Uit de onlangs gepubliceerde resultaten van een langlopend onderzoek van het Katholiek Nieuwsblad (KN) blijkt dat het dorp anno 2020 het prima zonder kerk kan stellen. In een bericht van 2 januari 2020 zegt het KN: ‘De betrokken dorpsgemeenschappen blijken echter ook verrassend snel te herstellen van deze pijn. De verschillende sociale functies die de parochies hadden, worden vaak moeiteloos overgenomen door lokale maatschappelijke organisaties’. Het KN vindt het een ongemakkelijke conclusie dat de kerk niet onmisbaar is in kleine dorpsgemeenschappen. Dat leidt tot de conclusie dat het KN meer begaan is met de macht van de katholieke kerk en de afhankelijkheid daarvan, dan met het welzijn en belang van dorpsgemeenschappen.
Een commentaar van hoofdredacteur Anton de Wit laat er geen onduidelijkheid over bestaan hoe jammer hij het vindt dat de kerk niet langer onmisbaar is in dorpsgemeenschappen en hoe sociale functies moeiteloos overgenomen worden door maatschappelijke organisaties. De Wit: ‘Toen wij vorig jaar startten met het onderzoek, hoopten wij aan te tonen dat het verdwijnen van de parochies onverwachte en verstrekkende gevolgen zou hebben voor lokale gemeenschappen.’ Let op dat ‘hoopten’. Het KN hoopte dat het verdwijnen van parochies onverwachte en verstrekkende gevolgen zou hebben. Het KN hoopte aan te tonen dat de dorpsgemeenschappen schade zouden ondervinden van verdwijnende kerken. Nu de dorpsgemeenschappen veerkrachtiger en sterker zijn dan het KN ‘hoopte’, is dat een teleurstelling voor De Wit omdat de katholieke kerk minder onmisbaar is dan hij veronderstelde. De Wit komt tot een ongevoelige, hardvochtige opstelling.
De Wit probeert zich hieruit te redden door een gekunstelde redenering uit zijn hoge hoed te toveren. Hij gaat klaarblijkelijk uit van wat zijn rooms-katholieke dogmatiek hem oplegt en probeert dat op te leggen aan de feiten. De Wit weeft een vage notie van ‘het hogere’ en ‘het eeuwige’ door zijn betoog. Hiermee redt hij het echter niet omdat hij niet met steekhoudende argumenten komt. Hij bruuskeert de feiten en probeert die ondergeschikt te maken aan de claim dat geen enkele gemeenschap het zonder kerk kan stellen. Maar deze claim is in tegenspraak met de feiten die notabene uit het onderzoek volgen dat De Wit becommentarieert.
Dat geen gemeenschap het zonder kerk kan stellen is een bewering die geloochenstraft wordt door zowel de praktijk van vele gemeenschappen die het prima zonder kerk stellen als uit het onderzoek van het KN die dat bevestigt. De Wit ondermijnt zijn eigen onderzoek door weg te vluchten naar zijn laatste mentale bastion dat hij probeert te verdedigen met de stelling die zegt dat een Kerk met een hoofdletter noodzakelijk is. Dat is de vlucht vooruit in het Niets. Het laat zien dat de positie van hardliners binnen godsdiensten die zekerheden rondom zich zien wegvallen ongemakkelijk is en ze zich geen houding weten. Dat leidt tot een betoog dat beoogt te redden wat er te redden valt, maar het er door de kromme argumentatie extra pijnlijk op maakt.
Foto 1: Schermafbeelding van deel commentaar ‘Is de dorpskerk zo onmisbaar als we dachten?’ van Anton de Wit in het Katholiek Nieuwsblad, 2 januari 2020.
Foto 2: Herbestemming van kapel De Waterhond door Klaarchitectuur in het Belgische Sint-Truiden.