

Maar dit antwoord van het CIZG gaat voorbij aan de vraag of er wel zoiets bestaat als alternatieve geneeskunde die wetenschappelijk is. Een artikel over Integratieve ‘gezondheidsmethoden’ uit 2017 van Stephen Barrett in Quackwatch ontkent dat en citeert een redactioneel artikel uit 1998 van de Journal of the American Medical Association: ‘Er is geen alternatieve geneeswijze. Er is alleen wetenschappelijk bewezen, evidence-based geneeskunde die wordt ondersteund door solide gegevens of onbewezen medicijnen, waarvoor wetenschappelijk bewijs ontbreekt. Of een therapeutische praktijk nu ‘oosters’ of ‘westers’ is, onconventioneel of mainstream is, of waarbij lichaamseigen technieken of moleculaire genetica betrokken zijn, is grotendeels irrelevant, behalve voor historische doeleinden en cultureel belang. (…) Desalniettemin moeten we, als gelovigen in wetenschap en bewijs, ons concentreren op fundamentele kwesties, namelijk de patiënt, de beoogde ziekte of aandoening, de voorgestelde of toegepaste behandeling en de noodzaak van overtuigende gegevens over veiligheid en therapeutische werkzaamheid.’

Schermafbeelding van deel artikel Be Wary of “Alternative,” “Complementary,” and “Integrative” Health Methods‘ van Stephen Barrett in Quackwatch, 30 oktober 2017.

Catherine J. de Jong, anesthesioloog en secretaris van de VtdK is de vermoedelijke auteur van het VtdK-artikel over IM en Inès von Rosenstiel. In 2010 kruisten de twee medici in Medisch Contact de degens. In reactie op een artikel van Von Rosenstiel schreef De Jong het volgende:

Schermafbeelding van deel briefRegulier-plus zoekt de consensus‘ van Catherine J. de Jong in Medisch Contact, mei 2010.

Is IM of integratieve geneeskunde nou kwakzalverij, geen kwakzalverij of iets daartussenin, namelijk een verlengstuk van de reguliere gezondheidszorg dat dient als extra verdienmodel voor ziekenhuizen en medische centra om geld binnen te halen? Dat laatste zou de in de afgelopen 20 jaar sterk toegenomen positie van IM binnen Nederlandse ziekenhuizen verklaren.

Dat is het verschil tussen het antwoord op de vraag of IM schadelijk, overbodig of niet zozeer direct schadelijk is maar de doelmatigheid van de gezondheidszorg wel doet afnemen en deze daarmee indirect schade aandoet. Kernvraag die beantwoord dient te worden door de medische sector is of IM een nieuwe visie op de geneeskunde is of een uit de VS overgewaaid handig marketingmodel dat geen medisch, maar vooral een cultureel en economisch belang dient.

Gezien de waardering voor IM en het sentiment in de samenleving dat het belang van wetenschap verregaand relativeert valt niet te verwachten dat de reguliere gezondheidszorg met verzekeraars, ziekenhuizen, medici, belangenverenigingen en overheden, kortom met veel tegengestelde en grote financiële belangen nog in staat is om op deze vraag een eerlijk antwoord te geven.

Van Aartsen omarmt de compenserende neutraliteit van Cohen die Van der Laan bij het oud vuil zette. Met De Graaf als waterdrager

Waarnemend burgemeester van Amsterdam Jozias van Aartsen (VVD) is de kleinzoon van Job Cohen (PvdA). Bij wijze van spreken. Dat zit zo, Cohen had in Amsterdam samen met Ahmed Marcouch een strategie ontwikkeld die compenserende neutraliteit werd genoemd. Het doel daarvan was het versterken van de sociale cohesie en het tegengaan van radicalisering. Een en ander spitst zich toe in de sector van de islamitische organisaties omdat daar de radicalisering het grootst is en de sociale cohesie het meest problematisch. Van Aartsen omarmt dat idee van compenserende neutraliteit in een raadsbrief van 21 juni.

Wie een strikte scheiding van kerk en staat voorstaat ziet problemen bij overheidsinitiatieven om religie als politiek instrument in te zetten. Een heilig boek kan nooit de overkoepeling zijn, de rechtsstaat wel. Daarmee neemt de overheid stelling en wordt het van onafhankelijke scheidsrechter van religies, levensovertuigingen en nihilismen dat het volgens de wet moet zijn tot actieve deelnemer die partij kiest. In dit geval voor de zogenaamde gematigde islam. Ook nog eens met het neveneffect dat het door de subsidiestromen een aanzuigende werking heeft op allen die van nature niet tot die zogenaamde gematigde islam behoren.

Job Cohen ondersteunde als burgemeester van Amsterdam onder veel kritiek het idee van ‘compenserende neutraliteit’. De overleden burgemeester Eberhard van der Laan volgde in 2010 Cohen op en kraakte diens idee om geloofsgemeenschappen om politieke redenen te ondersteunen. Bijvoorbeeld vanwege de claim dat zo de radicale islam bestreden zou worden. Het Parool concludeerde: ‘Voor Van der Laan zijn twee principes leidend: de staat mag geen kerkgenootschap voortrekken én zich niet inlaten met de inhoud van het geloof.

Van Aartsen beroept zich in zijn brief op de aanbevelingen in een ‘quick scan van de radicaliseringsaanpak door onderzoekers prof. B.A. de Graaf en D.J. Weggemans Msc’. De brief zegt onder meer: ‘De Graaf c.s. hebben aanbevolen het netwerk van sleutelfiguren om te vormen naar een breed en van onderaf opgebouwd netwerk van stadscontacten’ en ‘Het netwerk zal bestaan uit drie onderdelen: (..) ‘Maatschappelijke en religieuze organisaties’. De brief citeert uit de quick scan van De Graaf c.s. die het heeft over de wenselijkheid van samenwerking met religieuze organisaties ‘Door voorbij te gaan aan de religieuze kramp wordt er op deze manier een opening geboden om gebruik te kunnen maken van dit element van anti-radicaliseringsbeleid’.

De beschrijving ‘religieuze kramp’ in een objectief bedoelde scan is opvallend. Het verraadt een mentaliteit die ermee aan de oppervlakte komt. Het komt uit de hoek van de theologen Tom Mikkers en Frank Bosman en mediawetenschapper Eric van den Berg. Mikkers muntte in zijn boek ‘Religiestress; Hoe je te bevrijden van deze eigentijdse kwelgeest’ het begrip religiestress. Ik kraakte er in 2012 een kritische noot over en noemde religiestress (en in het verlengde ‘religieuze kramp’) onzin: ‘In de toelichting claimt Uitgeverij Meinema: ‘Religie veroorzaakt stress in Nederland, bij geloven en nietgelovigen.’ (..) Niet aantoonbaar is hoe dit gemeten is en met welke werkelijkheid deze slotsom overeenkomt. (..) Vraag is waar religiekritiek eindigt en religiestress begint. In een docentenhandleiding bij ‘Religiestress‘ wordt dat omschreven: ‘Wanneer verwordt godsdienstkritiek tot religiestress? Met andere woorden: wanneer begin je zelf last te krijgen van de door jou geuite kritiek op een godsdienst – je eigen of die van anderen?‘ Mikkers gebruikt het begrip ‘religiestress’ om door associatie religiekritiek in een ongunstig daglicht te zetten. En zo religie in bescherming te nemen.’

Religiestress of religieuze kramp is geen nauwkeurig omschreven verschijnsel. Het is een emotie en vooral een verdedigingsmechanisme van geharnaste christenen om de door de secularisering afkalvende posities van religieuze organisaties waar ze zich voor inzetten te verdedigen. Dat is in het publieke debat geoorloofd, maar ongewenst voor een publicatie met wetenschappelijke pretentie zoals de quick scan van De Graaf c.s. die Van Aartsen als input voor zijn beleidswijziging richting compenserende neutraliteit aanwendt. Het kan geen toeval zijn dat Beatrice de Graaf lid is van de ChristenUnie en voor die partij vijfde stond op de lijst voor de verkiezing van de Eerste Kamer in 2015. Ze smokkelt anti-secularistische tendenzen haar verkenning in met als doel het belang van religie en religieuze organisaties te vergroten. Ander punt van kritiek op De Graaf is trouwens dat ze per definitie het staatsterrorisme onderschat en nauwelijks in haar overwegingen meeneemt. Dat benadrukt de gouvernementele opstelling van de Graaf die van God gegeven is (Romeinen 13).

Foto: Anselm Adams, Church, Taos Pueblo (1942).

Ahmed Marcouch geïnstalleerd als burgemeester van Arnhem. Radicale reacties van PVV, FvD en DENK laten zich kennen

Vandaag is voormalig PvdA-kamerlid Ahmed Marcouch geïnstalleerd  als burgemeester van Arnhem. Het is een benoeming van een modaal ex-kamerlid. Middelmaat zoals die past bij het openbaar bestuur van Nederland. Een degelijke keuze, maar niet exceptioneel. Zo gaat dat in Nederland. Sommigen vinden het bijzonder omdat Marcouch belijdend moslim is. Ze knopen er van alles aan vast en bieden tegen elkaar op. De extremen raken elkaar. Les extrêmes se touchent, zoals het Franse gezegde luidt. Die uitersten zijn Geert Wilders (PVV), Thierry Baudet (FvD) en Tunahun Kuzu (DENK) die tegen elkaar opbieden in hun afkeer van een Marokkaans-Nederlandse burgemeester die zegt te gaan voor de ‘democratische rechtsstaat‘. Omdat radicale partijen als PVV, FvD en DENK daar geen boodschap aan hebben wijzen ze Marcouch’ benoeming af. Dat zegt meer over de democratische gezindheid van deze  partijen dan over de geschiktheid van Ahmed Marcouch.

Onderzoeksjournalistiek van NRC: DENK verspreidt nepnieuws

DENK is een gespleten partij die oproept tot verdraagzaamheid, maar onverdraagzaam handelt. Die harde toon en meedogenloze opstelling wordt vanuit de partij georkestreerd en is ongekend in de Nederlandse politiek. Alleen Geert Wilders namens de PVV is ermee vergelijkbaar. Maar DENK lijkt agressiever te zijn dan Wilders die toch een eenmansbedrijf is. In een commentaar noemde ik DENK en PVV schijnpopulistisch. Ze pretenderen voor het volk op te komen, maar dat is schijn die ze vooral op sociale media proberen te wekken.

NRC concludeert in een mooi voorbeeld van onderzoeksjournalistiek van Andreas Kouwenhoven en Hugo Logtenberg dat de partij tegenstanders monddood probeert te maken door de inzet van trollen. Met name PvdA’ers worden met nepaccounts agressief aangevallen. De twee oprichters van DENK splitsten zich in 2015 af van de PvdA. Tekenend is dat DENK door publiciteitsstunts vijanden creëert om zich tegen af te zetten. Zoals ‘de media’. Uit NRC blijkt dat Sylvana Simons die eind 2016 uit DENK stapte de enige in de partijtop was die af en toe bezwaar maakt tegen de agressieve manier van campagnevoeren. Dat pleit voor haar. Zonder dat ze daar iets over heeft gezegd kan het mede een overweging voor haar geweest zijn om uit DENK te stappen.

Of het hartstikke goed gaat met DENK, zoals partijleider Tunahan Kuzu zegt valt te bezien. De peilingwijzer geeft aan dat de partij tussen de 0 en 2 zetels kan halen bij de verkiezingen van 15 maart. DENK timmert aan de weg en heeft een mediabeleid en een omgaan met de feiten dat vergelijkbaar is met die van autoritaire leiders als Putin, Erdogan of Trump. Ze fabriceren door verdraaiingen en ontkenningen hun waarheid bij elkaar en zetten die naast de realiteit. Zodat het bestaan van één waarheid wordt betwist en alles kan worden gerelativeerd. Dit verklaart dat DENK media die onderzoek verrichten of kritisch verslag doen probeert af te schilderen als deel van het establishment. Een opzichtige wijze om zich te onttrekken aan verantwoording,

Kuzu zegt in het filmpje: ‘Meerdere journalisten van NRC zijn op dit moment aan het graven en aan het wroeten om iets te vinden over Denk. En binnenkort zullen ze vast en zeker opnieuw met een kulverhaal komen.” Hij sluit af met: „Trap er niet in!”’ Inderdaad trap niet in DENK. Per tweet heb ik gesolliciteerd naar een functie als DENK-troll. Wie wil niet behoren tot een politieke partij die zegt dat het hartstikke goed gaat?

denk

Foto: Schermafbeelding van tweet aan DENK, 11 februari 2017.

Masterplan voor de salafistische dawa in Nederland gevraagd: isolatie tussen repressie en tolerantie

800px-Kairo_1856_(Francis_Frith)

Enkele burgemeesters en de Tweede Kamer denken verschillend over de gewenste relatie met salafistische groeperingen. Het is een orthodoxe stroming binnen de soennitische islam die extreem fundamentalistisch en islamitisch is. De Tweede Kamer heeft het kabinet in november 2015 in een motie gevraagd te onderzoeken of salafistische organisaties kunnen worden verboden. Het geschil spitst zich toe op de burgemeester Jozias van Aartsen van Den Haag die wijst op de vrijheid van godsdienst en gemeentelijke diensten met salafistische organisaties laat samenwerken en zelfs subsidie geeft voor taallessen. NRC zette zijn mening uiteen in een artikel. Mede daarop reageert het sociaal-democratische kamerlid Ahmed Marcouch die Van Aartsen naïviteit verwijt en volgens een artikel in het AD net als andere kamerleden het liefst het salafisme in Nederland wil verbieden. Marcouch wijst ook op het ronselen van jihadisten door salafisten voor de jihad in Syrië.

In het rapportRadicale dawa in verandering; de opkomst van een islamitisch neoradicalisme in Nederland’ vatte de AIVD in 2007 samen wat het onder de radicale dawa verstond, namelijk ‘de verspreiding van radicaal, onverdraagzaam politiek- religieus gedachtegoed’. De aanbiedingsbrief omschreef de salafistische dawa beweging: ‘Het radicale karakter is gelegen in het feit dat zij de samenleving diep ingrijpend wil hervormen naar ultraorthodox model, waarmee zij zich duidelijk onderscheidt van meer traditioneel georiënteerde ultraorthodoxe stromingen. Participatie in de omringende niet- islamitische samenleving wordt afgewezen en verregaande vormen van onverdraagzaam isolationisme tegen andersdenkende moslims en niet-moslims worden gepropageerd. Ook roept de salafistische dawa beweging op tot antidemocratisch handelen, evenwel zonder daarbij het gebruik van geweld te verheerlijken, ertoe op te roepen of het te ondersteunen.’

De salafistische dawa is een stroming die de Nederlandse democratie verwerpt en zich verzet tegen de verworvenheden van de rechtsstaat zoals de vrijheid van godsdienst of gelijke rechten en zich beroept op de vrijheid van godsdienst om dat te mogen zeggen. Wat moet de overheid met een organisatie waarvan het weet dat die erop gericht is de democratie om zeep te willen helpen? Wie heeft gelijk, Marcouch of Van Aartsen?

Verschil tussen de meerderheid van de Kamer en Van Aartsen (plus D66 en SP in de Kamer) valt te herleiden tot het soort democratie dat betrokkenen voor ogen staat, respectievelijk een substantieve (preventie door repressie) of procedurele (tolerante) democratie. Ook omschreven als het verschil tussen een Duitse en een Amerikaanse democratie. (zie p. 1). Stefan Rummens en Koen Abts komen in hun artikelPolitiek extremisme en de weerbaarheid van de democratie’ (2008) tot een derde aanpak omdat ze de procedurele en substantieve aanpak problematisch vinden. Anders gezegd, hoe kan een democratie zich wapenen niet te inschikkelijk te zijn jegens vijanden die de democratie op willen blazen zonder met een te militante aanpak de eigen principes met voeten te treden? Wat is de beste strategie om extremisten te ontmantelen en mogelijk te vervangen?

Rummens en Abts besluiten hun artikel met een aanbeveling voor de Vlaamse situatie die vertaald kan worden naar een aanbeveling voor de Nederlandse overheid met betrekking tot de salafistische dawa: ‘de combinatie van enerzijds een stringent cordon sanitaire en anderzijds een geloofwaardige, alternatieve oppositievoering (..) uiteindelijk electorale schade kan aanrichten bij het extremistische Vlaams Belang. Uiteindelijk zou principiële non-coöperatie niet alleen legitiem, maar ook wel eens effectief kunnen blijken te zijn.

Conclusie is dat er iets aan de hand is met de salafistische dawa dat ingrijpen door overheden rechtvaardigt. Van Aartsen wijst op de vrijheid van godsdienst die mensen niet beoordeelt op gedachten of ideeën: ‘Dat is de hoeksteen van de rechtsstaat waar onze democratie op is gebaseerd. Ik vraag mij af of de Tweede Kamer zelf nog wel gelooft in de beginselen van de rechtsstaat.’ Maar hij heeft het mis de salafistische dawa uitsluitend als godsdienst te zien en de politieke component buiten beschouwing te laten. Vooralsnog kijkt de kamermeerderheid naar wat van het salafistische gedachtengoed en activisme niet binnen een godsdienst past en Van Aartsen kijkt naar wat wel binnen een godsdienst past. Ze gaan hierbij allebei de fout in.

Er dient een masterplan te komen dat geldt voor alle overheden dat eruit bestaat dat de salafistische dawa in Nederland wordt geïsoleerd en facilitair wordt geblokkeerd, bijvoorbeeld bij de toekenning van vergunningen voor ‘brede’ moskeeën. Van Aartsen en andere burgemeesters zoals Rob van Gijzel dienen onmiddellijk de samenwerking met salafistische organisaties te staken en de subsidie te stoppen met als doel dat er een cordon sanitaire om de salafistische dawa wordt gelegd en dat de instroom van oliegelden uit het Midden-Oosten voor de bouw van moskeeën in kaart wordt gebracht. De overheid moet niet zover gaan door actief aan de slag te gaan met het idee van compenserende neutraliteit -dat tijdens het burgemeesterschap van Job Cohen door Ahmed Marcouch werd gesteund- maar dient de gematigde stromingen van de islam wel passief te steunen. Het onderzoek door het OM waar de motie Marcouch/Tellegen om vraagt dient een onderscheid te maken tussen de politieke en de religieuze componenten van de salafistische dawa in Nederland.

Foto: Caïro 1856. Zicht op de citadel. Fotograaf Francis Frith (1822 -1898).

Overheidssteun ‘gematigde islam’ leidt tot ongewenste effecten

Henri_Le_Secq_Chartres

Het ondersteunen van de gematigde islam is een complete industrie geworden’ aldus de Britse terrorisme-expert David Kenning die de gemeente Amsterdam adviseert over Syriëgangers in een interview in NRC. Kenning meent dat de westerse aanpak van de radicalisering faalt, want: ‘Jihadisme is een puberoplossing voor een puberbrein.’ Dat vraagt eerder om een psychologische dan een ideologische of politieke aanpak.

Wie een strikte scheiding van kerk en staat voorstaat ziet problemen bij overheidsinitiatieven om religie als politiek instrument in te zetten. Een heilig boek kan nooit de overkoepeling zijn, de rechtsstaat wel. Daarmee neemt de overheid stelling en wordt het van onafhankelijke scheidsrechter van religies, levensovertuigingen en nihilismen dat het volgens de wet moet zijn tot actieve deelnemer die partij kiest. In dit geval voor de zogenaamde gematigde islam. Ook nog eens met het neveneffect dat het door de subsidiestromen een aanzuigende werking heeft op allen die van nature niet tot die zogenaamde gematigde islam behoren.

Job Cohen ondersteunde als burgemeester van Amsterdam onder veel kritiek het idee van ‘compenserende neutraliteit’. De huidige burgemeester Eberhard van der Laan volgde in 2010 Cohen op en kraakte diens idee om geloofsgemeenschappen om politieke redenen te ondersteunen. Bijvoorbeeld vanwege de claim dat zo de radicale islam bestreden zou worden. Het Parool concludeerde: ‘Voor Van der Laan zijn twee principes leidend: de staat mag geen kerkgenootschap voortrekken én zich niet inlaten met de inhoud van het geloof.

Het is dus geen toeval dat juist David Kenning als adviseur van Amsterdam onder de hoede van Van der Laan beredeneert dat het ondersteunen van de zogenaamde gematigde islam niet alleen contra-productief is en zelfs een complete industrie is geworden. Uit zijn woorden kan ook opgemaakt worden dat de herinvoering in nieuwe vorm van de ‘compenserende neutraliteit’ vanwege de claim het jihadisme te bestrijden strijdig is met de scheiding van kerk en staat die trouwens ruimer is dan uit het publieke debat blijkt. Overheden moeten zich niet te lichtzinnig bemoeien met de inhoud van religies en zich onafhankelijk opstellen. En zeker geen zogenaamde gematigde islam financieel, publicitair of facilitair steunen. Het leidt tot niets en is dom beleid.

Foto: Foto van Henri Le Secq (1818-1882) van beelden kathedraal van Chartres.

Ahmed Marcouch (PvdA) beschouwt Geert Wilders als antisemiet

am

Update: Op AT5 zegt Marcouch: ‘Wilders is geen antisemiet. Hij is een moslimhater en een haatzaaier. Maar op de foto staat hij wel tussen antisemieten’. Marcouch’ bewijsvoering bestaat dus uit schuld door associatie. In zijn verklaring wijkt Marcouch af van zijn tweet: ‘dit zijn de grootste antisemieten’. Volgens Marcouch is Geert Wilders een grote antisemiet door geen antisemiet te zijn. Da’s best bijzonder in het digitale tijdperk. 

PvdA-kamerlid Ahmed Marcouch neemt vandaag de Marokkaans-Nederlandse rapper Appa in bescherming met bovenstaande tweet. Dit naar aanleiding van de manifestatie vandaag in het kader van de Internationale dag tegen Racisme en Discriminatie waar Appa optreedt. De rapper wordt steevast beschuldigd van antisemitisme, het ministerie van Justitie huurt hem niet meer in. Appa ontkent overigens de beschuldiging.

Marcouch plaatst een foto uit mei 2014 met van links naar rechts: Matteo Salvini (Lega Nord), Harald Vilimsky (FPÖ), Marine Le Pen (FN), Geert Wilders (PVV) en Gerolf Annemans (VB) en zegt dat dit de grootste antisemieten zijn. Inclusief uitroepteken. Dus in tegenstelling tot Appa. Ahmed Marcouch beschuldigt zijn collega in de Tweede Kamer Geert Wilders er dus van een antisemiet te zijn. Nou valt er van alles over Wilders op te merken, maar doorgaans wordt hij eerder uitgemaakt voor vriend van Israël, dan als antisemiet.

Het is dan ook onduidelijk waarom Marcouch deze tweet plaatste. Is het er een teken van hoe slecht het met de PvdA en Ahmed Marcouch gaat? Opmerkelijk is dat Marcouch of zijn partij de tweet niet hebben verwijderd.

Foto: Schermafbeelding van tweet van Ahmed Marcouch, 21 maart 2015.

Reactie oproep brandstichting moskeeën: Blijf met je rotpoten van onze rotmoslims af. Maar maak de islam niet groter dan deze is

og

Verontrusting, partijpolitiek of storm in een glas water? Het PvdA-kamerlid Ahmed Marcouch wil dat het OM optreedt tegen oproepen op Facebook om moskeeën in brand te steken. ‘Dit is onacceptabel. De moslimhaat neemt nog steeds toe‘, aldus Marcouch afgelopen vrijdag, volgens het AD. De gewraakte oproepen verschenen op de FB-pagina ‘Steun de PVV’ (of: ‘Wij steunen de PVV’) die losstaat van de politieke partij PVV en een initiatief is van sympathisanten. Aanleiding was de brandstichting bij drie Zweedse moskeeën.

Vandaag hebben verschillende Marokkaanse instellingen ‘aangifte gedaan tegen mensen die oproepen om brand te stichten in moskeeën’, aldus RTL Nieuws. De instellingen realiseren zich dat ‘Veel van de mensen die hebben gereageerd zullen het alleen maar roepen’, aldus woordvoerder van de Raad van Moskeeën Aissa Zanzen, ‘maar het zijn er zoveel dat de angst is dat er ook een enkeling tussen zit die echt van plan is een aanslag te plegen’. De leus van de februaristaking 1941 luidt: ‘Blijf met je rotpoten van onze rotjoden af’. Vertaald naar 2015 betekent dat dat men niet van moslims of de islam hoeft te houden om de oproep tot brandstichting van moskeeën door sympathisanten van de PVV toch af te keuren. Maar wel van de rechtsstaat.

Beledigingen op de FB-pagina ‘Steun de PVV’ vliegen over en weer. Cultuurstrijd komt in de plaats van zorgen over onderwijs, zorg, globalisering, inkomensongelijkheid, het politieke bestel of machtsverhoudingen. Vanuit dat perspectief bekeken is het debat een afleiding voor de aanpak van de echte problemen van Nederland. Voor- en tegenstanders maken de moslims en de islam belangrijker dan deze getalsmatig, intellectueel en maatschappelijk zijn. PVV en PvdA spinnen allebei garen bij deze publicitaire oprisping die feitelijk gaat over de ongenuanceerde en ondoordachte uitlatingen van vlegels op sociale media. Het verdient geen aandacht.

Foto: Schermafbeelding van tweet van Oliver Gee.

SelfieGang met Leroy Fer leidt tot reacties op reacties op reacties

fer

Kamerleden Ahmed Marcouch (Integratie) en Keklik Yücel (Emancipatie) hebben namens de PvdA kamervragen aan de ministers Opstelten en Plasterk gesteld. Leroy Fer plaatste vrijdag 14 november bovenstaande foto op sociale media. Onder de titel ‘SelfieGang!’. Nederland speelde op de zondag erna tegen Letland. Op zaterdag kwamen Sinterklaas en Zwarte Piet in Gouda aan. Dat zorgde voor veel onrust en tegengestelde reacties. De plaatsing van de foto leidde tot reacties die in sommige media als racistisch werden bestempeld.

Keklik Yücel ziet er weerzinwekkende reacties in en vraagt om actie: ‘De Partij van de Arbeid wil dat het Openbaar Ministerie onderzoek doet en eventueel vervolging instelt tegen mensen die zich via social media discriminerend hebben uitgelaten over spelers van het Nederlands voetbalelftal.’ Leroy Fer is ‘verdrietig‘ en ‘teleurgesteld’ over de reacties die hem naar eigen zeggen diep raken.

Zijn beledigingen (‘aap’, ‘zwarte pieten’, ‘bananen shake’, ‘kabel’) vervolging waard? Hadewych Minis maakte een schermafbeelding van een deel van de reacties. In de reacties op de reacties worden ‘discriminatie’ en ‘racisme’ overigens door elkaar gehaald. Wat nou precies de meest gewraakte reacties zijn is nog lastig te achterhalen. Zo ontstaat weer eens opiniërend debat zonder feiten. Het ziet ernaar uit dat de beledigingen aan het adres van deze voetbalspelers stupide, onaardig en simpel van geest zijn. Racisme bestaat. Aanzetten tot haat lijkt hier echter niet aan de orde. Vervolging door het OM wegens ‘belediging’ of ‘discriminatie’ waar de PvdA in de kamervragen op doelt is even ongepast als de ongepaste reacties zelf. Onfris, maar geen halszaak.

Moge Allah je straffen. Gebrekkige selectie PvdA

Het grootste raadsel van de twee Turks-Nederlandse kamerleden is niet dat een ervan Ahmed Marcouch toewenste dat Allah hem mocht straffen. Wat in een klap duidelijk maakt dat ze niets in de PvdA te zoeken hebben, want zo’n argument is zelfs een islamitische partij onwaardig. Of dat ze van conservatief-islamitische snit zijn.

Het raadsel is waarom iemand die zoiets zegt ooit als kaderlid is geaccepteerd binnen de PvdA. En vooral omdat het om een lid van de Tweede Kamer gaat. Dit zegt met terugwerkende kracht dat de werving, selectie en interne scholing van de PvdA niet op orde was. Dat vraagt om een onderzoek wat er fout is gegaan en of dat alles nu beter geregeld zijn. De episode met de twee uit de fractie gezette Turkse Nederlanders roept de vraag op of de PvdA zelf wel weet waar het voor staat en met welke mensen het het sociaal-democratisch gedachtengoed wil representeren.

Maar de Tweede Kamerfractie had moeten weten wie ze binnenhaalde met Öztürk, zeggen ze in Limburg waar hij Statenlid was. ‘Aan de sociaal-democratie had hij amper een boodschap. Hij maakte zich drukker om ritueel slachten dan om de werkgelegenheid in Limburg,’ zegt Marcel Kleinen, voorzitter van de PvdA in Limburg.’ aldus Elsevier.