Het Verdrag van Versailles, de Duitse herstelbetalingen en de les voor de Russische Federatie (1919)

Agence de presse Meurisse, ‘A Versailles, les malles des allemands‘ [In Versailles, de koffers van de Duitsers], 1919. Collectie: Gallica, de digitale bibliotheek van de Bibliothèque nationale de France en zijn partners.

Er wordt de laatste tijd in allerlei publicaties op een losse en onterechte manier verwezen naar de herstelbetalingen die Duitsland in het Verdrag van Versailles (1919) zouden zijn opgelegd en die averechts zouden hebben gewerkt. Dat opleggen van herstelbetalingen gebeurde onder Franse druk. Een groot deel van Frankrijk was immers vernietigd door de Duitse inval en de oorlog van vier jaar.

Historici als Patrick Dassen hebben aangetoond dat de hoogte van de herstelbetalingen die Duitsland zouden zijn opgelegd aanzienlijk lager was dan zoals het in de toenmalige publieke opinie werd voorgesteld. Dat was geen 132, maar 25 miljard goudmark (zie na 31’). Het had een publicitair belang om het beeld te vormen dat Duitsland moest boeten voor de Eerste Wereldoorlog, maar al vanaf 1919 was duidelijk dat het dat totale bedrag nooit zou hoeven te betalen. Ook niet kon betalen. Het was louter een theoretisch bedrag voor de bühne. De praktijk was anders.

Het merkwaardige is dat het misverstand van de te hoge herstelbetalingen die Duitsland zouden zijn opgelegd en die de weg plaveiden voor Hitler bijna een eeuw later in de publieke opinie nog bestaat. Het was trouwens niet de hoogte van de herstelbetalingen, maar het feit dat Duitsland in het Verdrag van Versailles als enige schuldige werd aangeduid voor het ontstaan van de Eerste Wereldoorlog dat het meeste kwade bloed zette in het Duitsland van 1919.

Dat aspect van herstelbetalingen is weer actueel door de Russisch-Oekraïense oorlog. De krijgsmacht van de Russische Federatie heeft tot nu toe honderden miljarden euro’s schade aangericht in Oekraïne. Dat is grotendeels geen bijkomende schade van de oorlogshandelingen, maar bewuste vernietiging van de economische infrastructuur. Zoals fabrieken, opslagplaatsen, havens, wegen, bruggen en spoorwegen, maar ook woonhuizen, culturele gebouwen en regeringsgebouwen. De huidige schattingen duiden erop dat de totale schade kan oplopen tot 1000 miljard euro.

Het idee in westerse hoofdsteden is dat de Russische Federatie in hoge mate moet bijdragen aan de financiering van de heropbouw van Oekraïne. Want het is als enige schuldig aan de oorlog en de schade aan de Oekraïense infrastructuur.

Hoe dat wordt betaald is nog onduidelijk. Dat kan door confiscatie van tegoeden van de Russische staat en Russische oligarchen in het Westen. Dat kan door extra belasting op Russische energie. Dat kan door herstelbetalingen. Of een combinatie van een en ander.

Het is onterecht om uit de ontwikkeling van de Weimarrepubliek en het Derde Rijk te concluderen dat de herstelbetalingen die de Russische Federatie opgelegd kunnen worden na beëindiging van de huidige Russisch-Oekraïense oorlog niet te hoog mogen zijn. Dat is het misverstand dat tegenwoordig in interviews en analyses herhaald wordt door opinieleiders die een misverstand napraten.

Het is trouwens zo dat de Russisch-Oekraïense oorlog niet alleen Oekraïne vernietigt, maar ook de Russische Federatie. De eerste door bewuste vernietiging van de infrastructuur door de Russische Federatie, de laatste door stagnatie, mentale stilstand en isolatie van de wereldgemeenschap. Vooral Oekraïne moet opgebouwd worden, maar de Russische Federatie op termijn ook als president Poetin zijn functie heeft neergelegd. Het wordt een hele puzzel om straks die stukjes goed te leggen.


Advertentie

Gedachten bij ansichtkaart van een gotisch gemaskerd bal in Zutphen (1910-1919)

Johan Wilhelm Jr. Brincker, Three musicians, one in drag, in bizarre masks for an “Olympia” masked ball. Photographic postcard by Brincker, 191-. Collectie: James Gardiner Collection.

Bij de toelichting van deze ansichtkaart staat: ‘An unusual example of Gothic drag. The central character in drag holds a tambourine and looks deathly, like a zombie.The man on the left plays a violin, while the man on the right plays a barrel-organ and has a wooden leg. An extraordinarily gothic trio, photographed on a studio set in the Netherlands. The three characters, dressed for a masked ball , all wear sinister ‘Phantom of the opera’ style masks which cover portions of their faces. The masks are by J. Dirkmaat‘.

Het spook van de opera‘ (Frans: Le Fantôme de l’Opéra) is een Franse roman van Gaston Leroux. Het verscheen van 23 september 1909 tot 8 januari 1910 als feuilleton in de Parijse krant Le Gaulois, aldus Wikipedia. Het werd daarna in maart 1910 uitgegeven als boek en werd populair. Onderzoek heeft uitgewezen dat het een misverstand is dat de roman bij aanvang geen succes was. En dat pas werd na verfilming uit 1925 met Lon Chaney als Erik.

De rest is geschiedenis, met talloze bewerkingen en musicals van Le Fantôme de l’Opéra van Gaston Leroux. Het verhaal over het operaspook Erik, Christine en Raoul heeft in het populaire, lichte amusement veel succes gekregen.

Een en ander is van belang om de ansichtkaart te dateren en begrijpen. Want als het boek van Leroux geen succes zou zijn geweest, is het niet logisch om te veronderstellen dat het redelijk kort na verschijnen in Nederland als inspiratie voor een gemaskerd bal zou dienen. De datering van de James Garner Collection geeft 1910 tot 1919.

Of de in november 1918 beëindigde Eerste Wereldoorlog met zoveel verschrikkingen en verminkte militairen tevens een inspiratie vormde voor deze gotische vermomming weten we niet zeker. Het houten been van de orgelman en de zombie-achtige kijk van de middelste figuur die bijna een symbool van de dood zelf is wijzen in die richting. Dat zou dus kunnen wijzen op een datering aan het eind van de jaren 1910.

Het lijkt aannemelijk om te veronderstellen dat we van links naar rechts losse verbeeldingen zien van de hoofdpersonages uit Le Fantôme de l’Opéra, te weten met viool Erik, zangers Christine en de aristocratische Raoul.

Het gemaskerd bal was een initiatief van ‘Olympia’. Het verkocht de ansichtkaart waarschijnlijk aan de leden om uit de kosten te komen. Over de naam ‘Olympia’ worden geen verdere bijzonderheden gegeven. Dat maakt het lastig omdat het een veel voorkomende naam van verenigingen was.

De vermelding van fotograaf Brincker, leidt bijna zeker naar de Zutphense fotograaf Johan Wilhelm Jr. Brincker (1876-1950). Op de fotoPortret van Annie Koch (…)’ van Atelier Brincker uit 1908-1920 is met enige moeite dezelfde studioachtergrond te herkennen (met rechts een boom of struik en links een afscheiding met gordijn) als op de ansichtkaart van Olympia. De Zutphense gymnastiekvereniging Olympia die in 1875 werd opgericht is waarschijnlijk het Olympia dat op de ansichtkaart wordt genoemd en het bal masqué organiseerde.

Foto’s van Robert L. Eichelberger van Oost-Siberië en gedachten over buitenlandse interventies (1918-1919)

Robert L. Eichelberger, [Uniformed military men (Americans) marching down street in parade. Caption [on front]: Americans 3; 2nd handwritten caption (on back): Am. colors passing Amr Hdqrs Vladivostok Nov 15, 1918]. Collectie: Americans in the Land of Lenin: Documentary Photographs of Early Soviet Russia. Broncollectie: Robert L. Eichelberger papers. Beheerder: Duke University Libraries.

De foto’s van de Amerikaanse militair Robert L. Eichelberger uit 1918-1920 zijn interessant omdat ze een beeld geven van een episode in de vroeg 20ste eeuwse geschiedenis die in het historisch geheugen is weggezakt. De parallellen met het heden maken het actueel.

Eichelberger maakte deel uit van de American Expeditionary Force, Siberia, ofwel AEF in Siberia die met 8.000 man sterk van 1918 tot 1920 operabel was en in grote lijnen drie doelen had. Het opereerde in vergelijking met westerse bondgenoten als Frankrijk en Engeland terughoudend. De interventie kwam op gang toen de strijd aan het Westelijke front in Europa begon af te lopen. Het was vanuit Westers perspectief een oorlog te veel en geen succes.

De doelen waren: 1) Het veiligstellen van voorraden en rollend spoorweg materiaal die door de Amerikanen aan het Tsaristische leger waren geschonken, maar na de revolutie in handen van de bolsjewieken dreigden te vallen; 2) Het assisteren bij de evacuatie van het Tsjecho-Slowaaks Legioen dat tegen de bolsjewieken vocht en door hen een vrijgeleide was beloofd naar Frankrijk via Vladivostok. Maar Tsjechen en Slowaken moesten zich een weg naar het oosten vechten. 3) De opzet om de strategische belangrijke Transsiberische spoorweg uit handen van de bolsjewieken te houden en delen van Oost-Siberië uit handen van bondgenoot Japan en ongeregelde Russische troepen. De interventie viel samen met de strijd aan het Westelijke front

Robert L. Eichelberger, [Town on a river with buildings, harbor with ships, hills in background; view from above. Handwritten caption: This is a really remarkable picture- taken at one end of the [Zololoc?] Rog (Golden Horn) Bay you can see clear down to our base two miles away. In fact by looking carefully you can see one of our transports at our dock. The long shed with the curved roof with a train of cars near it is the [yon?] ca hut- the Brooklyn [his?] near by when in Port. Our hdqrs are on the hillside just above the hut]. Vladivostok, 1918-1919. Collectie: Americans in the Land of Lenin: Documentary Photographs of Early Soviet Russia. Broncollectie: Robert L. Eichelberger papers. Beheerder: Duke University Libraries.

Door deze interventie hebben in de 20ste eeuw Amerikaanse troepen op Russische bodem gevochten. Het is trouwens onjuist zoals de toenmalige Russische leider Nikita Chroestjov in 1959 beweerde dat er nooit Russische troepen op Amerikaanse bodem zijn geweest. Toen in 1867 het Tsaristische Rusland Alaska verkocht aan de VS, waren er na de overdracht Russische troepen op Amerikaanse bodem die kort daarna werden gerepatrieerd. Dat was weliswaar een bijzondere situatie, maar de burgeroorlog tussen de Roden en Witten die na 1917 losbrandde was dat ook.

Interventies van buitenlandse troepen op bodem van andere landen ligt gevoelig. Dat toont het voorbeeld van troepen van de Russische Federatie in Oost-Oekraïne sinds 2014 aan. Het Kremlin geeft dat niet publiekelijk toe omdat die troepen er volgens internationale verdragen niet mogen zijn.

Daarom zijn de interventies vaak geheime operaties die verborgen moeten blijven voor de publieke opinie. Het bijzondere aan de AEF in Siberia is het omgekeerde. Robert L. Eichelberger maakt foto’s van parades in Vladivostok van Amerikaanse troepen, toont zonder terughoudendheid de aldaar opererende internationale troepenmacht met Wit Russen, Italianen, Japanners, Fransen, Engelsen, Amerikanen en het Tsjecho-Slowaakse Legioen. Men kan zich alleen maar afvragen wat er sindsdien veranderd is in de beeldvorming over buitenlandse interventies.

Robert L. Eichelberger, [Eichelberger and three men standing on a ruined bridge, with other men standing beneath. Handwritten caption: Bridge on Suchan Branch Railroad under American protection – burned by Bolsheviks June 1919] . Collectie: Americans in the Land of Lenin: Documentary Photographs of Early Soviet Russia. Broncollectie: Robert L. Eichelberger papers. Beheerder: Duke University Libraries.

Ontmoet Luther Burbank koninginnen? (1919)

Luther Burbank with Juliana, future queen of the Netherlands, 1919. Collectie: Sonoma County Library Digital Collection en Luther Burbank Home & Gardens Collection.

Er is iets ontzettend verkeerd gegaan bij de beschrijving van deze foto’s in de collectie van de Sonoma County Library, iets ten noorden van San Francisco.

Centraal staat de befaamde botanist en pionier in de landbouwwetenschap Luther Burbank (1849-1926). Hij ontvangt hoge gasten in zijn tuinen in Santa Rosa. Nu een nationaal historisch monument. Zie hier voor alle beroemde vrienden en bezoekers, inclusief Dr. Hugo de Vries en George H. Shull. Burbank had belang bij die bezoeken.

De beschrijving van de bovenste foto luidt: ‘Luther Burbank with Juliana, future queen of the Netherlands, 1919‘. In 1919 was prinses Juliana 10 jaar. Op de foto is geen 10-jarig meisje te zien. Waarom zou ze Luther Burbank trouwens bezoeken?

Het wordt er nog absurder op bij de beschrijving van onderstaande foto: ‘Luther Burbank with the Queen of Belgium, 1919. De additionele titel luidt: Luther Burbank and Queen Wilhelmina of the Netherlands, Santa Rosa, Calif., 1919. Dat wringt. Burbank schudt de Belgische koningin Elisabeth de hand, niet de Nederlandse koningin Wilhelmina.

Aan de kleding van Burbank valt af te leiden dat beide foto’s niet bij dezelfde gelegenheid zijn genomen. Het gaat om aparte bezoeken. Een andere foto met de Belgische koning Albert geeft als datum 14 oktober 1919.

De bovenste foto roept de meeste raadsels op. Nederland was buiten de Eerste Wereldoorlog gebleven zodat een groepsfoto met veteranen van WOI in 1919 met een lid van het Nederlandse koninklijk huis die op goodwillreis naar VS is nergens op slaat. Hier lijkt een andere bondgenoot van de VS op bezoek. Uit België, Italië of de Balkan?

Luther Burbank with the Queen of Belgium, 14 oktober 1919. Extra titel: Luther Burbank and Queen Wilhelmina of the Netherlands, Santa Rosa, Calif., 1919. Collectie: Sonoma County Library Digital Collection en Luther Burbank Home & Gardens Collection.

Duistere gedachten bij de foto: ‘Off for Trieste and Prague. Hospital ship Madras swinging out into harbor’ (1919)

Is dit de sfeer van duisternis die op dit moment velen van ons met zich meedragen? In een oplopende schaal gaat dat van onzekerheid, dreiging, paniek naar dood. Op de foto is het 7 mei 1919. De Spaanse griep heerst. Wikipedia zegt daarover: ‘De Spaanse griep was een beruchte grieppandemie uit de jaren 1918-1919. Deze wereldwijde epidemie eiste naar schatting 20 tot 100 miljoen levens, een aantal dat het totale dodental van de Eerste Wereldoorlog ruimschoots overtreft’. In tegenstelling tot de uitbraak van het coronavirus eind 2019 in China lag bijna honderd jaar eerder de oorsprong van deze ziekte in de VS. Het Indiase hospitaalschip Madras vaart de haven van Triëst binnen. Het lijkt zonder rood kruis op witte ondergrond eerder een doden- dan een hospitaalschip. Het schip komt zo te zien militairen ophalen, want een andere foto van dezelfde 7 mei 1919 zegt: ‘Wachten in boeg van ijsbreker om aan boord te gaan van hospitaalschip Madras’. Zijn het Tsjechen die komend vanuit Praag ergens heen vervoerd moeten worden? Interesseert het ons iets meer dan 100 jaar later?

Foto 1: ‘Off for Trieste and Prague. Hospital ship Madras swinging out into harbor’, 7 mei 1919. Collectie: Library of Congress.

Foto 2: ‘Waiting in bow of ice-breaker to board hospital ship Madras’, 7 mei 1919. Collectie: Library of Congress.

Orzel

Update 30 juli 2015: Zie bij commentaar voor filmische Artist Impression anno nu van de Orzel. Bij de expositie over de bouw van onderzeeboten bij de Koninklijke Mij De Schelde te Vlissingen van 1904-1940. 

Diegenen die dachten dat het bijschrift van een foto het hele verhaal vertelt kennen de geschiedenis van de Orzel niet. Sinds kort is het Historisch Archief van het ANP ontsloten en zocht ik wat ik niet vond. Of vond ik wat ik niet zocht?

Waarom fascineert de foto me? Zijn het de spiegelingen in het donkere water of is het de halflandelijkheid? De zelfkant waarover Simon Vestdijk dichtte: De walm van stoomtram en van bleekerij; Of van de ovens waar men schelpen brandt; Is meer dan thijmgeur aanstichter van droomen. Op fabrieksterrein noch foto rijdt een lorrie. Maar het tafereel zet dromen in beweging.

De foto is een still. Op de pluim uit de fabrieksschoorsteen na wordt de suggestie van beweging onderdrukt. Nou nee, eerder ingeslikt. Wolken met straaltjes zon. Rimpelend water, links de wal met een somber industrieel gebouw en rechts op de achtergrond bomen met huizen en een aanlegplaats. Nauwelijks zichtbaar zijn drie arbeiders die over het water kijken. In de richting van de fotograaf die waarschijnlijk in een bootje staat. In het decor een onderzeeër. Het onderwerp. Op de zijkant van de toren staat Orzel. Op het gebouw: Anno Machinefabriek 1919.

Het begint te dagen. We zien een Nederlandse militaire scheepswerf tussen beide wereldoorlogen. Gezien de architectuur en de kleding van de arbeiders kan dat niet anders. Is de onderzeeër net afgebouwd en wordt-ie voor duikproeven getest? De luiken zijn dicht en de periscoop uitgetrokken.

Ik zocht op mijn geboorteplaats Terneuzen en vond deze foto. De Zeeuwse havenplaats aan de Westerschelde. Herkende ik nog iets van vroeger? Kon ik een gebouw, een contour, een persoon thuisbrengen? Nee, ik herkende niks. Terwijl het bijschrift toch zegt: Op een scheepswerf in Terneuzen worden momenteel duikproeven gehouden voor de onderzeeer Orzel. De onderzeeboot wordt gebouwd in opdracht van Polen. Datum 24 augustus 1938. Maar Terneuzen heeft bij mijn weten nooit een marinewerf gehad. Hoe zit het nou?

Als jongetje las ik ooit een boek met prachtige foto’s over de reis van de K18 en de zwaartekrachtmetingen van professor Felix Vening Meinesz. Na de verfilming van zijn tocht met de K XVIII in 1935 groeide Vening Meinesz uit tot een soort vleesgeworden held uit een jongensboek, zegt de TU Delft. Dat klopt, ik vond het schitterend, hoewel ik pas jaren later het boek van mijn vader las. Was mijn fascinatie voor de onderzeeër terug te voeren op de foto’s uit het boek van Vening Meinesz?

Tussen de oorlogen bouwden de Nederlanders goede onderzeeërs. Ze voeren er mee naar Nederlands-Indië. Geen wonder dat de Polen zich tot het neutrale Nederland wendden in de laatste vooroorlogse jaren. Het verbaast me gezien de macht van de Duitse handel over de Nederlandse economie van die jaren dat deze onderzeeërs aan Polen mochten worden verkocht.

De Orzel (Adelaar) was gebaseerd op de O19-klasse lees ik en werd door het Poolse volk bijeengespaard. Aanloopkosten werden betaald met gerst voor brouwerijen. Het werd samen met de Sep besteld dat bij de RDM in Rotterdam werd gebouwd. De Orzel werd op 15 januari 1938 bij De Schelde in Vlissingen te water gelaten en werd bekend toen het in september 1939 uit de haven van het Estse Tallin ontsnapte naar Engeland. Churchill beschreef dat als episch. In het voorjaar van 1940 kwam de Orzel van haar zevende patrouillle niet terug.

Hoe meer informatie ik krijg, hoe minder ik de foto begrijp. Ik zie en hoor geschiedenis, maar het past niet bij een plek die ik ken. Of is er iets mis met mijn herinnering? Maar wacht eens, de Orzel was toch in Vlissingen gebouwd? Niet in Terneuzen waar de scheepswerven aan het ondiepe kanaal van Gent naar Terneuzen onlogisch zijn voor duikproeven. Het bijschrift moet fout zijn.

 

Dat klinkt als een geruststelling. Niet mijn geheugen, maar het ANP-archief zit ernaast. Klopt dat? Werkgroep Industrieel Erfgoed Zeeland zegt: De machinefabriek van De Schelde is gebouwd in drie traversen, die in de jaren 1913, 1916 en 1919 werden opgeleverd. Dit jaartal werd op iedere traverse vermeld, de linker en rechtertraverse met de aanduiding “machinefabriek”. Het klopt. Het opschrift Anno Machinefabriek 1919 staat op een gebouw in Vlissingen. De Orzel had in Terneuzen niets te zoeken. Mijn herinnering blijft intact. Ik zocht wat ik niet vond, maar vond wat ik niet zocht.