Bij het aanprijzen van beeldende kunst is tegenwoordig een belangrijk verkoopargument dat het ervaren kan worden. Cerebraal is uit op een paar culturele instellingen na als het Utrechtse BAK of het Van Abbemuseum die loodzwaar de theorie induiken. In Nederland voeren ze een achterhoedegevecht met mediagenieke popup-musea en tentoonstellingen die ervaringen bieden. De Maastrichtse presentatie-instelling Marres die in de periode 2013-2016 530.589 euro per jaar in de basisinfrastructuur ontvangt onderzoekt zogezegd de theorie van de ervaring. En verbindt zo handig de twee uitersten. Valentijn Byvanck is de directeur.
Het project ‘The Relativity of Matter’ van Levi van Veluw is ‘een allesomvattende installatie die beslag legt op een heel gebouw, ruimte of huis’. Het is volgens de toelichting ‘een alomvattende scenografische ervaring die de bezoekers onderdompelt in een wereld van uiteenlopende expressieve vormen.’ Van Veluw is bekend van de video ‘Origin of the beginning’ die nog onlangs te zien was op de tentoonstelling ‘Under the Skin‘ in het Textielmuseum. Levi van Veluw gaat onvoorzien dieper dan de marketing het voorstelt. Reserveren vereist.
Foto: Still uit publicatiemateriaal voor de crowdfunding op voordekunst van ‘The Relativity of Matter‘ van Levi van Veluw.
ASSEN – Bureau DST in Baarn tekent voor de ‘beleving’ van het nog te bouwen TT Museum in Assen. Dit maakte Mister TT Jaap Timmer zaterdag bekend tijdens de Dag voor de Vrienden van de TT op het Asser circuit. DST is gespecialiseerd in belevingen.
http://www.dvhn.nl/nieuws/drenthe/tt-museum-moet-experience-worden-13147823.html
LikeLike
Inmiddels heb ik op begin december de tentoonstelling bezocht. De ervaring viel mee, maar een goede tentoonstelling werd het voor mij niet. Reden? De gelijkvormigheid die indruk maakt, maar ook voor voorspelbaarheid en oppervlakkigheid zorgt. Dat Van Veluw niet gekozen heeft voor de inzet van meer dramatische middelen (geluid, beweging, mogelijk acteurs, maar ook verdieping van zijn eigen verhaal in de narratieve structuur) is een keuze waarover hij voor de toekomst maar eens goed moet nadenken.
Als Van Veluw bewust voor de dramatisering van de ruimte kiest -dus bewust de tijd introduceert in een statische omgeving- dan moet hij beseffen dat hij daarmee deels het terrein van de beeldende kunst verlaat en die van het theater betreedt. Noem het de performance van de happening voor bezoekers. Dat biedt een nieuw instrumentarium aan middelen die ingezet kunnen worden.
Van Veluw kan ook een meer traditioneel museale kant opgaan zodat hij deze bezwaren en connotaties uit de weg gaat. Maar het is ook een uitdaging om dit ambitieuze concept een volgende keer anders uit te werken. Waarbij het effectbejag weer als andere uiterste de valkuil is. Levi van Veluw maakt het zichzelf niet makkelijk en dat pleit voor hem. En voor de culturele instellingen die hem onderdak bieden. Zoals Marres.
LikeLike