Nederlandse rechtsstaat scoort hoog in World Justice Project

forb

Forbes visualiseert onder de titel ‘Top 10 Countries Where Justice Prevails het World Justice Project rapport. Dus een top 10 van landen waar het recht zegeviert. De stand van de rechtsstaat (rule of law) werd in 99 landen vergeleken. Belangrijk omdat de rechtsstaat door kansen en rechtsgelijkheid gemeenschappen een basis biedt op het gebied van ‘duurzame economische ontwikkeling, verantwoordelijke overheid en eerbiediging van de grondrechten’. In Venezuela is de rechtsstaat er het slechtste aan toe. Rusland staat nog achter China (76ste) op de 80ste plek en de VS is 19de. De lijst geeft een indicatie voor veilig zakendoen. 

De top 5 wordt gevormd door Noord-Europese landen. Voor het gemak rekent Forbes ook Nederland daartoe. Nederlanders beschouwen hun land niet als een Noord-, maar een West-Europees land. Anderen zien dat blijkbaar anders. Waarschijnlijk omdat Nederland in dit soort lijstjes over rechtsstaat, burgerrechten, corruptie en transparantie altijd tussen de Noord-Europese en Angelsaksische landen als Canada, Nieuw-Zeeland en Australië te vinden is. Nederland staat op plek 5 na Finland, Zweden, Noorwegen en winnaar Denemarken.

Nederland scoort relatief het best op ‘Civil Justice‘. Dat criterium zegt iets over de toegankelijkheid en betaalbaarheid tot het rechtssysteem voor burgers. Nederlanders hebben ondanks berichten in de vaderlandse media die af en toe het tegendeel beweren volop vertrouwen in het rechtssysteem en de Nederlandse rechters. Dat mag ook wel eens gezegd worden. Soms beseffen we te weinig hoe goed Nederland georganiseerd is vergeleken met andere landen. Zelfs Europese landen. Uitgezonderd de Noord-Europese variant ervan dus.

Foto: Schermafbeelding van Nederland in de Top 10 Countries Where Justice Prevails van Forbes, 10 maart 2014.

Advertentie

Rutte’s welkom van de participatiesamenleving is niet inhoudelijk

Wandlung

Uit de Troonrede die de koning namens de regering uitsprak blijkt dat de verzorgingsstaat geprivatiseerd wordt. VVD en PvdA laten Willem-Alexander spreken over een ‘participatiesamenleving‘: ‘Het is onmiskenbaar dat mensen in onze huidige netwerk- en informatiesamenleving mondiger en zelfstandiger zijn dan vroeger. Gecombineerd met de noodzaak om het tekort van de overheid terug te dringen, leidt dit ertoe dat de klassieke verzorgingsstaat langzaam maar zeker verandert in een participatiesamenleving. Van iedereen die dat kan, wordt gevraagd verantwoordelijkheid te nemen voor zijn of haar eigen leven en omgeving.’

Onduidelijk is hoe het tekort van de overheid zich verhoudt tot de afbraak van de verzorgingsstaat en de participatie van de burgers aan de samenleving. Wat hebben het een en het ander met elkaar te maken? Als de burgers mondiger, zelfstandiger, geïnformeerder, beter opgeleid en betrokkener worden zoals de regering meent, wat is dan de maatregel van het kabinet-Rutte om deze burgers meer te betrekken bij de samenleving?

Dat zou goed kunnen door ze mee te laten delen in de macht en ze eigen verantwoordelijkheid te geven in de besluitvorming. Zodat hun burgerschap wordt geactiveerd en burgers echt aan de samenleving kunnen deelnemen. Zodat ze meer zijn dan klant van de overheid of een sta in de weg bij het terugdringen van het overheidstekort. Die maatregel ontbreekt. De woorden over de participatiesamenleving die de koning mocht uitspreken klinken daarom plat, vals en ongeloofwaardig. Opnieuw schiet de bijziende visie van Rutte tekort.

Foto: Transformatie (omsmelten van iets waardevols in iets anders). Joseph Beuys, Wandlung, Documenta 7, 1982.