Update 23 juni 2018: In een merkwaardig persbericht spreekt het Cobra Museum zich zo aantoonbaar tegen dat het potsierlijk is. De tentoonstellingen eisen een zware tol van de organisatie en de financiële situatie is zo slecht dat er een oplossing wordt gekozen die een zware tol van de organisatie eist. Artistiek directeur Xander Karskens kan zich niet met die koers verenigen en stapt op. Stefan van Raay wordt algemeen directeur ad interim. Het lijkt er sterk op dat de lokale politiek vanwege de knip op de eigen portemonnee en het niet willen vinden van een duurzame, structurele oplossing het bestuur onder druk heeft gezet om de te kiezen voor het museum als tentoonstellingsmachine. In een vlucht vooruit. Waarom dat bij dit museum niet werkt kan iedereen weten. Met een sprong in het duister koopt het museumbestuur tijd. God zegen de greep.
Aldus de wethouder Financiën namens de VVD Herbert Raat op zijn blog over de slechte financiele positie van het Cobra Museum in Amstelveen. Wat Raat zegt is dat de inkomsten voldoende zijn, maar de kosten te hoog. Zo blijkt uit de jaarrekening 2016 een tekort van 456.305 euro, ondanks een bijdrage van de gemeente Amstelveen van 1.136.000 euro en baten uit eigen fondsenwerving van 664.480 euro. In 2020 loopt de regeling af tussen de stichting die het museum beheert en de gemeente. Dan dreigt sluiting. Raat: ‘Wat gebeurt er nu als het financieel misgaat? Dan kunnen zij de huidige stichting ontbinden.’ en ‘Het Cobra museum staat op een geweldige plek en de gemeente heeft een hart voor cultuur. Dit betekent echter niet dat we ongelimiteerd geld storten.’ Door de betrokkenheid van de wethouder Financiën wordt de kwestie vooral als financieel probleem gepresenteerd. Vraag is of dit het juiste frame is dat een oplossing dichterbij brengt.
Kleine en middelgrote museum hebben het moeilijk. De museumsector is een dure sector. Oud-museumdirecteur Henk Slechte (Deventer Musea) wijst in een ingezonden brief van 14 april in NRC op een weeffout van een sector die in zijn optiek afgelopen decennia is ontspoord: ‘De weg naar de blockbuster was geplaveid met de verzelfstandiging van de musea, waardoor zij subsidies naar eigen inzicht konden besteden. Halbe Zijlstra deed er een schepje bovenop door op cultuur te bezuinigen; musea werden geacht een deel van de kosten te verdienen. Voor het aantrekken van conservatoren om de collectie te beheren en bestuderen was geen geld meer. Het geld dat er was ging naar leuke dingen die de mensen naar het museum moesten lokken. Naar kijkcijfers. Het museum moet weer worden wat het hoort te zijn: een instituut dat cultureel erfgoed verzamelt, beheert, bestudeert en laat zien, geen tentoonstellingsfabriek annex cultureel pretpark.’
Bij musea die nu in financiële problemen komen lijkt dat wat Slechte constateert niet eens het echte probleem. Want het valt niet in te zien hoe het naar achteren schuiven van ‘onzichtbare’ taken als verzamelen, beheren, documenteren en bestuderen tot een tekort leidt op de tentoonstellingsfabriek. Het tekort ontstaat op de tentoonstellingen door te hoge kosten en te hoge ambities. De valkuil bij middelgrote musea zoals het Cobra Museum is een overschatting van eigen kracht. Ze gaan een competitie aan met grote museum die winst maken en in grotere steden zijn gevestigd waar de bijdrage van de gemeente of rijksoverheid fundamenteel hoger is. Ze denken volgens dezelfde formule te kunnen werken om zo een graantje mee te pikken. Maar hun soortelijk gewicht is te klein voor publiciteit, marketing of de uitbouw van een groot netwerk en relatiebeheer.
Raat ziet de oplossing in een ‘nieuw elan van bestuur en directie’. Het is de vraag of dat de valkuil niet nog dieper maakt. Hij legt de oplossing buiten de gemeentegrenzen: ‘Hoe mooi zou het zijn om bijvoorbeeld een samenwerkingsverband te starten met Het Rijksmuseum of met andere musea en geweldige tentoonstellingen naar Amstelveen te halen.’ Hoe logisch en realistisch is dat? Wat hebben Het Rijksmuseum en het Cobra Museum gemeen? Niet veel, zo lijkt het. Raat verklaart zich tot aanhanger van de tentoonstellingsfabriek als hij inkomsten die dankzij tentoonstellingen worden binnengehaald als oplossing voor de financiële problemen van het Cobra Museum ziet. In werkelijkheid ligt het mee willen doen als tentoonstellingsfabriek aan de basis van de oorzaak voor de financiële problemen van het middelgrote Cobra Museum. Misschien kan maar beter met inhoudelijke expertise wethouder Kunst Maaike Veeningen (D66) het voortouw nemen in dit dossier.
Foto 1: Schermafbeelding van blogpost ‘Zorgen over het Cobra Museum’ van Herbert Raat, 17 april 2018.
Foto 2: ‘De CoBrA-kunstenaars in 1948 voor het Stedelijk Museum in Amsterdam. Foto Mw. E. Kokkoris-Syriër.’ Op: cobra-museum.nl.
Pingback: Hybride journalistiek bij DW Deutsch. Promotie van Hasenkamp | George Knight
Here’s the problem, though. A growing arsenal of evidence suggests that struggling museums relying on blockbusters to cultivate loyal visitors are like terrible husbands relying on opulent gifts to cultivate stable marriages: The people they want to keep engaged aren’t actually showing up for them, just for the perks. Even worse, every short-term “success” in their scheme only makes the target audience that much harder to impress the next time around.
https://news.artnet.com/opinion/michael-jackson-blockbusters-1275152
LikeLike
Pingback: Emphos Project besteedt uitgebreid aandacht aan de ‘business developer’ van het Cobra Museum | George Knight